Marnix Verplancke

Gelukkig heeft hij als Russisch immigrantje in Amerika een helse kindertijd gehad, want anders was hij toch gewoon boekhouder geworden? Knack sprak met Gary Shteyngart, Amerika’s jongste literaire sensatie.

Gary Shteyngart, ‘Handboek voor de Russische debutante’, Bert Bakker, Amsterdam, 428 blz., euro 22,50.

‘Het lijkt wel alsof iedereen tegenwoordig zijn vuist in mijn hol wil steken’ roept Gary Shteyngart uit, ‘en dat allemaal omdat ik er een beetje Midden-Oosters uitzie. Vorige week vloog ik van Canada naar New York en het was weer van dat: betast worden, uitkleden, vinger in mijn achterste. Vinden ze dat leuk misschien? Op twaalf september loop ik een bar binnen omdat ik er zo stilaan dorst van gekregen heb en ik word aan de deur tegengehouden door een buitenwipper die vindt dat ik er funny uitzie. “Weet je zeker dat je niet een van hen bent?” vraagt hij. En het is niet alleen in de VS zo. Vorig jaar was ik in Azerbeidzjan. Nietsvermoedend stap ik een metrostation binnen, zie een paar gorilla’s op me af komen stormen en word zomaar tegen de grond gekwakt. Die kerels gingen boven op me zitten en zelfs wanneer ik mijn paspoort bovenhaalde, waren ze niet te vermurwen: “Vuile Iranees, doen alsof je een Amerikaan bent, hè?” Blijken er net een paar Iraan- se terroristen opgepakt te zijn. Het is overal hetzelfde. Waar ik ook kom, ik ben publieke vijand nummer één.’

Gary Shteyngart is Amerika’s jongste literaire sensatie, een man van 31 die uit zijn verleden als Russisch-joodse immigrant putte om een satirische roman te schrijven, Handboek van de Russische debutante. ‘Toen ik in 1979 als jongetje van zeven in Amerika arriveerde, was de Sovjet-Unie net Afghanistan binnengevallen,’ vertelt hij over dat verleden, ‘iedereen haatte ons en wie ons niet beschimpte, lachte ons uit. Ik had dus een helse kindertijd, maar vanuit literair oogpunt gezien was het natuurlijk prachtig. Als schrijver heb je ongetwijfeld een slechte kindertijd achter de rug, waarom zou je anders schrijven? Als je gelukkig bent, word je toch gewoon boekhouder of zo?’

Hoofdpersoon in Handboek voor de Russische debutante is Vladimir Girshkin, een jongeman die volgens zijn moeder de heupen van een homo heeft en loopt als een jood. Hij werkt op het Emma Lazarus Genootschap voor Integratie en Immigratie en lijkt maar nergens te raken in het leven. Zijn vriendin is een sm-callgirl en zijn beste vriend een crackdealer die naar de naam Baobab luistert en tegen al wie het horen wil, zegt: ‘Ik draag mijn syfilis als een ereteken. Ik heb het in Parijs opgepikt, rechtstreeks van de bron. De geschriften van Nietzsche zijn in essentie syfilitisch, als je het wil weten.’

Wanneer de bejaarde Alexander Rybakov aan Vladimirs balie verschijnt, neemt zijn leven een nieuwe wending. De ouderling dreigt uit Amerika gezet te worden en dient dus zo vlug mogelijk genaturaliseerd. Of Vladimir dit niet kan regelen? Nu blijkt Rybakov niet zomaar de eerste de beste te zijn. ‘Psychotisch,’ zoals hij het zelf zegt, ‘maar niet gek’, ook al praat hij tegen een ventilator. Hij leeft van een uitkering, woont in een reusachtige penthouse en heeft een paar Kandinsky’s aan de muur. Zijn zoon is immers de Marmot, de ongekroonde misdaadkoning van Prava, wat op zich weer een oude Oost-Europese toeristenlokker is, de plaats waar jong en rijk Amerika een vijf jaar durende alcoholcursus volgt om zichzelf te ontdekken. Als Vladimir erin slaagt de oude Rus tot een oude Amerikaan om te boksen, mag hij de assistent van de Marmot worden, zo krijgt hij beloofd en binnen de kortste keren verandert hij van een complete loser in de wonderboy die in Prava zijn leeftijd- en landgenoten lijmt met een piramidetruc.

