Godsdienstonderwijs is geen catechese

Léonard zou beter de weg kiezen van de dialoog.

Op een moment dat de lakse en zelfs permissieve houding van de kerkelijke hiërarchie inzake het toedekken van pedofilieschandalen door geestelijken een nooit geziene vertrouwenscrisis ten opzichte van het instituut kerk heeft veroorzaakt, acht aartsbisschop Léonard het ogenblik gekomen om in een interview met journalist Dirk Musschoot (De Standaard/Het Nieuwsblad, 8 mei) uit te pakken met zijn plannen om jongeren weer bij de Kerk te betrekken.

Hij wil dat doen door wat hij “het zogenaamd godsdienstonderwijs” noemt terug op één (doctrinaire) lijn te krijgen, om dan via als onderwijs vermomde indoctrinatie ervoor te zorgen dat het merendeel van de jongeren bij de Kerk blijft hangen. Maar met deze strategie, die eigenlijk erop gericht is leerlingen te vangen door hen in een rooms-katholieke fuik te laten zwemmen, gaat de aartsbisschop regelrecht in tegen de Congregatie voor de Katholieke Opvoeding, die een zeer duidelijk onderscheid maakt tussen godsdienstonderwijs als (plicht)vak op school enerzijds en catechese op vrijwillige basis op de parochie anderzijds. Hij zou dus beter moeten weten.

Je kan niet als minderheidskerk gebruik makend van de leerplicht en met het geld van de belastingbetaler iedereen proberen te evangeliseren. Dit maakt de huidige meerderheidspositie van het katholiek onderwijs en van het confessioneel vak godsdienst op maatschappelijk vlak verder onhoudbaar en zal alleen maar de discussie versnellen in de richting van een neutraal vak levensbeschouwing, in de richting van andere financieringsmodellen en in het verder stilzwijgend of openlijk afhaken van een aantal katholieke scholen.

In deze zeer moeilijke tijden van een door kerkelijke leiders zelf veroorzaakte systeemcrisis proberen zo’n achtduizend godsdienstleerkrachten in Vlaanderen, elke dag opnieuw met hart en ziel hun opdracht te realiseren, zijnde de “verdieping en integratie van de eigen levensbeschouwing van de leerling, in dialoog met christelijke en andere verhalen”.

Deze grondoptie van het huidige leerplan godsdienst is de enige realistische benadering die én recht wil doen aan de christelijke traditie, én aan de actuele context, én die bovendien de leerling centraal plaatst en niet de doelstellingen van de kerk.

Telkens opnieuw proberen godsdienstleerkrachten de ogen van hun leerlingen te openen om hen te laten zien wat zij voordien nog niet zagen. Zo proberen zij de leerlingen oog te doen krijgen voor Christus en voor die “anderen” die veraf en dichtbij (veel) minder kansen en mogelijkheden hebben op zelfontplooiing.

Tegelijk willen zij de leerlingen bewust maken van de fundamentele vraag of ook zij bij die “burgers” willen behoren die wel beschikken over voldoende kansen, maar die – zoals in de parabel van de Barmhartige Samaritaan – blind blijven voor het lijden van die ander en daarmee medeverantwoordelijk zijn voor het onrecht dat die ander wordt aangedaan. In de huidige context zal een godsdienstleraar dan ook in de eerste plaats het opnemen voor de kinderen die slachtoffer zijn geweest van seksueel misbruik, én waar nodig met een profetische stem spreken waar blindheid en doofheid heersen.

Enkel de godsdienstleraar die zo ziet, oordeelt en handelt, behoudt haar of zijn geloofwaardigheid – wellicht het kostbaarste goed van een godsdienstleraar- en kan daarvoor dan ook het respect van haar of zijn leerlingen krijgen.

In plaats van de weg te kiezen van confrontatie, polarisatie en conflict zou Léonard beter een voorbeeld nemen aan de weg van de dialoog waarvoor zijn collega Johan Bonny, de bisschop van Antwerpen, heeft gekozen.

Afgelopen januari heeft hij wel de moeite genomen eerst de werkvloer te contacteren en te luisteren naar wat er leeft bij zo’n 920 godsdienstleerkrachten uit lager en secundair onderwijs. Hij heeft hen wel bemoedigend toegesproken. Op voorstel van zijn inspecteur-adviseurs konden de leerkrachten ter plekke een vrijmoedige brief schrijven waarin ze hun bevindingen, vragen, wensen en dromen aan hem konden meedelen.

Deze bisschop beloofde alvast om een brief terug te schrijven. Naar deze brief kijken wij dan ook uit.

Jan Maes godsdienstleraar

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content