Andrea Belotti: wie is die topschutter uit de Serie A?

© AFP
Jarno Bertho
Jarno Bertho Freelancejournalist

Het kan geen toeval zijn: in het Chinese Jaar van de Haan lijkt er geen maat te staan op Andrea Belotti. Tot voor kort was Il Gallo – de haan – voor het grote publiek nog een relatieve nobody, maar die anonieme status is de huidige topschutter van de Serie A intussen ontgroeid.

Wie het 23-jarige goudhaantje volgend seizoen in zijn stadion wil laten kraaien, betaalt daar in de zomer in principe 100 miljoen euro voor. Die afkoopsom liet Torino-voorzitter Urbano Cairo begin dit jaar in het vernieuwde contract van Belotti opnemen. Scherzo!, zo kopten verscheidene Italiaanse kranten daags nadien. Een grap, want wie zou dat bedrag ooit op een Turijnse tafel leggen? Hoongelach. Er was geen houden aan. Alsof Belotti een soort pop-upvoetballer was, een fonkelende ster aan de spitsenhemel, die na één topjaar gegarandeerd zou ophouden met schitteren. Intussen lijkt Belotti die voorspellingen door te verwijzen naar het rijk der voorbarigheid.

Omgeschoolde middenvelder

Op z’n dertiende ging Belotti als creatieve middenvelder slash winger op proef bij Atalanta, zonder succes. In Bergamo werd hij doorgestuurd, waarop hij dan maar de jeugdreeksen van burenclub AlbinoLeffe doorliep. In z’n eerste profjaar degradeerde de club meteen uit de Serie B, maar Belotti had met twee doelpuntjes al kunnen proeven van het eerste elftal. In de Lega Pro greep hij voluit zijn kans – resulterend in 12 goals – en lokte hij de interesse van een handvol Serie B’ers. Het was uiteindelijk het Palermo van coach Gennaro Gattuso dat Belotti als huurling naar Sicilië liet overvliegen.

Met tien treffers vervolledigde de op dat moment 19-jarige spits zijn ontwikkeling en had hij vooral een belangrijke voet in de promotie van Palermo. In z’n eerste seizoen op het hoogste niveau speelde Belotti alle competitiewedstrijden, maar slechts 9 in de basis. Hij kwam niet verder dan 4 goals en stond veelal in de schaduw Paulo Dybala, die dat seizoen volledig ontbolsterde. Juventus schreef 40 miljoen euro over voor de talentvolle Argentijn, maar ook Belotti zou naar Turijn vertrekken.

Complete aanvaller

Torino waagde de gok en betaalde net geen acht miljoen euro voor de Haan. Met Belotti in het shirt van de Toro is tegenwoordig het spitsuur voor elk vijandig doel. Hij heeft er zich ontwikkeld tot een complete spits, die enorm veel zonder bal beweegt en die een op korte tijd gekweekte fysiek én snelheid koppelt aan een uitstekende balbeheersing. Bovendien heeft hij zich in een competitie waar de nul heilig is ontpopt tot een ware killer, die zelfs vanuit de tweede lijn met beide voeten succesvol kan uithalen. Dat uitte zich in twaalf doelpunten in z’n debuutjaar en leidde hem ook naar de nationale elf van Italië.

Dit seizoen staat de teller van de nog altijd maar 23-jarige Belotti al op 23 stuks. De laatste spits van Torino die tot dat doelpuntenaantal kwam, was Benjamín Santos. De 27 goals die de Argentijn zaliger in Turijnse loondienst maakte, dateren al van 67 jaar geleden, uit het seizoen 1949/1950. Enfin, z’n laatste treffer lukte Belotti afgelopen weekend tegen Udinese. Met een knappe jump en dito kopbal bezorgde hij Torino op het nippertje een punt (2-2).

‘Nieuwe Vialli’

Mede daarom vloeit er nu in tegenstelling tot enkele maanden geleden louter lof uit pennen. Vooral Belotti’s uitstekend gevoel voor timing – hij dook ook bij zijn doelpunt tegen Udinese op zijn typische explosieve wijze pijlsnel in de rug van de defensie – doet de wenkbrauwen fronsen. Niet bij Belotti. Il Gallo wil verder, zónder een (nog grotere) hype te worden en zonder parallellen met Roberto Boninsegna of Gianluca Vialli te zien getrokken worden: ‘Gelieve me niet te vergelijken met grote spelers. Dat creëert percepties en oneerlijke verwachtingen.’

Maar wanneer een spits met zo’n profiel, zo’n potentieel en zo’n cijfers ‘slechts’ bij de nummer negen uit de Serie A speelt, creëert dat automatisch verwachtingen en belangstelling. De geruchtenmolen draait aan 130 km/u: Arsenal, Chelsea, Atlético Madrid en Juventus zijn de clubs die het vaakst worden genoemd. Al is het voor Cairo geen optie dat Belotti naar de stadsgenoot verkast: ‘Voor Italiaanse clubs blijft de vraagprijs sowieso op honderd miljoen staan. Ik hoop dat hij alle aanbiedingen afwijst.’

Met slechts 3 zeges in de laatste 17 wedstrijden, lijkt dat ondenkbaar. Wil Il Gallo zich verder ontwikkelen en zelfs prijzen pakken, moet hij z’n doelpunten – met de hand als een hanenkam loodrecht op het voorhoofd – bij een grotere club kunnen vieren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content