Jason Goodwin – De Kaart van Bellini

Venetië is het decor voor Jason Goodwins derde thriller, De Kaart van Bellini, met de seksueel kwieke eunuch Yashim in de hoofdrol.

Venetië beheerste eeuwenlang de oostelijke helft van de Middellandse Zee. Tot het Ottomaanse Rijk en uiteindelijk Napoleon de dogenstad tot de bedelstaf brachten. Die vervallen stad is het decor voor Jason Goodwins derde thriller, De Kaart van Bellini, met de seksueel kwieke eunuch Yashim in de hoofdrol.

Een stad waar achter maskers andere maskers schuilgaan, elk bedrog een uitvergroting is van een vorig bedrog. Het is dan ook zeer de vraag of Yashims vriend Palevski, ambassadeur in Istanbul van de eind achttiende eeuw opgeheven Poolse staat, eigenlijk wel op zoek gaat naar een (door de islam verboden) portret van Mehmet II de Veroveraar, of onwetend een wijdverbreid complot moet ontmaskeren, dan wel meespeelt in een gewiekste machtsstrijd in Turkije.

Goodwin is vooral goed in sfeerschepping, ook al neemt hij af en toe historisch een loopje neemt met het taalgebruik of de gewoonten. Als byzantinist cultiveert hij een merkwaardige afkeer van de Grieken, net als van de stijve Oostenrijkse bezetter. Hij verdedigt de waarden van de Ottomanen en loopt hoog op met de erecodes en aristocratische usances van weleer. Achter een in het geheim opgedreven opbod om het portret (of vervalsingen ervan) te slijten, vinden enkel moorden plaats op kunsthandelaars – die uiteraard meer verbergen dan wat ze voorwendden te zijn. Druipende onderaardse gangen, verweerde trapzalen, een kalligrafische koran, schijnbaar lege, halfvervallen palazzi, zelfs een zwaar afgeschermde karavanserai, de Fondaco dei Turki: tegen die achtergrond boetseert Goodwin een macaber carnaval met een oosterse samenzwering als klokhuis. Na het met een Edgar bekroonde The Janissary Tree ( De Brand van Istanbul , 2006) en TheSnake Stone ( De Slangensteen, 2007) is De Kaart van Bellini een welkome aanvulling van een negentiende-eeuwse periode, waarin het mysterie geen kern is van het verhaal maar de adrenaline van het leven zelf.

Lukas De Vos