Joris Vandenbroucke en Karin Temmerman

Niet langer ‘mijn auto, mijn vrijheid’, wel ‘onze auto, mijn vrijheid’

Joris Vandenbroucke en Karin Temmerman Fractieleiders voor SP.A in het Vlaams en federaal parlement

Tijdens de week van de Mobiliteit pleiten Karin Temmerman en Joris Vandenbroucke (SP.A) ervoor om het ideaal ‘mijn auto, mijn vrijheid’, los te laten. ‘Vergelijk met hoe onze muziekbeleving de afgelopen jaren is veranderd. Vroeger kochten we cd’s. Vandaag kopen we toegang tot muziek. Omdat de focus ligt op beschikbaarheid en gebruik – en niet langer bezit – krijgen we een veel rijkere muziekervaring met een grotere keuzevrijheid. Waarom trekken we dat idee niet door naar ons mobiliteitsbeleid?’

“Belgium has the worst traffic in Europe”, zo titelde de Britse krant The Guardian afgelopen zomer. Daarmee bracht de Engelse krant oud nieuws in komkommertijd, want we werden in eerdere onderzoeken al een aantal keer tot Europees filekampioen gekroond. Things can only get better, denk je dan. Helaas. Bij ongewijzigd beleid zullen we tegen 2030 nog 32 minuten langer doen over 50 kilometer in de spits, dan ronden we stilaan de kaap van de twee uur. Uitgerekend in de ‘week van de mobiliteit’ is dat perspectief best beangstigend, want mobiliteit is niet alleen onmisbaar voor onze economische welvaart, maar ook voor ons sociaal welbevinden. Mobiliteit brengt ons in beweging, laat ontmoeten en schept kansen.

Zelfrijdende auto

Gelukkig is ook de mobiliteit zelf in beweging. Technologische snufjes zoals ABS, GPS of cruise control hebben onze auto intelligenter én veiliger gemaakt. Maar de échte revolutie moet nog beginnen want de zelfrijdende auto komt eraan. En snel. Google verwacht klaar te zijn tegen 2018 en grote autoconstructeurs zoals BMW, Audi of Nissan springen ook op de kar. Ford verwacht zelfs dat driekwart van de auto’s autonoom zullen rijden in 2040. In Japan, de VS en, dichter bij huis, in Nederland worden grootschalige proefprojecten in de steigers gezet. Terecht, want deze technologische omwenteling kan een einde maken aan de vicieuze cirkel van meer beton, meer auto’s en meer files. Bij uitstek in het dichtbevolkte en verstedelijkte Vlaanderen.

De komst van de zelfrijdende auto biedt de kans om ons mobiliteitsbeleid fundamenteel te herdenken en de contouren uit te tekenen van een nieuwe, andere, en gedeelde mobiliteit. Want vergis u niet, delen wordt het nieuwe hebben.

Niet langer ‘mijn auto, mijn vrijheid’, wel ‘onze auto, mijn vrijheid’

In die nieuwe en duurzame mobiliteit is niet langer ‘mijn (eigen) auto, mijn vrijheid’, maar wel ‘onze auto, mijn vrijheid’ de leuze. Die vrijheid zal (opnieuw) toenemen naarmate we meer delen. Gedeelde, compacte, elektrische zelfrijdende stadsauto’s kunnen ons met een eenvoudige vraag via de smartphone oppikken en ter bestemming brengen. Of, nog beter, naar het dichtstbijzijnde openbaar vervoersknooppunt. Hij kan de ‘missing link’ zijn tussen onze individuele mobiliteitsbehoefte en het openbaar vervoer, ideaal voor die eerste en laatste kilometers naar en van het station. Dat is zoveel efficiënter dan de eigen wagen die meer dan 90 procent van de tijd stilstaat, maar wel een heel groot deel van het gezinsbudget wegvreet en kostbare openbare ruimte inneemt.

De voordelen van het autodelen 2.0 zijn dus legio: minder auto’s, maar meer mobiliteit, minder parkeerproblemen, minder uitstoot, vlotter verkeer, minder infrastructuur en meer publieke ruimte, herwonnen mobiliteit voor senioren en personen met een handicap en last but not least optimale veiligheid. Zelfrijdende auto’s sms’en nooit achter het stuur en drinken nooit een pintje te veel.

Spotify onze mobiliteit

Straks zullen we met één miljoen mensen meer zijn in Vlaanderen. Zelfs als we dubbeldeksnelwegen bouwen, zoals een politicus uit West-Vlaanderen ooit voorstelde, zullen de files er alleen maar langer op worden. Tenminste, als we blijven vasthouden aan het ideaal van “mijn auto, mijn vrijheid”. Van ‘onze auto’ hoeven we overigens ook helemaal niet bang te zijn.

Vergelijk het gerust met hoe onze muziekbeleving de afgelopen jaren is veranderd. Vroeger kochten we platen en cd’s. Vandaag kopen de ‘millennials’ eerder toegang tot muziek. Het grote succes van Spotify en allerlei andere muziekdiensten toont heel zichtbaar hoe ’toegang hebben tot’ het nieuwe ‘hebben’ is geworden. Omdat de focus ligt op beschikbaarheid en gebruik – en niet langer bezit – krijgen we een veel rijkere muziekervaring met een veel grotere keuzevrijheid. Waarom trekken we dat idee niet gewoon door naar ons mobiliteitsbeleid?

Karin Temmerman, federaal parlementslid (SP.A) en Joris Vandenbroucke, Vlaams parlementslid (SP.A)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content