Jan Delvaux
Jan Delvaux Belpopkenner

Ontdekkingsreiziger Alan Lomax toonde rock-‘n-roll het daglicht. Zijn immense archieven werden zopas vereeuwigd.

In de geschiedenisboeken loopt het verhaal van de populaire muziek als een trein. Een mens moet zelfs moeite doen om niet sentimenteel te worden. De blues uit de Mississippi-delta ontmoet de blanke countrymuziek uit de Appalachen en plotseling staat het monster der rock-‘n-roll voor de deur. In een moderne wereld met een hongerige platenindustrie en onmetelijke distributiekanalen die digitale informatie naar goed uitgeruste huiskamers vervoeren, is zo’n evolutie zo geklaard en aan de man gebracht. Muziek en muzikanten reizen licht en gemakkelijk vandaag.

Hogerop in de stamboom wordt het echter een verhaal van mensen die in een redelijk of compleet isolement met beperkte middelen en mogelijkheden hun lot bezingen. Gevangenen die het trieste leven achter de tralies bezingen of een zwarte boerenknecht die op een katoenplantage zijn vingers snijdt aan de metalen draden van een gammele gitaar.

SCHATTENJACHT

De machinerie van talentenjagers en snelle managers lag toen nog ver van de tekentafel. Muziek was een halve eeuw geleden het jachtterrein van ontdekkingsreizigers als Alan Lomax die met een krappe beurs en logge apparatuur het land rondreisden om de losse draden vast te leggen. De man wou een stem geven aan de mensen zonder stem. Het werd een geëngageerde missie die met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid gezorgd heeft voor de explosie van de actuele muziekcultuur. ” Zonder Alan Lomax zouden blues en folk wellicht nooit bij het grote publiek geraakt zijn“, maakt muzikant en producer Brian Eno zich sterk, ” en van daaruit wordt dan ook het bestaan van de Beatles, de Stones en Velvet Underground redelijk onwaarschijnlijk. Lomax is het irrigatiekanaal dat ervoor gezorgd heeft dat de rijkdom en de passie van de Afro-Amerikaanse muziek de vruchtbare voedingsbodem werd voor de westerse popmuziek“.

Eno is lang niet de enige grote naam die Lomax als een spilfiguur ziet binnen de cultuurgeschiedenis van de bijna voorbije eeuw. Feit is alleszins dat hij terug te vinden is op alle belangrijke bloedlijnen binnen het veld van het populaire muziekwezen. Zijn reis begon in de muzikale thuislanden van de Verenigde Staten en voerde hem bij uitbreiding naar de belangrijkste bronnen die de immigratienatie bij uitstek muzikaal hebben bevoorraad.

De geschiedenis wil echter ook iets zeggen. Ze laat weten dat Lomax lang geen alleenstaand geval is. Sinds het ontstaan van de fonografie vertoont de platenindustrie regelmatig opwellingen van enthousiasme voor exotische geluiden. Bij het begin van de eeuw al stuurde ze onverlaten op schattenjacht richting Kazakstan of Matabeleland. Die bijval loopt opvallend parallel met de introductie van nieuwe muziekdragers. In de jaren vijftig zorgde de komst van de vinylplaten en bandopnemers voor een ongekende hoogconjunctuur. Ook de doorbraak van de digitale technologie heeft er op zijn beurt voor gezorgd dat de winkelrekken goed voorzien zijn van wat vandaag als wereldmuziek door het leven gaat.

De archieven van Lomax zullen daar de volgende maanden het beeld fameus gaan vullen. Het ziet ernaar uit dat “The Alan Lomax collection” het grootste heruitgaveproject aller tijden zal worden. De Amerikaanse platenfirma Rounder Records is onlangs begonnen met de nalatenschap van de man naar cd’s over te brengen. Op vinyl was er alleen met intensief speurwerk nog wat terug te vinden van dat cultureel erfgoed. Bij Rounder schatten ze dat ze meer dan 120 afleveringen zullen nodig hebben om de klus deftig te kunnen klaren. Niemand anders kan zo’n uitgebreid oeuvre voorleggen. Hoewel de kamikazedrang van de initiatiefnemers niet mag onderschat worden, hangt er toch vooral historisch besef in de lucht. De verzameling is een ode aan de man die ervoor gezorgd heeft dat muziek – samen met sport – een weg naar erkenning geworden is voor wie verder niet veel te dromen heeft.

