Herwig Reynaert

Rectorverkiezingen aan de Universiteit Gent: een farce

Herwig Reynaert Professor lokale politiek aan de UGent

Statler en Waldorf zouden zich in de Gentse aula met hun ironische kritiek geen blijf geweten hebben.

Iedereen die ooit een voetbalmatch live heeft meegemaakt, kent het fenomeen. Eén van beide ploegen komt, op het eerste gezicht, op een onoverbrugbare achterstand. De supporterskoren verstommen, zogenaamde supporters druipen ontgoocheld af en verlaten verweesd het stadion. De supporters van de tegenpartij scanderen ‘en laat je ploeg maar in de steek’. De trouwe schare echte supporters blijven echter te allen tijde achter hun ploeg staan, rapen hun moed bijeen, moedigen de spelers opnieuw aan en verlaten allerminst het stadion. In nood kent men immers zijn vrienden.

Hetzelfde gevoel bekroop mij de voorbije dagen naar aanleiding van de rector- en vicerectorverkiezingen aan de Universiteit Gent. Een mooi schouwspel werd er in de prachtige Aula van ‘mijn’ Alma Mater niet opgevoerd. Wat een hoogdag van de interne democratie binnen de instelling moest worden, draaide op een sisser uit. Een gemiste kans. Zonder enige twijfel.

Nochtans had de rector alle stemgerechtigden gewezen op het belang van de verkiezingen voor de universiteit. Media-aandacht immers verzekerd bij dergelijke ‘evenementen’. Belangrijk dus om er goed uit te komen en al zeker niet om een mal figuur te slaan. Het goede imago van de Universiteit Gent mocht niet geschaad worden. En toch.

Op maandag 6 mei begon alles nochtans goed. Alles leek peis en vree. Al bij al vrij snel werd met Anne De Paepe en Freddy Mortier respectievelijk een vrouwelijke en mannelijke kandidaat-rector voorgedragen. Ook de vrouwelijke kandidaat- vicerector Anne De Paepe behaalde vlot de vereiste stemmen. Plots stokte echter de ‘stemmachine’. We – ik had immers ook het voorrecht om te mogen stemmen – slaagden er niet in, ook op dinsdag 7 mei niet, om een mannelijke kandidaat- vicerector voor te dragen. We waren er nochtans heel dicht bij. Uiteindelijk werd de stemprocedure stopgezet omdat we het noodzakelijke aantal stemgerechtigde leden niet meer bij elkaar kregen. 292 stemgerechtigden vonden het nog de moeite waard om hun stem uit te brengen, 3 te weinig. .

Wat kunnen en moeten we hieruit concluderen? De stemprocedure moet herzien worden. Dit is zo klaar als een klontje. Het werkt niet. Een grondige evaluatie moet snel plaatsvinden. Het eerste werk voor de kersverse rector en vicerector. Deze farce is niet voor herhaling vatbaar. Statler en Waldorf – de twee figuren uit de Muppetshow die tijdens de voorstelling samen in de loge op het balkon zitten – zouden zich in de Gentse aula met hun ironische kritiek geen blijf geweten hebben. De niet geslaagde stemprocedure is echter één zaak. ‘Onrustwekkender’ is echter dat heel wat collega’s het lieten afweten. Sommige collega’s hadden ongetwijfeld gegronde redenen (lesopdracht, congresdeelname, persoonlijke redenen,…) om niet present te tekenen. Anderen hadden die echter heel wat minder.

Ze vonden het blijkbaar gewoonweg niet de moeite om tot de eindstreep aanwezig te zijn. Dit is betreurenswaardig. Dit is immers een gemiste kans. Zelfs al was de stemprocedure verre van ideaal, we hadden het voorrecht, inderdaad niet de plicht, om onze stem te uiten. Dat het om een ‘getrapte’ verkiezing gaat waarbij uiteindelijk de Raad van Bestuur van de Universiteit de knoop doorhakt, is waar. Het is echter een mager excuus om niet te stemmen. Bovendien mogen we er toch van uitgaan dat de Raad van Bestuur een weldoordachte beslissing zal nemen. Wijst het echter niet op een ‘gevaarlijke’ evolutie, ook in universitaire middens, waarbij het individuele belang het groepsbelang overstijgt? Laat ons hopen van niet.

Eén iets is duidelijk. Van zodra de verkiezingskoorts en de kiespijn aan de Gentse Universiteit voorbij zijn, wachten er immense uitdagingen. De (veel te) hoge publicatiedruk, de personeelsonderbezetting, de integratie van de hogeschoolopleidingen binnen de universiteit, de veel te lang aanslepende discussie over de tweejarige master in de menswetenschappen, de verdere internationalisering, de relatie werk en privé, diversiteit, … Sommigen wordt het allemaal wat te veel.

De focus dreigt dan bij sommigen ook volop te gaan naar hun gepersonaliseerde doelstellingen. Enerzijds een goede zaak dat iedereen weet waar hij of zij aan toe is. Anderzijds dreigt het groepsbelang wat uit het oog verloren te gaan. Nochtans zal het belangrijk zijn om schouder aan schouder de vele uitdagingen van onze universiteit aan te gaan. We mogen ‘onze ploeg’, ‘onze Alma Mater’, niet in de steek laten. Sinds 1817 is er immers te veel in goede zin gebeurd. Laat ons met deze gedachte naar het tweehonderdjarig bestaan van onze Universiteit gaan. Durf denken, durf doen.

Herwig Reynaert

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content