Uw literaire wapen is de satire. Stelt die u in staat meer te doen dan het koelbloedige sérieux?

GARY SHTEYNGART: Zeker, voor mij is satire de hoogste vorm van fictie. Iedere schrijver waar ik bewondering voor heb, van Nabokov tot Bulgakov, liet er zich mee in. Om de realiteit te kunnen uitvergroten, moet je haar eerst en vooral compleet meester zijn. Pas daarna kun je sommige facetten opblazen tot reuzenproporties om er het absurde van aan te tonen. De Amerikaanse literatuur heeft een heel sterke minimalistische traditie, denken we maar aan Ernest Hemingway of Raymond Carver. Ik vind dat goede schrijvers, maar hun ambitie is zo beperkt. Met minimalisme bewerk je je eigen tuintje, terwijl je met satire de hele wereld aankunt. Russisch en joods zijn, helpt daarbij natuurlijk. Op die manier heb ik een dubbele tragische geschiedenis.

En u bent er niet huiverig voor om zowel met de joodse intellectuele pretenties als met de Russische liefde voor de misdaad te spotten.

SHTEYNGART: Net zoals ik ook de spot drijf met linkse intellectuelen, Engelsen, Duitsers en toeristen. Ik geloof niet dat er een categorie mensen bestaat die zo heroïsch is dat je er niet mee zou mogen lachen. Al die heroïek zorgt alleen maar voor ongelijkheid en ellende. Ik hou van mensen, niet van naties of religieuze groepen. Ik hou van Amerika omdat het een van de eerste democratieën was, maar daarom ben ik nog geen patriot. Ik ben een jood, maar geen religieuze. Ik ben atheïst. Cultureel gezien, hoor ik natuurlijk bij de Russisch-Amerikaanse joden. De joodse humor zit heel diep. Wanneer ik Philip Roth lees of Woody Allen bezig zie, voel ik me met hen verwant, ook al kunnen ze elkaar niet uitstaan. Die nervositeit gekoppeld aan een neurose, we hebben er het geboorterecht op, zo lijkt het wel. Dat is wat iedere joodse moeder haar zoon meegeeft. Het is een heel verbale neurose trouwens. Van Freud naar Woody Allen is het maar een kleine stap. We hebben het hier niet over een gevoel van paniek, maar wel over een manier om die paniek te verwoorden. We hebben allemaal onze psychoanalist en we spenderen iedere dag uren aan het uiten van ons probleem, daarna schrijven we er ook nog eens over, en als het dan eindelijk weekend is, gaan we uit met onze vrienden en gaan we onszelf nog maar eens zitten doorlichten. Voor ons is onrustig zijn een beroep op zich.

U maakt allerhande allusies op grote klassieke werken uit de Oost-Euro- pese en Russische literatuur en ook daar steekt u de draak mee.

SHTEYNGART: Ik kan me best voorstellen dat ik daar een heleboel mensen mee op de tenen trap, mensen die met een vastgeroest idee in het hoofd zitten dat een roman heel diepgravend en zwaar moet zijn. Oké, ik lach met Milan Kundera’s De ondraaglijke lichtheid van het bestaan. De man belooft immers iets heel diepzinnigs te zeggen, maar doet dat op zo’n goedkope, gemakkelijke manier dat ik er ziek van word. Hij herleidt alles tot één grote waarheid, alsof het leven niet heel gecompliceerd en meerduidig zou zijn. Ik wil niet één liedje zingen, ik wil als een volwaardige dj platen mixen tot een veelstemmig, gevarieerd geheel. Kundera ontwijkt het psychologische in zijn boeken, alsof je dat weg kunt schrijven uit de realiteit. Hij denkt dat je met filosofie alleen een goede roman kunt schrijven, wat natuurlijk onzin is. Hij is te eenzijdig, net als veel hedendaagse Amerikaanse schrijvers. Zij begraven zichzelf en hun boeken in particularistische detailtjes zonder te beseffen dat ze in een wereld leven die de grenzen van de VS overstijgt.

