Han Renard

Weigeren te praten

De botte afwijzing van de nota van Elio Di Rupo brengt de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde natuurlijk ook geen stap dichterbij.

Zijn de voorstellen van Elio Di Rupo in verband met Brussel en Brussel-Halle-Vilvoorde vanuit Vlaams standpunt nu echt niet te pruimen, of valt er toch iets positiefs over te melden? Bemoedigend is toch dat de formateur een vrij cleane lijn heeft proberen te trekken – een absolute primeur voor een Franstalige toppoliticus – tussen Halle-Vilvoorde aan de ene kant en Brussel aan de andere kant. Alleen in de zes Vlaamse faciliteitengemeenten rond Brussel zouden de Franstaligen nog op Brusselse lijsten kunnen stemmen. Zo ver is Jean-Luc Dehaene destijds in elk geval nooit geraakt.

En toch was niet alleen N-VA-voorzitter Bart De Wever uit zijn humeur na het lezen van de passages over Brussel. Ook Wouter Beke van CD&V schrok zich zoals bekend een hoedje toen hij de door de formateur bepleite compensaties voor de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde onder ogen kreeg.

In ruil voor de splitsing zou Vlaanderen namelijk een paar onaantastbaar gewaande verworvenheden moeten prijsgeven. Zo zou de Vlaamse regering de eindbevoegdheid over de benoeming van de faciliteitenburgemeesters moeten afstaan aan het tweetalige Grondwettelijk Hof. Voorts toont Di Rupo zich een voorstander van de verkiezing van tien Kamerleden in een federale kieskring. Wat met de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde zou worden afgevoerd – Franstalige politici die in Vlaanderen kiezers ronselen – zou zo via een andere weg weer worden ingevoerd, luidt de kritiek.

Nog een moeilijk punt uit de nota-Di Rupo is het voorstel om het wettelijk verbod op tweetalige lijsten bij de Brusselse gewestverkiezingen op te heffen. Nogal wat Vlamingen in de hoofdstad koesteren daar groot wantrouwen tegenover. Op tweetalige lijsten zouden de sterke Franstalige partijen immers kunnen bepalen welke Vlamingen in aanmerking komen om verkozen te raken. SP.A en Groen!, partijen met een minder taalgevoelig kiespubliek, denken met zulke stadslijsten hun voordeel te kunnen doen. Maar voor CD&V is het idee van een gezamenlijke lijst met het CDH, na wat de partij de laatste jaren met Joëlle Milquet heeft meegemaakt, geen wenselijk vooruitzicht. De liberalen van Open VLD, die weliswaar wel over de nota-Di Rupo willen onderhandelen, staan allicht niet te trappelen voor een lijst met het FDF.

Daarnaast moeten ook sommige aspecten van de taalwetgeving in Brussel er bij Di Rupo aan geloven. De Franstalige socialist schaart zich achter de oude FDF-eis om de tweetalige ambtenaren in de Brusselse gemeenten te vervangen door tweetalige diensten. Tot slot zou het krap bij kas zittende Brussels Gewest eindelijk de gevraagde herfinanciering krijgen – tegen 2015 jaarlijks 461 miljoen euro extra. In ruil daarvoor zouden het parkeerbeleid, de mobiliteit, en de coördinatie van de veiligheid naar het gewestniveau verhuizen, maar van een mogelijke fusie van de Brusselse gemeenten of politiezones is in de nota-Di Rupo geen sprake.

Er valt vanuit Vlaams standpunt dus wel wat af te dingen op de voorstellen van Elio Di Rupo. Maar weigeren er zelfs maar over te praten – de botte bijl hanterend, zoals Bart De Wever, of getourmenteerd wegkijkend, zoals Wouter Beke – brengt de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde, en bij uitbreiding een staatshervorming, natuurlijk ook geen stap dichterbij, wel integendeel.

Han Renard

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content