ZENDINGSWERK

Het zat in de genen. Alan Lomax leerde het vak op jonge leeftijd van zijn vader. Die had in 1933 een cilindermachine cadeau gekregen van de weduwe van Thomas Edison. Voor het familiebedrijf was het instrument een snelle en accurate manier om liedjes te vereeuwigen. Voor de zangers was het krassende en piepende geluid van die sprekende buis echter een godswonder. Het leek alsof ze eensklaps een verbinding hadden gelegd met de grote wereld. Uit die begindagen dateert het verhaal van een bajesklant uit Tennessee die gevraagd was om een drumsolo op zijn eetkom ten beste te geven. Toen de man naar het resultaat luisterde, schoot zijn gemoed vol. ” Wanneer die man in het Witte Huis hoort hoe goed ik kan drummen, stuurt hij meteen iemand hierheen om me vrij te laten“, zuchtte hij.

Merkwaardig genoeg lukte het ook echt met de eminente zwarte folkzanger Leadbelly die levenslang moest zitten in Louisiana. Hij componeerde een verzoek voor strafvermindering en overtuigde vader Lomax om de plaat naar de gouverneur van de staat te brengen. Binnen de zes maanden werd zijn vraag ingewilligd.

Leadbelly was de eerste grote ontdekking van de familie Lomax. Het boek “Negro folk songs as sung by Leadbelly” (1936) was de eerste serieuze studie van een muzikant in de Amerikaanse literatuur. Het werk wordt nog steeds aangezien als een van de sterkste autobiografische vertellingen die ooit aan het papier werden toevertrouwd.

De toon van de missie was meteen gezet. Alan Lomax was veel meer dan de jonge blanke musicoloog uit Texas die op jonge leeftijd tot hoofd was gebombardeerd van het Archive of American Folk song binnen de Library of Congress. Rijk werd hij daar niet van. Het archief moest het grotendeels redden met giften en kwam zwaar onder vuur te staan tijdens de communistenjacht van senator McCarthy. Het liet Lomax zo koud als wat. Hij ging zich nog nadrukkelijker toeleggen op zijn combinatie van archeologie, liefdadigheid en zendingswerk. Hij was er namelijk heilig van overtuigd dat volksmuziek evenwaardig was aan klassieke muziek.

Lomax liet iedere artiest wel in zijn waarde maar streefde altijd naar meer. ” Alan kwam niet zomaar even langs om wat nummers te registreren“, zegt folkgrootheid en persoonlijke vriend Pete Seeger, ” Hij trachtte artiesten tot grootse daden aan te zetten. Als een bezetene was hij op zoek naar sterke zangers en muzikanten die hij vervolgens onder de aandacht van miljoenen mensen probeerde te brengen.” Volgens zij die het hebben meegemaakt, gaf Lomax elke opnamesessie de allure van een internationale doorbraak.

Vrij snel had hij begrepen hoe de media hem in zijn opzet konden helpen. In 1939 verkoopt hij zijn talenten aan CBS en zet hij een lange serie van programma’s over de Amerikaanse folkmuziek op. Op die manier krijgt het grote publiek weet van het bestaan van cruciale figuren als Pete Seeger, het Golden Gate Quartet en Woody Guthrie. Met goed gevolg want de eerste officiële release van de Library of Congress wordt meteen een groot succes. “Goodnight Irene” van Leadbelly ontpopt zich binnen de kortste keren tot een absolute evergreen.