Wanneer ik zulke boeken lees, ben ik trouwens dolgelukkig dat ik niet in de VS geboren ben en dat ik daardoor toch een bredere kijk op de zaak heb. Ik groeide op in een wereldrijk dat op instorten stond en leef momenteel in een ander wereldrijk dat hevig ter discussie gesteld wordt. In zekere zin levert dat een déjà vu op: in een maatschappij leven die een groot deel van de wereld overheerst, maar zelf niet weet waar haar prioriteiten liggen. De Sovjet-Unie zat vol interne contradicties en ze moest daardoor wel instorten. Voor de VS, als kapitalistische staat in een kapitalistische wereld, liggen de zaken weliswaar anders, maar toch. Voor ik naar hier vertrok, waarschuwde mijn vader me dat ik geen slechte dingen over Bush mocht zeggen. Anders zouden ze me te pakken krijgen, dacht hij. Dat is de Russische invloed denk ik dan, maar zoals de zaken de laatste tijd evolueren, zou hij nog wel eens gelijk kunnen krijgen.

Voelt u zich Russisch of Amerikaans?

SHTEYNGART: Eigenlijk voel ik me het best wanneer ik op het vliegtuig zit tussen de twee in. Rusland is momenteel om depressief van te worden, zeker Sint-Petersburg waar ik geboren ben. Moskou is heel westers geworden. Sint-Petersburg daarentegen is in verval. De prachtige architectuur gaat zienderogen achteruit en er is geen geld voor onderhoud. In mei bestaat de stad driehonderd jaar en nu wordt ze volledig omgebouwd in één groot Potemkin-dorp, glinsterend aan de buitenkant, maar kijk alsjeblieft niet achter de façades, want daar staat de boel op instorten.

Hebt u door uw specifieke situatie ook een andere kijk op de VS?

SHTEYNGART: Ik woon in New York en dat is sowieso al iets anders dan de VS. De helft van de New Yorkers is immers elders geboren Als je geen immigrant bent, behoor je dus bij wijze van spreken bij een minderheid. Het is de enige global city die Amerika rijk is. In New York voel ik me mezelf. Toen ik in Ohio op de universiteit zat, voelde ik me daarentegen een Russische immigrant – en een volstrekte oen, maar dat is een andere zaak. Als je New York verlaat, zien de mensen er opeens anders uit, en dat geldt voor de hele VS, zowel blank als zwart, iedereen ziet er zo verdomde Amerikaans uit.

Heb je daardoor ook meer begrip voor president Poetins standpunt over Irak?

SHTEYNGART: Ik haat Poetin uit het diepst van mijn hart en ik had nooit gedacht dat er een moment zou komen dat ik zijn zijde zou kiezen, maar momenteel is dat zo, en dat ligt meer aan Bush dan aan Poetin zelf natuurlijk. Kijk, ik hou ook niet van Saddam Hoessein. Het kwaad dat die man veroorzaakt heeft, is immens. Bush is dus zeker niet zo erg, maar dat neemt niet weg dat hij een plaag is voor Amerika. Hij is echter niet zozeer de personificatie van het slechte dan wel van het domme. Had Al Gore maar gewonnen, denk ik vaak, ook al was hij niet bepaald mijn kandidaat, dan zouden wij vandaag niet in Irak zitten en dan zou de rest van de wereld ons een stuk minder haten.

Ook hier is er een kloof tussen New York en de rest van de VS neem ik aan?

