‘Speelplaatsspelletjes hebben helemaal geen mortaliteitsfactor nodig om horror te zijn’

Mag ik enkele vragen stellen over zakdoek leggen? Is hij proper? En waarom mogen we dat aan niemand zeggen?

Volgens de statistieken van Netflix heeft iedereen in de bewoonde wereld vorige week naar Squid Game gekeken. De reeks nog uitgebreid introduceren voelt onnodig. Voor alle West-Vlaamse lezers: in Squid Game worden speelplaatsspelletjes gespeeld door volwassenen, met een iets hogere inzet dan de populariteit van de dag, namelijk hun leven. Cool. Maar speelplaatsspelletjes hebben helemaal geen mortaliteitsfactor nodig om horror te zijn.

Reist u even met me mee, willen of niet, naar de jaren negentig in Rotselaar-Heikant, waar op de grijze speelplaatstegels van de gemeentelijke basisschool een zoveelste spelletje ‘kus of kot’ ingezet werd. Dat is tikkertje, maar in plaats van tikken, grijp je iemand vast die jou ofwel moet kussen, ofwel in de voor de gelegenheid gebouwde gevangenis moet. Er is geen derde optie, zoals gewoon voortdoen met het leven en niemand kussen. ‘Ongewilde kus, dan naar de gevangenis’ zou een correcter spelletje geweest zijn, maar hé, daar zijn we in het echte leven ook al lang tevergeefs op aan het wachten.

Is ’tikkertje ongewenste intimiteiten’ niet eng genoeg voor u? Wat denkt u dan van ’tussen twee vuren’? Wie van ons droomt ’s nachts niet meer geregeld van de lederen voetballen die als kanonskogels van veel te korte afstand op je ribben werden gegooid? En dat was de bedoeling! Dat was het spel. Nee, dan ga ik liever écht tussen twee vuren zitten, op veilige maar nog steeds voldoende warme afstand, podcastje op, geen kans op verwondingen of psychische trauma’s. Dat is een speeltijd die ik weet te appreciëren.

En u kunt nu zeggen: ‘Ja maar, dat zijn die nieuwe games. Vroeger bestond dat allemaal niet.’ Maar mag ik dan toch enkele vragen stellen over zakdoek leggen? Van wie is die zakdoek precies? Is hij proper? Waarom mogen we dat eigenlijk aan niemand zeggen? Enfin, dingen om over na te denken.

Nog iets om over na te denken: welk object is klein genoeg om in te slikken, groot genoeg om je luchtpijp te blokkeren en hard genoeg om nooit vanzelf te vergaan en dus operatief verwijderd te moeten worden? Knikkeren, maar!

En dan is er nog het spannendste spel op de speelplaats: gewoon leven. Tien minuten speeltijd overleven zonder water van het kraantje op je broek te morsen en voor altijd als ‘pipiman’ door het leven te gaan, zonder te vallen en je knieën niet alleen open te schuren, maar ook nog steentjes van de speelplaats onder je kniehuid mee naar huis te nemen, zonder de foute koeken bij te hebben. Daar wil ik de Zuid-Koreaanse versie wel eens van zien.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content