Pedro De Bruyckere

‘Stress bij Vlaamse jongeren: hoe vallen verschillende onderzoeksresultaten te verklaren?’

Pedro De Bruyckere Pedagoog en onderzoeker.

Pedagoog Pedro De Bruyckere legt de verschillende studies van de afgelopen maanden naar het stressniveau bij de Vlaamse jeugd naast elkaar.

Misschien hoorde je het wel al eens: met statistiek kan je alles bewijzen. Ook een andere variant kan opduiken: het ene onderzoek zegt dit, het andere spreekt dat dan weer tegen. De voorbije weken zou je die indruk kunnen hebben gekregen over stress bij de Vlaamse jeugd. In februari bracht de Vlaamse Scholierenkoepel groot nieuws over de druk die Vlaamse jongeren onder andere op school ervaren. Het leidde enkele weken geleden tot een reportage van Nic Balthazar in Pano.

En gisteren, opeens, stelt de OESO in hun driejaarlijks PISA-rapport vast dat de Vlaamse jongeren in vergelijking met de meeste andere landen net weinig stress of druk ervaren. We moeten ons misschien wel zorgen maken over het feit dat onze jongeren bij de minst ambitieuze zijn, met wat slechte wil kan je dit zelfs zien als dat misschien te weinig druk ervaren of zichzelf opleggen. Of beter: OESO-topman Dirk Van Damme vindt dit verontrustend, prof. Wim Van den Broeck idem, maar prof. Maarten Van Steenkiste vindt dit helemaal niet verontrustend. En oja, onze jongeren zijn misschien weinig ambitieus, ze presteren wel uitstekend.

Hoe valt dit allemaal te rijmen?

Laten we even kijken naar het onderzoek van de scholierenkoepel. Zoals ze zelf aangaven, is dit voor alle duidelijkheid geen wetenschappelijk onderzoek. Meer nog, door de aanpak lag een overrrepresentatie van stress bij jongeren voor de hand. De enquete werd gewoon verspreid en de reactie was zeer groot, maar in welke mate de respons representatief was, dit is in welke mate de steekproef overeenkwam met de werkelijkheid? Geen flauw idee. Meer nog: de kans dat jongeren die stress ervaren net meer geneigd zullen zijn de enquete in te vullen is vrij groot.

‘Stress bij Vlaamse jongeren: hoe vallen verschillende onderzoeksresultaten te verklaren?’

Het PISA-onderzoek is wel wetenschappelijk, en legt de lat behoorlijk hoog. Men streeft dus wel representativiteit na. Het is dus niet onlogisch, dat het aantal jongeren dat aangeeft dat ze stress ervaren op school een pak lager ligt.

Maar lager liggen betekent ook niet dat er geen jongeren zijn die geen stress ervaren. Het aantal is in Vlaanderen, Nederland, Zwitserland en Finland uitzonderlijk laag in vergelijking met andere landen die zeer mooie scores opleveren, maar het aantal is zeker niet 0. En oja, PISA kijkt enkel naar 15-jarigen. Uit een ander wetenschappelijk zeer degelijk onderzoek, de JOP-monitor kwam men tot nog steeds positieve maar iets lagere cijfers over het welbevinden van de Vlaamse jeugd, maar dat onderzoek keek naar een veel grotere leeftijdsgroep, wat alleen al de verschillen zou kunnen verklaren.

Nieuwe nuances

Ook bij PISA zijn er – zoals bij elk wetenschappelijk onderzoek – bedenkingen te maken. Zo gaat het in hun bevraging over perceptie van de jongeren. Hoe zien jongeren het zelf. Ze geven dus in meerderheid aan weinig druk te ervaren, maar we hebben in feite geen flauw idee of die druk er al dan niet is. Daarvoor heb je andere wetenschappelijk tools nodig, bijvoorbeeld observaties.

Ik weet zelf van minstens twee onderzoeken die de komende tijd zullen gepubliceerd of gevoerd worden rond deze zelfde vraag. De kans dat er via deze onderzoeken nieuwe nuances zullen worden toegevoegd aan onze kennis over de druk bij de Vlaamse jeugd, is groot. Misschien is het wel een idee voor de journalisten om bij elk onderzoek aan te geven wat de sterktes en beperkingen zijn?

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content