MOZAIEK

Vrij snel ontwikkelt Lomax een zwak voor het Afro-Amerikaanse repertoire. Hoewel het zijn bedoeling is om allerhande stijlen een spreekbuis te geven, krijgt de zwarte Amerikaanse muziek een eigen hoofdstuk. ” De Afro-Amerikaanse muziek is een onderdeel van de zwarte Afrikaanse traditie die tot de vruchtbaarste muzikale families mag gerekend worden“, schrijft hij in “The land were the blues began”. Het boek wordt in 1993 onderscheiden met de National Book Critics Award.

Vader en zoon Lomax gaan aanvankelijk naar sporen van die traditie zoeken in de gevangenissen. Die gesloten wereld met zijn harde labeur vertoonde in hun ogen heel wat raakvlakken met de tijd van de slavernij. Ze hoorden er echter een geheel nieuwe muziekvorm met nummers die op een tragische en ironische manier over de barre levensomstandigheden vertelden.

Ze laten het daar niet bij en trekken naar het diepe zuiden van de Verenigde Staten. Een tocht waarvoor ze behoorlijk scheef bekeken worden. Rassenscheiding en racisme zijn wet en laten weinig communicatie toe tussen blank en zwart. Ze leggen het allemaal naast zich neer en hebben alleen oog voor de muziek.

Zoon Lomax gaat daarbij zeer doortastend te werk. Hij is de man van het grote geheel die op zoek gaat naar de sociale context achter de muziek. Hij zal de emotionele en stilistische verschillen later trouwens nauwgezet in kaart brengen. Zo hoopt hij dat mensen de bronnen van hun eigen muziek kunnen traceren en de relevantie ervan ontdekken binnen de panoplie van culturen. ” De grote variatie binnen de opnames van Lomax tonen aan dat er heel veel manieren zijn om muziek te maken en te waarderen“, zegt David Byrne, ” Hij laat ons de wereld als een rijk geschakeerd mozaïek zien. En niet als de monolitische en homogene monocultuur die hij dreigt te worden. Zijn verzameld werk is het vaccin bij uitstek tegen culturele verschraling. Het is muziek die onze geest letterlijk doet ontploffen.”

Met zijn gedreven en secure aanpak stoot Lomax onvermoed op muzikale grootmeesters. Zo ontmoet hij in 1942 ene McKinley Morganfield, de man die later als Muddy Waters de kiemen zaait waaruit de Rolling Stones ontstaan. Wereldfaam was ook weggelegd voor bluesgitarist Fred McDowell die hij in 1959 ontdekt tijdens een trip door de Mississippi-delta. De man was er toen al 54 en gaat aanstonds aan het werk om de opgelopen achterstand in te halen. McDowell neemt meer dan vijftien albums op en weet zijn oerversie van de blues met succes aan de man te brengen in Europa en de Verenigde Staten. In “The Alan Lomax Collection” zal trouwens een aparte reeks gewijd worden aan de grote namen die Lomax tot zijn persoonlijke ontdekkingen mag rekenen.

PAARDENMIDDELEN

Met de winsten van “Goodnight Irene” gaat Lomax tijdens de jaren vijftig een nieuwe fascinatie voeden. Hij wil weten waar de levende Amerikaanse muziek vandaan komt en besluit alle bronnen te gaan bezoeken. In 1950 vaart hij met een nagelnieuwe bandopnemer richting Europa. Het weerzien met vrienden en kennissen was een jaar later gepland. Pas in juli 1958 zette hij opnieuw voet aan wal in New York. Tot zijn grote ontgoocheling moest Lomax ontdekken dat er in Europa nauwelijks archieven bestonden. En hij kon al evenmin op enige collegialiteit rekenen bij de lokale musicologen. Zelfs niet wanneer hij hen fijne vergoedingen beloofde.

