‘Stigma dat adoptiehonden dragen is al groot genoeg’

‘De reactie die iedereen zou moeten hebben tegenover buitenlandse adoptiehonden is dezelfde als bij het kopen van een pup’, schrijft Caroline Gevaert van SOS Zwerfhonden. Ze reageert op een opinie van Tiny De Keuster, die waarschuwde voor het in huis halen van buitenlandse zwerfhonden.

In haar artikel Straathonden zijn geen huishonden beweert Tiny De Keuster dat straathonden bij adoptie te veel problemen geven omdat ze generaties lang op straat overleven, waardoor ze niet meer mensgericht zijn, o.a. door gewijzigde oxytocyine-receptoren. Organisaties die staathonden ter adoptie aanbieden zouden een plaatselijk probleem dus naar hier exporteren. Met het gewicht dat ze als professor en hondengedragstherapeut in de schaal kan werpen, bevestigt ze de kwalijke (maar veelal onterechte) reputatie die buitenlandse straathonden al hebben. Daarmee dreigt haar artikel, waarin ze het verder heeft over straathonden en zwerfhonden in het algemeen, alle organisaties die straathonden redden en ter adoptie aanbieden in diskrediet te brengen.

Maar er zijn straathonden en straathonden … Niet alle straathonden zwerven al generaties lang op straat rond. Er zijn veel landen waar honden zomaar worden gedumpt omdat ze zwanger zijn, ongewenst geboren, ziek, “uitgekweekt”, kreupel of oud, of omdat ze niet meer excelleren in wedstrijden. Deze honden worden noodgedwongen straathonden en zijn het niet gewoon om zelf voedsel en water te zoeken. Als ze op straat belanden, vermageren ze zienderogen, worden ziek en vaak ook slachtoffer van het verkeer. Ze zijn afhankelijk van mensen om te overleven.

Stigma dat adoptiehonden dragen is al groot genoeg.

Verschillende organisaties, zoals de onze, doen hun uiterste best om net die verstoten honden op te vangen, medisch te behandelen, en, als ze weer fysiek en mentaal in orde zijn, hun een thuis te geven bij een zo goed mogelijk gescreende adoptiefamilie. Het bedrag dat aan de adoptanten daarvoor gevraagd wordt, ligt tussen 300 en 400 euro, maar dat is maar een fractie van de werkelijke kost voor de organisaties, die financieel instaan voor maandenlang verblijf, medische behandeling, de nodige documenten en begeleid transport. De organisaties rekenen daarvoor op bijkomende financiële steun van sympathisanten en belangeloze inzet van vrijwilligers. De bedoeling van deze organisaties is enkel om verstoten dieren toch nog een gelukkige toekomst te bieden, niet om een buitenlands probleem van overlast op te lossen en daar bovendien nog geld aan te verdienen.

Uiteraard loopt niet elke adoptie even vlot. De geadopteerde hond en de adoptiefamilie hebben voldoende tijd nodig om elkaars gewoonten goed te leren kennen en soms is het ook even zoeken naar de gepaste thuissituatie, maar meestal gaat het wél goed. Met de genetica van deze geredde honden is er dan ook niets mis: ze zijn wel degelijk op de mens gericht. We krijgen veel verraste reacties van adoptanten en mensen die ze ontmoeten over hoe dankbaar, sociaal en aanhankelijk deze adoptiehonden zijn.

Jammer genoeg bestaan de vooroordelen ook nog bij sommige dierenartsen. Ook zij stellen adoptanten dikwijls argwanend de vraag waarom ze per sé een hond uit het buitenland moesten adopteren. Waarom konden ze de hond niet laten in het land waar die thuishoorde? Ze houden er geen rekening mee dat die hond zich net niet thuis voelde toen die ziek en hongerig op straat ronddoolde en werd geschopt en verjaagd en zijn leven moest wagen in nietsontziend verkeer … Adoptanten, die vinden dat deze dieren ook recht hebben op een gelukkig bestaan, even goed als de hier gekweekte honden, moeten zich wel vaker verantwoorden voor hun keuze, maar het weegt dubbel zo zwaar als de argwaan komt van de dokter die ze moeten vertrouwen voor het medische welzijn van hun hond.

De reactie die iedereen zou moeten hebben tegenover buitenlandse adoptiehonden is dezelfde als bij het kopen van een pup. Stilaan weten de meeste mensen die een hond willen kopen dat ze moeten opletten voor de broodfok, waar zoveel mogelijk honden verkopen voorop staat, en dat ze moeten kiezen voor kleinschalige kwekers die met veel zorg omspringen met hun honden. Met dezelfde voorzichtigheid kunnen kandidaat-adoptanten nagaan op welke schaal adoptieorganisaties werken en of ze het welzijn van de honden vooropstellen, o.a. door aandacht te besteden aan een goede match tussen hond en adoptiegezin, het controleren van de leefomstandigheden van de dieren, en ook de honden na adoptie te blijven opvolgen.

Tiny De Keuster roept op om de minister van dierenwelzijn te laten ingrijpen en rode kaarten uit te delen aan organisaties die op grote schaal probleemhonden invoeren. Uitsluiting van dergelijke organisaties en een officiële erkenning van de betrouwbare kan inderdaad een goed idee zijn. Het kan kandidaat-adoptanten helpen om het kaf van het koren te scheiden. Maar zorg er ook voor dat dit geen extra belasting veroorzaakt bij organisaties die wel goed werk leveren. Nog meer regels en nog meer administratie is het laatste wat zij nodig hebben. En zorg er vooral ook voor dat zo’n actie geen smet werpt op adoptie in het algemeen. Als wantoestanden worden aangeklaagd, zou er minstens evenveel aandacht mogen gaan naar het goede werk dat er wordt verricht op het vlak van adopties. Het stigma dat adoptiehonden dragen is al groot genoeg.

Caroline Gevaert is dagelijks bestuurder bij SOS zwerfhonden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content