Beestenboel: de nachtegaal dreigt uit onze streken te verdwijnen

© Getty Images/iStockphoto
Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

De mooiste zanger onder de vogels dreigt uit onze streken te verdwijnen.

Het is een triest verhaal. Ooit was de nachtegaal in Vlaanderen een algemene soort. Het nachtelijke gezang van de onopvallende bruine vogel was wijd en zijd bekend en gold als inspiratiebron voor kunstenaars. Maar de kans is groot dat die zich in de toekomst met opgenomen zangpartijen zullen moeten behelpen, want de vogel is uit onze streken aan het verdwijnen.

Eind vorige eeuw zouden er nog zo’n 1500 broedparen in onze contreien aanwezig zijn geweest – wat toen al bijna vijftig procent minder was dan dertig jaar daarvoor. Sindsdien is de nachtegalenpopulatie nog sterker teruggelopen. Het blad Vogelnieuws van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) meldde dat ons nachtegalenbestand tussen 2007 en 2014 met liefst 98 procent is afgenomen. De soort is hier met andere woorden bijna verdwenen.

Daar zijn zoals zo vaak diverse oorzaken voor aan te wijzen. Nachtegalen vertoeven graag in vochtige bosjes. Nu de bodem uitdroogt, krijgen ze het moeilijk. Verruiging van de bosjes door chronische stikstofvervuiling helpt evenmin. Een nachtegaal moet op de grond kunnen rondscharrelen op zoek naar eten, maar als het daar te dichtbegroeid is lukt dat niet meer.

Als een nachtegaal zijn hele repertoire achter elkaar zou zingen, is hij een uur bezig.

De nachtegaal wordt daarenboven getroffen door de crash in onze insectenpopulaties. Hij is een trekvogel die in Afrika gaat overwinteren, waar hij eveneens te maken krijgt met de verdroging van de natuur. Het beestje moet werkelijk op alle fronten opboksen tegen onze aanslagen op zijn leefmilieu.

Het zou jammer zijn mocht de nachtegaal verdwijnen, want de zang van het mannetje is uniek. Hij gebruikt die om een partner te lokken en concurrenten af te schrikken. Wetenschappers hebben de zang intensief onderzocht en een aantal wetmatigheden gevonden. Zo kan een nachtegaal een repertoire van meer dan 180 zangmotiefjes hebben. Als hij die allemaal achter elkaar zou zingen, is hij een uur bezig.

Een vrouwtje hoort aan de zang van het mannetje of hij geschikt is als partner. Dat is belangrijk, want hij moet haar voeden en beschermen terwijl ze zit te broeden. Hij moet haar ook de jongen helpen voeden – zowel vader als moeder verzorgt tot zestien voederbeurten per uur om de jongen groot te brengen.

De beste mannetjes blijken ‘ordelijker’ te zingen: ze herhalen opvallende sequensen en brengen ingewikkeldere ’trillers’: die bestaan uit liefst honderd gezongen elementen per seconde en kunnen tot 20 procent van de zang uitmaken. Je moet een virtuoos zijn om die uit je keel geperst te krijgen. De oudste mannetjes blijken vaak de betere zangers te zijn en dus ook de beste vaders.

Een recente studie in Behavioral Ecology and Sociobiology, die weliswaar betrekking had op de sterk verwante Noordse nachtegaal, meldt dat de dieren ook op hun Afrikaanse wintergronden blijven zingen. Er zit dan evenwel weinig structuur in hun zang, ze lijken te improviseren. Als je succes zo sterk van je zangkwaliteiten afhangt, kun je in de winter niet op je lauweren rusten en moet je blijven oefenen.

Er is gelukkig ook een beetje goed nieuws: de nachtegaal lijkt het de laatste jaren bij ons toch weer wat beter te doen. Nog slechter kon natuurlijk niet – dan was hij er niet meer.

Partner Content