Die onverwachte struikelblokken zorgden voor de nodige complicaties. Net voor zijn vertrek had Lomax de baas van Columbia Records ervan overtuigd om een “World library of folk music” te starten. Door zijn lange afwezigheid moest hij echter de hulp inroepen van correspondenten. De misverstanden en pijnlijke incidenten stapelden zich op. Zo had een onderzoekster op basis van een contract met Lomax een zes maanden durende tocht opgezet. De banden die ze toeleverde, waren zelfs met paardenmiddelen niet goed te krijgen. Lomax kon niet anders dan ze terug te sturen. Waarop de mevrouw het land moest uitvluchten om haar schuldeisers te ontlopen.

Tussen al die ellende door krijgt Lomax het dringende verzoek van Columbia om snel een reeks platen met Spaanse volksmuziek te leveren. De vraag was om onverklaarbare redenen spectaculair gestegen in de Verenigde Staten. Met een Nederlandse metgezel trekt hij naar een conferentie van musicologen op Mallorca in de hoop er een Spaanse muziekuitgever te vinden. De douche was bitter koud. De autoriteit op het vlak van Spaanse volksmuziek bleek een gevluchte nazi te zijn. En de reisgezel van Lomax de zoon van de leider van het Nederlandse verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Lomax krijgt te horen dat hij alle medewerking mag vergeten en dat hij het land maar beter meteen kan verlaten. Redelijk noodgedwongen gaat Lomax in Londen aan de slag als programmamaker voor de BBC. De verhalen over zijn belevenissen in Spanje raken een gevoelige snaar bij het publiek. Hij mag naar Italië voor een gelijkaardige zoektocht en geraakt stilaan weer op schema.

RUIMTEWEZENS

Hoewel Lomax en zijn correspondentennetwerk uiteindelijk slechts twintig van de veertig beloofde banden vol krijgen, wordt de “Columbia World Library” een stap door de grote poort. De man wordt ingehaald als een grote meneer en mag wereldmuziek als een begrip installeren. Lomax onderneemt enkele grote reizen naar het Amerikaanse zuiden en de Caraïben en duikt vervolgens wetenschappelijk onder aan de Columbia University. Met een batterij vorsers werkt hij een programma uit voor het onderzoek naar de menselijke expressie. Hij ontwikkelt disciplines als Cantometrics, Choreometrics en Parlametrics die respectievelijk de transculturele analyse van zang-, dans- en spreekstijlen mogelijk maken.

In 1977 mag Lomax de muziek kiezen die met de Voyager de ruimte ingaat. Naast werk van Bach, Beethoven en Mozart zullen ruimtewezens een vreemde collectie te horen krijgen die reikt van de polyfonische gezangen van de Mbuti tot Louis Armstrong. Jammer genoeg raakt het ideale vehikel voor de erfenis van Lomax pas wijd verspreid wanneer hij de tachtig al ver voorbij is. De man blijft echter op de voorste rij staan en meldt zich op het Internet met zijn Global Jukebox, een interactief databestand dat culturele gelijkheid promoot.

Tussen al dat modernistische gedoe blijven de archieven goed rechtop staan. Er worden vandaag onder het mom van lo-fi – zeg maar gewilde knulligheid – dingen uitgebracht die een pak slechter klinken. Bovendien dringt maar zelden het gevoel van oude tijden door. De eerste delen van het immense banket melden zich alvast niet als relikwieën die piëteitsvol moeten worden bejegend. Zo klinkt de neerslag van zijn “Southern journey” (1959-1960) door het Amerikaanse zuiden opvallend fris en tijdloos. Het gaat dan ook over muziek die zo sterk was dat er veel andere muziek is uit kunnen groeien. Ze dwingt gewoon van nature het gevoel af belangrijk te zijn.

Tot dusver werden dertien delen van “The Alan Lomax collection” uitgebracht. De rest zal gestadig volgen. Ter introductie is er een sampler die de verschillende reeksen kort introduceert. De collectie wordt uitgegeven door Rounder Records (http://www.rounder.com).

Jan Delvaux

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content