Beestenboel: het gedrag van de heggenmus is een schoolvoorbeeld van seksuele losbandigheid

© iStock

De heggenmus is een onopvallend tuinvogeltje met een waanzinnig seksleven.

Onopvallender zul je ze in onze tuinen niet vinden. De heggenmus is een vaal gekleurd vogeltje met een zachtjes prevelende zang. Haar uitzicht en haar communicatie zijn zo gemaakt dat ze maximaal van de radar van vogeltjeseters blijft. Ze scharrelt doorgaans bescheiden op de grond rond, in de buurt van een haag of heg, om snel bescherming te kunnen zoeken.

Vroeger was de heggenmus bij uitstek een bewoner van hagen en heggen in kleinschalige landschappen. Maar na de massale vervanging van sleedoorn- en meidoornhagen door prikkeldraad moest het vogeltje zich aanpassen. Het profiteerde van de groeiende beschikbaarheid van tuinen, die vandaag steeds vogelvriendelijker worden.

In de winter gedragen de diertjes zich meestal neutraal tegenover soortgenoten, maar vanaf de vroegste lentedagen verandert dat. Je zou het niet zeggen op basis van hun kleurloze bestaan, maar heggenmussen zijn meesters van de seksualiteit zonder remmingen en verboden. Vrouwtjes hebben een vrij vast territorium, dat van mannetjes is flexibeler – het kan overlappen met de territoria van meerdere vrouwtjes.

Het gedrag van de heggenmus is dus een schoolvoorbeeld van wat wij seksuele losbandigheid zouden noemen.

De meeste heggenmusvrouwtjes hebben geen zin in een monogame relatie. Ze kunnen er meerdere mannetjes opna houden – die zijn nooit familie van elkaar, anders zouden het te gemakkelijk leiden tot inteeltverschijnselen. Mannetjes zijn zich bewust van de concurrentie. Voor ze tot een paring overgaan pikken ze hard op de cloaca van hun geliefde van het moment, zodat de dame in kwestie eventueel sperma van een voorganger opnieuw uitstoot. Zo verhogen ze de kans op een bevruchting voor henzelf. Een paring duurt doorgaans slechts een seconde, maar een heggenmus kan meer dan honderd keer per dag overgaan tot de daad.

Zelfs als ze niet geneigd zijn om te paren gaan mannetjes af en toe toch over tot een sessie cloacapikken. Heggenmusexperts veronderstellen dat ze dat doen om zicht te krijgen op hoe groot de concurrentie is. Op basis daarvan bepalen ze hoe sterk ze zullen investeren in het voederen van de jongen van een vrouwtje.

Alle relatietypes komen in de heggenmuswereld voor: monogamie, polygynie (een mannetje met meerdere vrouwtjes), polyandrie (een vrouwtje met meerdere mannetjes, waarvan het oudste doorgaans het meeste succes heeft) en polygynandrie (meerdere mannetjes en vrouwtjes samen). Dat laatste klinkt niet alleen ingewikkeld, het ís vanuit sociaal oogpunt ook het ingewikkeldst. Er wordt zo veel geruzied dat het ten koste gaat van het broedsucces.

Zelfs monogamie lijkt voor de doorsnee heggenmus een rekbaar begrip, want ook dan kunnen vrouwtjes een scheve schaats rijden bij een buurman. De diertjes zetten maximaal in op genetische diversiteit.

Polyandrie lijkt het meest voor te komen in de natuur – het is ook het voordeligst voor vrouwtjes. Mannetjes profiteren het meest van polygynie, maar ze hebben duidelijk minder in de melk te brokken dan hun eega’s, want die strategie is vrij zeldzaam.

Het gedrag van de heggenmus is dus een schoolvoorbeeld van wat wij seksuele losbandigheid zouden noemen, maar blijkbaar loont dat, want de soort doet het goed. Als u nog eens een onopvallend vogeltje onder de haag langs uw tuin ziet scharrelen, besef dan dat het seksleven van dat diertje waarschijnlijk een stuk ingewikkelder is dan het uwe.

Partner Content