Clijsters (1)

Behalve dat we dit jaar de eerste Belgische finaliste op Roland Garros konden verwelkomen, was de match tussen Jennifer Capriati en Kim Clijsters in de geschiedenis van de Grand-Slamfinales dames om meerdere redenen zeer opmerkelijk (‘Een volk van tennissers’, Knack nr. 24).

Ten eerste is het de langste match (39 games) met de langste set (22 games) sinds de invoering van de tiebreak in 1971. Deze invoering was een reactie op de uit de hand gelopen Wimbledon-finale 1970 tussen Margaret Court-Smith en Billy Jean King: 46 games in 2 sets (14-12, 11-9). De langste finalematch was overigens de US Openfinale van 1949 (Gonzales-Schroeder): 67 games met een set 17-15.

Ten tweede is het van de 222 damesfinales sinds de Tweede Wereldoorlog pas de 10de waar de verliezer meer games wint dan de winnares: Kim won 20 van de 39 games. De grootste pechvogel op dit punt is Martina Navratilova, die als verliezer 2 maal 3 games meer won en toch de match verloor (US Open ’81 en ’85).

Ten derde is Capriati de eerste vrouw sinds Maria Bueno in 1959, die zonder tot dan toe doorgedrongen te zijn tot een finale, er daarna 2 op rij wint.

Clijsters (2)

Koen Meulenaere slaat de spijker op de kop over de Roland-Garrosverslaggeving. Ik persoonlijk moest na het kwartier ’tennis – nieuws’ op VRT bijna opgenomen worden met acute hartklachten. Helaas bleef men dit pad bewandelen met als absolute uitschieter de stand-up van Mieke Houtteman in Bree. Wie had ooit gedacht dat de herprofilering van TV1 dan toch nog (en moeiteloos!) zou leiden tot een jeugdjournaal?

Stierengevechten (1)

Het is weer zomer en de vakantie staat voor de deur. Bijgevolg krijgen we weer het obligate artikeltje over de Spaanse stierenslachtingen in de maag gesplitst (‘Sterven om vijf uur ’s middags’, Knack nr. 24).

Over het artikel zelf geen kwaad woord, maar de voorlaatste alinea wist toch de aandacht te trekken: ‘recent onderzoek (daar gaan we weer) wees uit dat kinderen onder de veertien geen psychologische schade ondervinden na het bijwonen van een corrida’, en zo verder. Vragen die dan onmiddellijk bij me opkomen zijn: Welk onderzoek? Door wie besteld? Door wie uitgevoerd? Zou een mogelijke schade zich niet op latere leeftijd manifesteren?

En wil Stefan Van Loock misschien even uitleggen waarom deze kinderen ‘wel beter uit de buurt van groene fundi’s en fanatieke dierenbeschermers kunnen blijven’?

Gaia en aanverwanten met dezelfde termen omschrijven als moslimmoordenaars zou een blad als Knack onwaardig moeten zijn.

Integendeel, de verguisde en gehate dierenleedbestrijders die met elke landbouwcrisis meer en meer het gelijk aan hun kant krijgen, zouden in uw blad een vast forum moeten krijgen.

De jeugd zou moeten worden opgevoed met ouderwetse waarden als respect voor alle leven, en opkomen voor de zwakkeren, zelfs als dat dieren zijn.

Stierengevechten (2)

Ik ben niet te spreken over de laatste paragraaf van het clichématig artikel over stierengevechten. Kan Stefan Van Loock zijn domme meningen niet voor zich houden?

Wat zijn fundi’s? Mensen die moorden om hun idealen te verwezenlijken? Wanneer is een dierenbeschermer fanatiek? Of is elke dierenbeschermer fanatiek en elke groene jongen een fundi? Twee eeuwen geleden zou Van Loock slavernij ook normaal hebben gevonden.

Sinds wanneer is het opvoeden en het doorgeven van waarden gevaarlijk? Het tegendeel lijkt mij gevaarlijk. Sinds wanneer is het ter discussie stellen van tradities gevaarlijk in de nabijheid van jongeren? Sinds wanneer is het respect bijbrengen voor het leven (al het leven) gevaarlijk voor jongeren?

