Ewald Pironet

Vlaamse ziekte

Op de ranglijst van meest concurrentiële economieën boert België achteruit, terwijl onze buurlanden stijgen.

Op de ranglijst van meest concurrentiële economieën boert België achteruit, terwijl onze buurlanden stijgen. Er zit niet alleen een les in voor de staatshervorming, maar ook voor het oplossen van het fileprobleem rond Antwerpen.

Het Wereld Economisch Forum heeft zijn jaarlijkse lijstje van de meest concurrentiële economieën ter wereld weer bekendgemaakt. België zakt daarin één plaats tot op rang 19, terwijl onze buurlanden stijgen: Duitsland twee plekken tot op plaats 5, Nederland ook twee tot op 8 en Frankrijk klimt één rang en staat nu op 15. Dat de concurrentiekracht van België terrein blijft verliezen terwijl die van onze buurlanden stijgt, moet ons verontrusten.

Niet dat alles slecht is in dit land, integendeel. Op het vlak van gezondheidszorg en basisonderwijs zijn we de primus van de 139 onderzochte landen en ook ons hoger onderwijs scoort schitterend. De Leuvense econoom Wim Moesen heeft ooit al eens uitgelegd dat dit komt door ‘de onderprijzing en de keuzevrijheid van de gebruikers. Patiënten betalen niet de hele kostprijs van hun behandeling en scholieren staan ook maar voor een deeltje van de werkelijke kosten van hun opleiding in. Bovendien kan iedereen zelf bepalen naar welke arts, apotheek, school of universiteit hij trekt. Daardoor voelen die instellingen een constante concurrentiedruk, en dat komt de kwaliteit duidelijk ten goede.’

Maar op een heel aantal vlakken scoren we ronduit slecht. We lopen al jaren achter als het over onze overheidsinstellingen gaat. De Belgische overheden presteren ondermaats in verhouding tot de middelen die ze krijgen. Als er nu, in het kader van de regeringsvorming, onderhandeld wordt over een staatshervorming, moet ook dat uiteindelijk de belangrijkste toetssteen voor het resultaat worden: zullen onze overheidsinstelling na de hervorming beter, efficiënter kunnen werken?

Want het is niet zo dat Vlaanderen automatisch alles beter doet. Uit de rangschikking van het Wereld Economisch Forum blijkt dat we zeer slecht scoren op het vlak van infrastructuur, wat grotendeels een regionale bevoegdheid is. Onze wegen liggen er ellendig bij en dat is zeker niet alleen te wijten aan de strenge winter van vorig jaar. Het heeft ook en vooral te maken met slecht beheer. Daarbij komen nog de files, die alleen maar in aantal toenemen en steeds langer worden. Bovendien is de manier waarop de Vlaamse regering het fileprobleem rond Antwerpen aanpakt een schoolvoorbeeld van hoe het níét moet. Bij het bestuderen van de beste oplossing voor het Antwerpse verkeersinfarct speelt politieke vooringenomenheid nog steeds een grotere rol dan rationele argumenten. Hoe is het anders te verklaren dat de Vlaamse regering het zogenaamde Meccanotracé van Forum 2020, een groep academici, bedrijfsleiders en economen, niet ernstig wil nemen?

De Vlaamse aanpak van het fileprobleem rond Antwerpen illustreert dat meer macht voor de regio’s niet per definitie leidt tot beter bestuur. Als de Vlaamse overheid beslissingen blijft nemen op dezelfde ontransparante manier als in het Lange Wapperdossier, is de kans klein dat Vlaanderen zal uitgroeien tot een concurrentiële economie – laat staan tot een topregio binnen Europa tegen 2020, wat de ambitie is van de huidige Vlaamse regering. Want dan heeft ook Vlaanderen geen efficiënte overheid. Dan gaat Vlaanderen ten onder aan wat ooit de Belgische ziekte werd genoemd: de cultuur van achterkamertjes, koehandel en politiek gearrangeerde beslissingen.

Ewald Pironet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content