Twaalf Belgen worden aangeklaagd wegens moord op Lumumba
Drie familieleden van de voormalige Congolese premier Patrice Lumumba dienen in oktober in Brussel een klacht met burgerlijke partijstelling in tegen twaalf Belgen die in de mijnprovincie Katanga aanwezig waren op het moment dat Lumumba er in januari 1961
gefolterd en vermoord werd.
De drie familieleden doen dat bij gebrek aan Congolees onderzoek. Guy Lumumba, die enkele dagen na de dood van zijn vader geboren werd, verklaarde maandag dat zijn familie op een Congolees onderzoek had gehoopt na de val van de Zaïrese dictator Mobutu in 1997. “Helaas hebben de nieuwe autoriteiten dat niet gedaan. Nu is het aan België.”
De onderzoeksrechter moet nu nagaan of er bij de moord op Lumumba sprake was van oorlogsmisdaden. Die verjaren niet. Daarna willen de familieleden mogelijk een burgerlijke rechtszaak opstarten om een schadevergoeding te eisen.
Koning Albert
De omstandigheden van de moord op Lumumba blijven duister. Een parlementaire onderzoekscommissie besloot in 2001 wel dat België “moreel verantwoordelijk” was voor de dood van de Congolese premier.
De familieleden van Lumumba ontkennen dat ze hun actie nu lanceren omwille van het bezoek van koning Albert aan Congo. “We viseren het paleis niet, maar we mogen de geschiedenis ook niet veronachtzamen.”