Bejaarden (1)

Eindelijk wordt het inkomen van de armste bejaarden opgetrokken (‘Uit het nieuws’, Knack nr. 24). Maar het is erg laat. Mensen die om een of andere reden niet kunnen werken, vallen terug op een vervangingsinkomen dat de levenskosten niet volgt. Toch blijven de basisbehoeften – huur, elektriciteit, verwarming, voeding, kleding en geneeskundige verzorging – even hoog als voor werkenden. De actieve welvaartsstaat is realiteit voor fitte en gezonde tweeverdieners die geen pech hebben. De anderen zien het spook van de armoede op zich afkomen.

Het argument dat er geen geld is, gaat niet op. Er is genoeg geld voor culturele centra, bibliotheken, zwembaden, transfers in de sportwereld. Het komt er dus op aan het welzijn van mensen als topprioriteit te stellen.

Bejaarden (2)

De discriminatie van het overlevingspensioen mag wel eens aangeklaagd. Veel vrouwen hebben net als hun man gewerkt, hebben samen afgedragen aan de sociale zekerheid, maar verliezen het deel van de minstverdiener bij het overlijden van de partner.

Het pensioen zou berekend moeten worden op de gezamenlijke afdrachten.

Post

‘De Belgische post geeft niet altijd de mooiste zegels uit. Al heeft ze dit jaar een bijzonder geslaagde reeks van de hand van Gal.’ (‘Dragers van verbeelding’, Knack nr. 23)

Of vele filatelisten het met die tweede zin eens zijn, betwijfel ik sterk. De schrijver zegt het zelf: ‘Filatelie is een echte industrie geworden. Al wat verkocht en niet gebruikt wordt, betekent immers winst voor de schatkist.’ Daar ligt het probleem: winst zonder enige tegenprestatie, voortdurend nieuwe uitgiften (zonder noodzaak, betekenis of fatsoenlijke ontwerpen). De Post smeert verzamelaars onophoudelijk prentjes aan die nadien waardeloos en zeker onverkoopbaar blijken te zijn. Ook op dat aspect van de moderne filatelie moet worden gewezen.

Gerecht

Onbegrijpelijke vonnissen, uitstellen tot de zaken verjaard zijn, torenhoge gerechtelijke achterstand, het snelrecht werkt niet (‘De beelden van de Bende’, ‘Van de redactie’, Knack nr. 23). Alleen de advocaten verdienen aan de wantoestanden, een rechtstaat totaal onwaardig.

Moraal. Je kan best enkele miljarden stelen, dan tientallen miljoenen besteden aan de duurste advocaten, die de zaken eindeloos rekken, waarna de dader vrijuit gaat.

Dat was zo in het geval van Superclub: De Prins loopt vrij rond, heeft geld en de gedupeerden kunnen enkel nagelbijten.

Dat wordt zo met Lernout en Hauspie. Zij kunnen de duurste advocaten betalen om uit de gevangenis te blijven. De banken halen hun slag thuis, de gedupeerden blijven gedupeerd.

Slachtofferhulp, toepassing van de wet-Franchimont, het zijn allemaal holle woorden en inhoudloze begrippen, de realiteit is dat justitie in België nog nooit zo slecht heeft gewerkt.

Grootscheepse acties en controles ter bestrijding van de georganiseerde misdaad halen het nieuws, maar intussen zijn er honderdduizenden gedupeerden die gefrustreerd zijn over een onbestaande opvang en die nog eens peperdure honoraria mogen betalen aan advocaten.

Enkele jaren geleden kwamen, naar aanleiding van het inmiddels beruchte spaghetti-arrest, 360.000 mensen op straat om te betogen voor een betere en snellere werking van ons gerecht. Resultaat?

Een onbekwame minister van justitie, een totaal uit de hand gelopen politiehervorming, een torenhoge factuur voor de belastingbetaler, maar in de praktijk nog steeds even onsamenhangend justitieel beleid.

Miljardenfraude, BTW-carrousels en belastingontduiking kunnen ongestraft op grote schaal in België.

Politie en parket hollen de feiten achterna, rechters vellen onbegrijpelijke vonnissen, het circus blijft maar draaien.

Onbegrijpelijk wat er met het dossier van de Bende van Nijvel is gebeurd? Integendeel: het is een schoolvoorbeeld van de werking van ons gerecht.

Van bij het begin was het overduidelijk dat men diende te zoeken naar bepaalde fanatieke volgelingen in de entourage van conservatieve, rechtse kringen. Nu mag die stelling boven komen, om het Vlaams Blok monddood te maken. Of is het omdat VDB overleden is?

