‘Opiniepeilingen deugen niet om verkiezingsresultaten te voorspellen’

Bart De Wever, 26 mei 2019.

‘De opiniepeilers hadden wel een beetje de richting aangegeven over winst en verlies voor sommige partijen, maar zeker de grootte van het verlies bij N-VA en de winst van Vlaams Belang hadden ze totaal niet zien aankomen. En dat verwondert mij niet’, zegt politicoloog Johan Ackaert van UHasselt.

‘Opiniepeilingen deugen niet om verkiezingsresultaten te voorspellen, dat heeft onder meer te maken met een aantal technische gegevens zoals de samenstelling van de steekproef, maar ook met het feit dat kiezers van het Vlaams Belang niet willen toegeven dat ze voor die partij stemmen.’

Ackaert verwijst naar de vorige ‘zwarte zondag’ van 24 november 1991. ‘Toen werd de winst van het toenmalige Vlaams Blok ook niet voorspeld’, zegt professor Ackaert. ‘Blijkbaar geven geënqueteerden niet graag toe dat ze voor die partij stemmen, het wordt gezien als politiek afwijkend gedrag en men geeft dan liever een politiek correct, een politiek wenselijk antwoord.’

Niet alleen de peilers zagen de Vlaams-nationalistische vloedgolf niet aankomen, ook de voorzitters van de andere partijen verkeken zich op het groeipotentieel van het Vlaams Belang. ‘Je krijgt dan de cliché-antwoorden van politici, wanneer ze geconfronteerd worden met hun verlies in de peilingen’, zeg Ackaert. ‘Ze zeggen dan dat ze toch goed onthaald worden bij huisbezoeken en op markten, maar ik denk niet dat kiezer bij die markt- of huisbezoeken geneigd is om zijn hart echt te luchten bij politici. Dat doen ze wel in de anonimiteit van het stemhokje, en dan krijg je een forse omhooggestoken middenvinger te zien.’

Bij de vorige lange regeringsonderhandelingen die meer dan 540 dagen geduurd hebben, is ons land er niet zo bekaaid afgekomen.

Volgens Ackaert hebben de hoofdkwartieren van politieke partijen en een aantal commentatoren geen voeling met wat er in de diepte leeft in de samenleving. ‘Men is in de ban van allerlei strategieën of men ziet de politiek als een geïsoleerd spelletje, maar zo ervaart de kiezer het niet. Die reageert vanuit zijn alledaagse realiteit. Ik heb maar één reportage in één krant gelezen waarbij een poging werd ondernomen om écht te doorgronden wat er in de verkavelingswijken leeft. Dàt is veel te weinig gebeurd.’

Of er een uitweg is uit de politieke patsituatie? Nieuwe verkiezingen bijvoorbeeld? ‘Ik zie niet in wat die zouden kunnen opleveren’, zegt Ackaert. ‘Ze kunnen hooguit de kaarten nog moeilijker leggen. Op regionaal niveau zijn ze overigens niet eens mogelijk.’

Ackaert wijst er op dat de tweedeling van een links Wallonië en een rechts Vlaanderen niet nieuw is. ‘Vroeger had je ook al de rechtse Vlaamse CVP tegenover de linkse PS in Wallonië, en die rol van de voormalige CVP is nu aan Vlaamse kant overgenomen door de N-VA. N-VA die door haar regeringsdeelname haar anti-establishmentallures is kwijtgeraakt. Het truitje van anti-establishmentpartij is nu aangetrokken door Vlaams Belang. Vraag is of de N-VA de rol van de CVP van destijds zal overnemen om te proberen een compromis te bereiken met de linkse Franstaligen. Dié bocht zie ik de N-VA niet vlug maken, nu ze een serieuze concurrent erbij hebben aan de rechterkant’, denkt Ackaert.

Toch ziet de politicoloog van UHasselt de toekomst niet somber tegemoet. ‘Bij de vorige lange regeringsonderhandelingen die meer dan 540 dagen geduurd hebben, is ons land er niet zo bekaaid afgekomen. Op sociaal-econmisch vlak zijn we, ondanks de toen heersende crisis, niet in een moeras terechtgekomen. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat we nu toch vrij snel een Vlaamse regering krijgen. Dat de federale dan wat langer op zich laat wachten, hoeft niet eens zo problematisch te zijn.’

Partner Content