SHTEYNGART: Net na elf september schreef het satirische tijdschrift The Onion dat Amerika voor een paar weken van New York zou houden en dat het daarna de stad weer zou verketteren als voordien. Zo is het inderdaad gegaan. We zijn weer gewoon dat stelletje joden en homo’s van weleer.

U gaat geregeld terug naar Rusland. Herkent u het land nog dat u meer dan twintig jaar geleden verlaten hebt?

SHTEYNGART: Natuurlijk. Er zijn een paar McDonald’s bijgekomen en een paar advertentieborden die Coca-Cola aanprijzen, maar voor de rest is het land zijn goeie ouwe zelf gebleven. De Stalin-

architectuur en de Chroesjtsjovarchitectuur staan nog recht en de mensen zijn geen haar veranderd. Rusland is Sta- lin eigenlijk nooit te boven gekomen. Het is altijd een paranoïde, kwade en psychisch onderdrukte maatschappij gebleven. Toen ik de eerste keer terug was, liep ik te glimlachen op straat en iedereen hield me voor een idioot. In Rusland valt er gewoonweg niet te glimlachen. Je moet horen hoe die mensen spreken, vanuit de diepste regionen van hun stembanden. ‘Ik hou van je’ spreken ze uit als was het een grafschrift. Na het holle Amerikaanse optimisme was dat natuurlijk even slikken. Het grote probleem van Rusland is dat iedere sociale zorg er gewoon verdwenen is. De overheid geeft geen roebel om het volk, wat ze op een perverse manier dan weer verwant maakt met de regering-Bush.

Is de trieste staat van Rusland te verklaren vanuit zeventig jaar communisme?

SHTEYNGART: En een paar eeuwen tsarisme en duizend jaar feodalisme. Rusland heeft nooit enige vorm van democratie gekend – of misschien een jaartje, net na de revolutie. Nabokovs vader maakte deel uit van de Kadettenpartij, wat wellicht de enige democraten waren die het land ooit rijk is geweest. Die lange traditie heeft tot een mentaliteit van gedweeë volgzaamheid geleid. Het idee dat je zelf je leven kan bepalen, is de Russen volkomen vreemd. Ook al leven ze nu in een democratie, toch is het nog steeds een kleine elite die het land bestuurt, dezelfde elite trouwens die het land onder het communisme leidde. Het enige verschil is dat ze nu betere en duurdere pakken draagt. Zoiets verander je niet van vandaag op morgen. Eerst moet iedereen die ooit de Sovjet-Unie meegemaakt heeft gestorven zijn, wat niet zo lang zal duren aangezien de levensverwachting ieder jaar daalt en die voor een man nu op 55 jaar ligt.

‘Rusland heeft dus niet alleen leningen van de Wereldbank nodig, maar vooral een paar vliegtuigladingen psychiaters die de algemene mentaliteit kunnen opkrikken. En er komt beweging in. Onlangs ging er in Sint-Petersburg een Freudmuseum open. Stel je voor, wat een aardverschuiving. De traditionele Russische kijk op de psychiatrie is dat het de plaats is waar je je vijanden dumpt, wat natuurlijk niet aanzet tot het kweken van veel vertrouwen in de discipline. En zelfs de Russisch-Amerikanen slepen die attitude mee. De Russische radio in de VS wijst er keer op keer op dat de psychiatrie geen concentratiekamp is en dat veel westerlingen er een beroep op doen, maar de achterdocht blijft groot. Onlangs las ik een verhaal voor op die radio en een paar dagen later belde er een oude Russische immigrant om mij te bedanken. Hij had nooit geweten dat vrouwen ook een orgasme konden hebben. Hij had zijn vrouw inmiddels een paar keer onder handen genomen en ze bleek er heel gelukkig door te worden. Van zo ver komen we dus.

Marnix Verplancke

‘Rusland is Stalin eigenlijk nooit te boven gekomen.’

‘We zijn weer gewoon dat stelletje joden en homo’s van weleer.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content