Sven Nys weer wereldkampioen (van het hele seizoen)

© BELGA
Jonas Creteur
Jonas Creteur Sportredacteur bij Knack.

Nys opnieuw de wereldkampioen van het héle veldritseizoen, Albert en Pauwels die door het ijs zakten, de doorbraak van Meeusen, de bredere (sub)top, en de voorzichtige opleving van de buitenlanders. Het veldritseizoen 2013/2014 in cijfers.

Met een 2e plaats op het WK, een Belgische titel, eindoverwinningen in de Superprestige en de bpost bank trofee, en in totaal 17 overwinningen is Sven Nys ontegensprekelijk opnieuw ‘de wereldkampioen’ van het héle veldritseizoen.

In de klassementscrossen + BK/WK (zonder de WB-manche in Rome, waar hij niet aan deelnam) behaalde de Balenaar een 10 op 24, of een zegepercentage van 41,67. Iets minder dan vorig seizoen (44% of 11 op 25) toen hij in totaal 18 keer won en ook een wereldtitel op zak stak.

In 16 van die 24 belangrijkste veldritten stond de 37-jarige Vlaams-Brabander op het podium, of 66,66 %. Zijn hoogste percentage sinds het seizoen 2010/2011 (69,23).

Ter vergelijking: zijn absolute topseizoen beleefde Nys in 2006/07 toen hij 65,51% van de klassementscrossen + BK/WK won en in 89,65% van die crossen op het podium stond.

Slechte campagne voor Niels AlbertNiels Albert sloot zijn seizoen af met een klinkende zege in Oostmalle. Een opsteker nadat hij geen Belgische of regenbootrui veroverde en ook geen eindzege in een regelmatigheidscriterium behaalde. Het overkwam hem nog maar 2 keer in zijn profcarrière, in zijn debuutseizoen (2007/08) en in 2009/10. Toen scoorde hij wel nog een 9 op 27 (33%) in klassementscrossen + BK/WK.

In de afgelopen veldritcampagne bleef de BKCP-crosser in die belangrijkste afspraken steken op 5 op 25, het laagste percentage (20) sinds zijn tweede profseizoen (2008/09) toen hij een 4 op 20 behaalde (na o.m. een miltscheur in Gavere).

In 14 van de afgelopen 25 crossen finishte hij op het podium (56%), het op 2 na laagste percentage sinds zijn profdebuut. Vorig jaar was dat nog 77%.

Albert staat met 9 overwinningen (ook nog in kleinere A-wedstrijden als Erpe-Mere, Neerpelt, Antwerpen en Sint-Niklaas) wel tweede in de Belgische zegeranglijst, na Nys.

Nog slechter seizoen voor Kevin PauwelsKevin Pauwels, dat andere deel van de ‘Grote Belgische Drie’, heeft een nog veel slechter seizoen achter de rug dan Albert: amper 2 zeges, waarvan 1 klassementscross (Essen), en 10 podiumplaatsen, waarvan 6 in de 3 regelmatigheidscriteria en 1 op het WK in Hoogerheide.

Het is van 2009/10 geleden dat het bilan van de Antwerpenaar zo mager oogde (1 overwinning, in Zolder, en 13 podiumplaatsen).

Koek meer verdeeldMede door het slechte seizoen van Albert en Pauwels bestond het podium slechts 1 keer uit de zogenaamde ‘grote Belgische drie’: in Essen, toen Pauwels won voor de crossers uit Baal-Tremelo. Vorig jaar stond dat trio nog 7 maal (in verschillende volgorde) op het podium.

De koek werd dus meer verdeeld en dat blijkt ook uit de 8 verschillende winnaars in de klassementscrossen en kampioenschappen (BK+WK). In de laatste 20 (!) seizoenen waren dat er alleen in het seizoen 1998/99 meer, toen met 9.

De bredere (sub)top blijkt ook uit het lijstje met de nummers 2 in de 17 zeges van Nys. Liefst 11 verschillende namen: Meeusen strandde 3 maal op de dichtste ereplaats na de Kannibaal van Baal; Albert, Van Aert, Van der Haar en Peeters 2 maal; Bina, Pauwels, Powers, Stybar, Vantornout en Walsleben 1 keer.

Zelf werd Nys 6 maal 2e, na 5 verschillende winnaars: Albert 2, Meeusen, Pauwels, Vantornout en Stybar.

Eeuwige rivalen Albert en Nys eindigden dus slechts 4 keer als 1e of 2e. Met 2 keer Nys als triomfator (Zonhoven, Hasselt) en 2 maal Albert die zijn gemeentegenoot afhield (Neerpelt, Hamme-Zogge).

Doorbraak van Tom MeeusenMet een zege in de Wereldbeker (Nommay), Superprestige (Middelkerke) én de bpost bank trofee (Koppenberg) plus overwinningen in kleinere wedstrijden (Laarne, ’s Hertogenbosch en Eeklo) brak Tom Meeusen op zijn 25e (definitief?) door, drie seizoenen nadat de Essenaar in 2010 in het ondergesneeuwde Gieten en Kalmthout zijn eerste klassementscrossen op zijn naam schreef.

De Telenet-Fidearenner bewees afgelopen seizoen dat hij ook op andere zwaardere (modder)omlopen kan winnen. In Middelkerke behaalde hij zelfs voor het eerst een grote zege door alleen weg te rijden en niet na een sprint.

De (voorzichtige) heropleving van de buitenlandersVoor het eerst sinds het seizoen 1997/98 eindigden er met Lars van der Haar (1e) en Philipp Walsleben (2e) meer dan 1 buitenlander op het eindpodium van de wereldbeker, weliswaar voor een deel omdat Nys wegens pech vroeg werd uitgeschakeld voor het klassement.

In de 2 andere regelmatigheidscriteria (SP en bpost bank trofee) kon echter geen enkele buitenlander postvatten in de top 3, en slechts 1 in de top 5 (Walsleben 5e in de SP, Van Amerongen 5e in de bpost bank trofee).

Met 5 zeges op 24 (klassementscrossen + WK) – Van der Haar 3, Stybar 1 en Mourey 1 – en 20 op 72 podiumplaatsen – Van der Haar 6, Walsleben 6, Mourey 3, Stybar 3 en Bina 2 – scoorden de niet-Belgen wel duidelijk beter dan vorig seizoen. Toen won alleen Bina een klassementsrace, en bezetten ze maar 12 van de 75 podiumplaatsen (16 %).

Ter vergelijking: in de seizoenen 1996/97 en 1997/98 waren de buitenlanders goed voor liefst 87,50% van de zeges in de klassementsveldritten plus WK. In het seizoen 1995/96 bezetten ze zelfs 92,59% van alle podiumplaatsen.

Hoe de wereld er bijna 20 jaar later totaal anders kan uitzien…

Door Jonas Creteur

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content