Kristien Van Vaerenbergh (N-VA)

‘Pleegzorg: belang van het kind moet voorrang krijgen op de rechten van de ouders’

Kristien Van Vaerenbergh (N-VA) Federaal Volksvertegenwoordiger voor de N-VA.

Volksvertegenwoordigers Lorin Parys en Kristien Van Vaerenbergh van N-VA betreuren dat het Grondwettelijk Hof in een recent arrrest de rechten van pleegouders terugschroeft.

Het Grondwettelijk Hof vernietigde een bepaling van de nieuwe pleegzorgwet. De wet werd in maart 2017 goedgekeurd door de Kamer en wilde de opvang van pleegkinderen aantrekkelijker maken. Er is immers een groot gebrek aan pleegopvang, 500 kinderen wachten in Vlaanderen. Dit terwijl pleegzorg net de manier is om kinderen een stabiele omgeving te bieden wanneer dit bij de ouders niet meer mogelijk is. We pleiten er al langer voor om het belang van het kind laten voorgaan op de rechten van de ouders.

Pleegzorg: belang van het kind moet voorrang krijgen op de rechten van de ouders.

Dat het Grondwettelijk Hof nu één van de bepalingen vernietigt, betreuren wij enorm. Door deze bepaling konden pleegzorgers bepaalde belangrijke beslissingen nemen, ook als ze niet dringend zijn. Daar waren voorwaarden aan verbonden, het kon enkel als het kind al langer dan één jaar bij de pleegzorgers verbleef, en bovendien bepaalt de familierechtbank om welke beslissing het gaat. Ze doet dit enkel nadat ze alle standpunten kent en de belangen van het kind en de ouders heeft afgewogen. Toch stelt het Grondwettelijk Hof nu dat er niet voldoende waarborgen zijn en dat de bepaling ‘op onevenredige wijze afbreuk doet aan het recht op eerbiediging van het gezinsleven van de ouders en van het geplaatste kind’.

Over welke soort beslissingen hebben we het eigenlijk? Het gaat niet om dagdagelijkse beslissingen die horen bij het gezinsleven, zoals bijvoorbeeld welke kleren het kind die dag draagt. Het gaat ook niet om dringende zaken, zoals een medische ingreep waarbij simpelweg de tijd er niet is om de mening van de ouders te vragen. Hier gaat het over belangrijke beslissingen over de opvoeding, de gezondheid, de opleiding, de ontspanning en de godsdienstige of levensbeschouwelijke keuzes van het kind. Concreet kan het bijvoorbeeld gaan over welke richting een kind kan volgen op school.

Een mogelijke onenigheid tussen pleegzorgers en ouders mag er niet toe leiden dat de leefsituatie van een kind geblokkeerd wordt.

Dit zijn allemaal belangrijke beslissingen die een grote invloed hebben op het leven van het kind. Ze hebben daarentegen vaak een nog grotere invloed als ze niet genomen worden. Oorspronkelijk werd ook omwille hiervan deze bepaling in de wet ingevoegd. Een mogelijke onenigheid tussen pleegzorgers en ouders mag er niet toe leiden dat de leefsituatie van een kind geblokkeerd wordt. Stel dat je pleegkind doodongelukkig is in een bepaalde studierichting, maar de ouders vinden niet dat het mag veranderen. Is het dan zo vreemd dat pleegzorgers, die dag en nacht voor de zorg van het kind instaan, hier iets aan willen doen? Of het voorbeeld, uit het leven gegrepen, van een moeder die eist dat haar kind besneden wordt, terwijl ze er al jaren niet meer naar heeft omgekeken.

Pleegzorg minder aantrekkelijk

De band tussen ouders en kind is enorm belangrijk. Een goede verhouding tussen de ouders en de pleegzorgers is dan ook in ieders belang. Onze ambitie is gedeeld ouderschap. Maar we mogen niet vergeten dat kinderen niet zomaar voor lange tijd in een pleeggezin geplaatst worden. Daar zijn al veel beslissingen aan vooraf gegaan en vaak is het de laatste oplossing om een kind een stabiele omgeving te bieden. Mogen we dan toestaan dat de ouders bepaalde belangrijke beslissingen kunnen blijven blokkeren? Is het dan niet beter om de familierechtbank, met alle waarborgen die daarbij horen, de bevoegdheid te geven om een oplossing te vinden?

Als we dit niet meer kunnen, moeten er andere oplossingen gezocht worden. Het Grondwettelijk Hof dwingt ons om het makkelijker te maken ouders voor een deel uit hun ouderlijk gezag te ontzetten, wanneer gedeeld ouderschap niet lukt en aan alle rechtswaarborgen is voldaan. Dat is de ironie van deze uitspraak. In de praktijk zal die trouwens tot gevolg hebben dat pleegzorgers vaker naar de rechtbank moeten trekken. En zo maken we pleegzorg minder aantrekkelijk en zullen kinderen die thuis niet kunnen opgroeien, langer moeten wachten op een pleeggezin. Als er geen onderhandelde oplossingmogelijk is, moeten we durven kiezen voor het belang van het kind. En onomwonden durven stellen dat dit primeert op de rechten van de ouders. Daar zullen wij voor blijven strijden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content