Men kan misschien over dertig jaar een parlementaire onderzoekscommissie aanstellen om uit te vissen welke de rol was van bepaalde tenoren van onze Belgische politiek in deze onverkwikkelijke zaak, zoals nu het geval is met de commissie-Lumumba.

De pers in het algemeen zou meer aandacht aan die slechte werking moeten besteden, een degelijk werkend rechtsapparaat is een peiler van een democratie en het zou misschien een veel efficiëntere manier zijn om extreem-rechts te bestrijden!

Collaboratie

‘Ik was in 1944 slechts vijftien jaar oud, maar toch een ‘ooggetuige’ (‘Aan de oorlog is niets zwart-wit’, Knack nr. 22). De Vlaamse beweging had vanaf de jaren ’60 klaar en duidelijk de collaboratie moeten afzweren en erkennen dat de samenwerking met de Duitsers vanaf 1942 een grote fout was. Maar ik denk niet dat dit iets zou hebben veranderd aan de fervente afkeer van links Vlaanderen, van heel Wallonië en van het belgicisme. Ik vrees ook vandaag dat de luisterbereidheid alleen zal bestaan in een bevestiging van ‘het blijvend gelijk’ van de afwijzende opinie tegen alles wat ruikt naar Vlaams nationalisme.

U zegt dat het eigenaardig is dat er nu na 50 jaar minder begrip is voor de collaboratie dan 25 jaar geleden. Dat kan toch niet anders omdat media en politici alles zonder nuancering linken met de holocaust en de concentratiekampen. Ook Knack zet SS-runes als achtergrond terwijl 80 procent van de Vlaamse collaborateurs anti-SS waren. Minister Michel zegt dat de Vlaamse jeugd verleid werd door de Hitlerjugend terwijl die in Vlaanderen nooit de 1000 leden haalde.

Het collaborerende deel van de Vlaamse beweging was wel fascistisch, maar nooit nazistisch. Dat wordt nooit meer gezegd en het verschil in onmenselijkheid wordt nooit meer gemaakt. Men oordeelt over feiten van toen met de kennis en de mentaliteit van vandaag. De grote misdadigheid moest midden 1942 nog beginnen.

Men zal de ex-collaborateurs niet afhelpen van hun gevoelens van onrecht zolang alleen wetenschappelijke artikels collaboratie én repressie relativeren. De publieke opinie wordt alleen gevormd door de media en die zeggen steeds luider dat al wie in 1940 geloofde in de nieuwe politieke cultuur van toen een misdadiger is die meegewerkt heeft aan Auschwitz. Vandaag kunnen wij onze kinderen en kleinkinderen niet eens meer uitleggen wat er echt gebeurd is, Terwijl zij toch mogen weten dat negentig procent van de Vlaamse collaborateurs niets te maken had met de begane oorlogsmisdaden, ook niet de 20.000 oostfrontstrijders in de Waffen SS. Dat tweehonderdduizend van hen vier maanden in erbarmelijke omstandigheden in kampen opgesloten werden alhoewel zij niet genoeg misdaan hadden om hen een proces te gunnen. Dat in geen enkele rechtszaak tegen hen ook maar een minimum aan ordentelijke rechtspraak te pas kwam. Dat ook zij die niets strafbaars gedaan hadden, beroofd werden van werk, pensioen en burgerrechten. Veel collaborateurs waren zeker arrogant en fanatiek (‘Het laatste woord’, Knack nr. 24) en zij stonden aan de verkeerde kant, maar slechts een zeer kleine minderheid was ook misdadig.

Onze kinderen mogen ook weten dat een bijna even groot deel van de weerstanders tijdens de oorlog helemaal geen enkele efficiënte daad van weerstand tegen de Duitsers gesteld heeft. Dat zij wel zonder enig legitiem proces duizend burgers vermoord hebben. Dat het hen evenmin om de heilige democratie ging en dat zij na de bevrijding er niet aan dachten om orde te scheppen, maar wel om hun eigen macht te vestigen en om hun wraaklust bot te vieren. En dat zij al bij voorbaat wél amnestie voor hun vergrijpen kregen.

Ronald de Regt, Keerbergen.,Cor Dietvorst, Antwerpen.,Georges Delcart,Tom Landeloos,Greta Desprets, Alsemberg.,Rosa Spiessens, Herentals.,P. Christleven, Liedekerke.,Paul Vanmaldeghem (e-mail).,Herman Vervoort, Berchem.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content