‘Politie moet beter kunnen voelen wat er leeft. Dat doe je niet vanachter het stuur van de combi of de Bearcat’

‘Enkel samenwerking kan het Antwerpse drugsprobleem indammen’, schrijven Christian Leysen en Erica Caluwaerts van de Antwerpse Open VLD. ‘Een blik op de aanpak van de drugsmaffia van de laatste jaren leert dat zwartepieten niet loont.’

De drugscriminaliteit draaide deze nazomer op volle toeren in Antwerpen. Kogels en granaten vlogen in het rond, waarna burgemeester De Wever pantserwagens en ander zwaar geschut inzette. Dat spierballengerol kreeg de naam ‘Operatie Nachtwacht’ mee en moest de bange burger doen geloven dat De Wevers war on drugs een nieuwe, beslissende fase ingaat. Maar denken dat de straffeloosheid in de straten op die manier een halt zal worden toegeroepen, is een illusie. Enkel een volgehouden en geïntegreerde aanpak kan dit misdaadfenomeen op termijn beheersbaar maken.

Zelfs de grootste politieoperatie van de laatste 20 jaar lijkt voorlopig weinig zoden aan de dijk te brengen. Niet bij de criminelen – de tweede nacht van de operatie was er immers al terug een incident in Deurne – maar ook experten zijn niet onder de indruk. ‘Het is goed dat Antwerpen een duidelijk signaal geeft aan de criminelen,’ zegt criminologe Letizia Paoli van de KU Leuven, ‘Maar ik betwijfel of het op deze manier ook allemaal efficiënt is.’

Weten wat leeft in de buurt, doe je niet achter stuur van Bearcat.

Bart De Wever zelf verklaarde eerder al dat de actie niet meer dan symptoombestrijding is. Dat is, zoals gewoonlijk bij de N-VA, de schuld van het federale niveau: ‘Wat ik vaststel, is dat men in Brussel niet bezig is met dit probleem,’ klonk het in De Zevende Dag. ‘Ik vermoed dat sommigen het zelfs leuk vinden dat dit alles in Antwerpen gebeurt, want dan is het mijn probleem.’ Een bizarre redenering, zeker als men in acht neemt dat De Wevers partij jarenlang de portefeuille Binnenlandse Zaken heeft beheerd tijdens het Zweedse kabinet.

Een blik op de aanpak van de drugsmaffia van de laatste jaren leert nochtans dat zwartepieten niet loont. Samenwerken tussen verschillende actoren en niveaus is cruciaal om vooruitgang te boeken. Het ambitieuze Stroomplan uit 2018 moest een intense samenwerking tussen federale politie, gerecht, douane en sociale inspectie gestalte geven. Zo moest de rol van Antwerpen als drugshaven van Europa afblokt worden en de lokale drugsscene ontrafeld worden.

Helaas is het Stroomplan op een aantal vlakken bij intenties gebleven. Onder het motto “Onze haven drugsvrij” richtten havenwerkgevers en Port of Antwerp een meldpunt op om verdachte situaties te melden. Een samenwerkingsverband tussen de drugssecties van van de Antwerpse en de gerechtelijke politie, het Kali-team, liep vast door botsende ego’s en cultuurverschillen. Ook het weglopen van de N-VA uit de toenmalige regering droeg daartoe bij. De douane kon vorig jaar dan wel 62 ton cocaïne klissen in de haven, onder meer dankzij investeringen in artificial intelligence en scanners, maar dat blijft een druppel op een hete plaat.

Linker- en Rechteroever

Die vangsten van de douane vormen namelijk maar een fractie van de drugs die via Antwerpen in Europa terechtkomen. Sommigen hebben het over een honderdvoud. De Cel voor Financiële Informatieverwerking (CFI) rekent conservatief op een tienvoud, ofwel een straatwaarde van 30 miljard euro op jaarbasis. Een fabelachtig bedrag dat wijst op de potentieel ontwrichtende impact van drugs op ons economisch en sociaal weefsel. Vorige week kwam in Nederland het Strategisch Beraad Ondermijning, dat bestaat uit experten van justitie, politie en diverse overheden, met een lijvig rapport in opdracht van de Nederlandse regering. Het rapport schetst een onheilspellende toekomst voor de Nederlandse rechtsstaat bij ongewijzigd beleid, net doordat de drugscriminaliteit een dermate grote parallelle economie heeft gecreëerd. Ze pleiten voor een jaarlijks 400 miljoen euro kostend deltaplan tegen de drugscriminaliteit.

