VN: ‘Libische zware wapens gebruikt bij olifantenjacht’

De topman van de Verenigde Naties Ban Ki-moon, maakt zich zorgen over het grote aantal olifanten dat de afgelopen tijd door stropers in Afrika is gedood.

De Verenigde Naties (VN) waarschuwen dat de situatie zo ernstig is dat sommige Afrikaanse landen inmiddels het leger inzetten tegen stropers.

De handel in ivoor geldt volgens de VN als een belangrijke inkomstenbron voor gewapende groepen, waaronder het beruchte Verzetsleger van de Heer (LRA) van krijgsheer Joseph Kony. De groeiende vraag naar ivoor vanuit Azië leidt daardoor tot een forse groei van de verboden jacht op olifanten.

“Stropers beschikken over steeds geavanceerdere en zwaardere wapens, mogelijk deels afkomstig uit Libië”, melden de VN. Volgens Ban Ki-moon zetten de autoriteiten daarom ook militairen in om jacht te maken op de stropers.

De problemen zijn het grootste in Kameroen, de Centraal Afrikaanse Republiek, Tsjaad en Gabon. Alleen al in één natuurpark in Gabon zijn de afgelopen negen jaar zo’n 11.000 olifanten door stropers gedood, zegt Ban Ki-moon. In Tsjaad werden in maart in een week tijd 86 olifanten doodgeschoten.

Specifiekere regelgeving

Acht landen die betrokken zijn bij de illegale handel (China, Kenia, Maleisië, Filipijnen, Thailand, Oeganda, Tanzania en Vietnam) dienden vorige week actieplannen in bij het secretariaat van de Conventie tegen de Internationale Handel met Bedreigde Diersoorten (CITES). Ze zullen onder meer werken aan een specifiekere en moeilijker te omzeilen regelgeving. Daarnaast willen de acht landen de publieke bewustwording rond de illegale stroop aanwakkeren. (AVE)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content