Ook in België is nieuw nationaal plan van aanpak tegen de drugscriminaliteit nodig. Vooreerst is het essentieel dat uit de groeipijnen van het Stroomplan lessen worden getrokken om diverse diensten beter te laten samenwerken. Internationaal wordt daar werk van gemaakt via Europol, Beneluxsamenwerking en contacten met onder andere Zuid-Amerikaanse havens. Maar ook binnen België moeten de beleidsniveau’s samenwerken. De regelgeving moet hieraan aangepast worden. Lukt dat niet, dan moeten pragmatische oplossingen gevonden worden.

Een goed voorbeeld daarvan is de verdeling van de Linker- en Rechteroeverhaven over twee gerechtelijke arrondissementen. Op niveau van het parket is daar een mouw aan gepast door havenprocureurs in zowel Antwerpen als Oost-Vlaanderen bevoegd te maken vooor dit dossier. Voor berechting in één gespecialiseerde rechtbank, is het echter wachten op een grondwetswijziging.

Businessmodel

Een tweede belangrijk element is de noodzaak om werk te maken van een integriteitsbeleid binnen de overheden. Door de immense geldsommen wordt de corruptiedruk namelijk groot en is infiltratie van overheidsfuncties is een stijgend risico. ‘Dankzij de medewerking van interne actoren, zoals onder meer havenarbeiders en vertegenwoordigers van politie en douane, kunnen criminele organisaties vandaag de dag alsmaar grotere ladingen cocai?ne invoeren,’ zegt Professor Emeritus Cyrille Fijnaut. ‘Zendingen van meer dan een ton cocai?ne vormen dan ook geen uitzondering meer.’ An accident waiting to happen, vooral bij de politie. Zo stelde de Algemene Inspectie van de Politie vorig jaar nog dat een centraal integriteitsbeleid ontbreekt. Dit was een van de werven van het Stroomplan die dringend opnieuw opgestart moeten worden, voordat een schandaal tot steekvlampolitiek leidt.

Vervolgens is er meer nodig dan pure repressie, al blijft ook die nodig. Een opgedreven preventiebeleid en harm reduction zijn nodig om de negatieve maatschappelijke gevolgen van het drugsgebruik te counteren. Politie moet zich beter in buurten kunnen nestelen om te voelen wat er leeft. Dat doe je niet van achter het stuur van de combi of de Bearcat, maar door aan community policing te doen.

Ten slotte moet er een veel grotere focus worden gelegd op het breken van het businessmodel van de drugshandel. Dat behoeft een grotere symbiose tussen politionele en bestuurlijke handhaving. Kleine zelfstandige middenstanders zwoegen om te overleven in handelskernen die het vandaag moeilijk hebben, maar moeten lijdzaam toezien hoe anderen probleemloos de huur kunnen blijven betalen zonder ooit één item te verkopen. Die witwashandelszaken maken van onze handelskernen spookdorpen van schijnwinkeliers. Er werden lokaal al bescheiden successen geboekt door gecombineerde controles van sociale inspectie, politie en andere diensten, maar het Antwerpse stadsbestuur kan op dit vlak nog stappen vooruit zetten. Denk bijvoorbeeld aan een betere screening van startende ondernemingen, zoals men dat in Turnhout al doet, of aan plukacties waarbij dubieus gefinancierde ‘patserbakken’ in beslag worden genomen. Dit soort acties worden bovendien geapprecieerd door normale, hardwerkende en belastingbetalende burgers die door de fiscus wél nauwlettend in het oog worden gehouden. Ze breken ook de heersende perceptie dat de kleine garnalen in de drugswereld, met veel bling bling, met alles wegkomen. Daarnaast is er de complexere financiële criminaliteit waarbij significante bedragen in vastgoed in binnen- en buitenland geïnvesteerd worden via hawala-bankieren of compensatietechnieken via schermvennootschappen. Hier voeren parket en recherche met te weinig personeel en beperkte middelen een ongelijke strijd. Terwijl nét daar het drugsmilieu de grootste klappen kan toegebracht worden.

Het is duidelijk dat de war on drugs in realiteit een hardnekkige, langdurige loopgravenoorlog is waarin elke meter terreinwinst duur bevochten wordt. Er moet spoedig een nieuw nationaal drugsplan komen, in samenspraak met alle veiligheidspartners en het lokale niveau. Er is geen realistisch alternatief, behalve niets doen. We dreigen dan ook, sneller dan we denken, in Nederlandse toestanden te belanden – waarbij niet alleen kogels, maar ook liquidaties schering en inslag zijn. Het is aan de nieuw te vormen federale regering om de handschoen op te nemen en aan de burgemeester van de grootste stad van Vlaanderen om zich coöperatief op te stellen.

Christian Leysen is volksvertegenwoordiger voor Open VLD in de Kamer.

Erica Caluwaerts gemeenteraadslid voor Open VLD in Antwerpen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content