Na het zomerakkoord: de hete herfst

© BelgaImage
Peter Casteels & Ewald Pironet Journalist en Senior writer van Knack

Het Zomerakkoord van de regering-Michel heeft de allure van een nieuw regeerakkoord. Zes omstreden maatregelen zouden weleens voor een hete herfst kunnen zorgen. Knack zet ze voor u op een rij.

1. 1 JAAR WERKLOOS EN 50+? MINDER PENSIOEN!

Wat?

Mensen ouder dan vijftig die langer dan een jaar werkloos zijn, verliezen een deel van hun pensioen.

Waarom?

Mensen die werkloos worden, zullen na één jaar nog maar een minimum aan pensioenrechten opbouwen. Tot nu toe gold dat een werkloze vier jaar lang pensioenrechten bleef opbouwen op basis van zijn laatste loon – een beslissing van de regering-Di Rupo was dat. Die maakte ook een uitzondering voor 50-plussers, en ook die werd deze zomer door de regering van Charles Michel geschrapt. Zij zullen evengoed na een jaar in de werkloosheid terugvallen op het minimum. Dat moet vanaf 2019 zo’n 20 miljoen euro opbrengen. Voor Open VLD was er nog een andere reden waarom deze uitzondering geschrapt moest worden. Vincent Van Quickenborne, die als minister van Pensioenen onder Di Rupo de uitzondering invoerde, vond dat er een ‘grote onrechtvaardigheid’ is weggewerkt: ‘Iemand die dertig jaar werkloos was geweest had meer pensioen dan iemand die dertig jaar zelfstandige was geweest. Door deze maatregel zal dat niet meer mogelijk zijn.’

Na het zomerakkoord: de hete herfst

De kritiek:

‘Een schandalige en antisociale maatregel’, noemt fiscaal expert Michel Maus deze beslissing van de regering. ‘Mensen van die leeftijd vragen er niet om ontslagen te worden. Als dat gebeurt, moeten we als maatschappij voor een oplossing zorgen. Het verliezen van pensioenrechten valt daar niet onder.’ ‘En we moeten eerlijk zijn,’ zegt professor Herman Matthijs, ‘veel scholen en bedrijven werven niet graag 50-plussers aan. Niet alleen de overheid, maar ook werkgeversorganisaties VBO en Voka blijven daarbij in gebreke.’

Sacha Dierckx (Minerva) begrijpt de maatregel ook niet: ‘Het gaat dus om een besparing van 20 miljoen euro. Moeten we voor dat geld ouderen wier pensioen al laag is nog eens geld afnemen?’ Rudy De Leeuw (ABVV) sluit daarbij aan: ‘Deze alweer totaal onverwachte en vooral ondoordachte maatregel is de schandvlek op het werk van minister Bacqulaine (MR). Niet alleen is gebleken dat 50-plussers nog zelden opnieuw aan een baan raken, nu gaat men die mensen die al eens gestraft zijn door een ontslag op latere leeftijd extra in de portemonnee raken door hun gelijkstellingen af te bouwen. Maar dit past in de logica van de regering-Michel: we zullen meer moeten werken, voor minder loon. En we zullen langer moeten werken, voor minder pensioen.’

2. NIEUWE REGELS VOOR EEN NIEUWE JOB

Wat?

Werklozen moeten een jobaanbieding van de VDAB niet alleen aanvaarden als ze strookt met hun vorige job, maar ook als ze in lijn ligt met hun competenties.

Waarom?

Wanneer moet een werkzoekende een job aannemen? Daar zijn verschillende regels voor en de voorbije jaren werden die al strenger. In het zomerakkoord werd beslist om de inhoudelijke criteria ook uit te breiden. Niet enkel vorige jobs worden als leidraad genomen voor een volgende betrekking, maar ook de competenties van de werkloze. ‘Nu kan zelfs wat je leerde in de jeugdbeweging een nieuwe, gepaste job opleveren’, liet Vlaams minister van Werk Philippe Muyters (N-VA) optekenen. In 2018 moet deze maatregel 20 miljoen euro opbrengen voor de begroting.

De kritiek:

Rudy De Leeuw en de vakbonden blijken ook best te vinden voor de uitbreiding van de criteria voor een nieuwe baan. ‘Doordat men enkel keek naar jobervaring, kon een bouwvakker met een kapotte rug toch verplicht worden om weer een job in de bouwsector aan te nemen. Die man zou nochtans beter iets anders gaan doen. Men heeft dus de kans om iets positiefs te maken van deze maatregel. Het risico bestaat wel dat ‘in lijn met de competenties’ subjectief wordt ingevuld, of dat het enkel wordt gebruikt om mensen sneller aan eender welke job te helpen.’

Die vrees leeft bij velen. Het voorbeeld van de woordvoerster van de VDAB, Shaireen Aftab, werd op hoongelach onthaald: ‘Een leraar heeft bijvoorbeeld 80 procent van de competenties van een vertegenwoordiger. Die laatste 20 procent kunnen we met een korte bijscholing al aanvullen.’ Een vooruitzicht waar maar weinig leerkrachten trek in leken te hebben. ‘Hoe breed gaat men die competenties interpreteren’, vraagt ook Tom Verbeke zich af. ‘Er zijn jobs waar amper competenties voor nodig zijn, en die dus eigenlijk door iedereen zouden kunnen worden uitgevoerd. Een bankbediende kan wellicht ook werken als vuilnisophaler zonder dat hij daarvoor heel veel nieuwe competenties moet aanleren. Gaat men het werkelijk zo ver drijven?’

Na het zomerakkoord: de hete herfst

3. MEER FLEXI-JOBS EN BELASTINGVRIJ BIJVERDIENEN

Wat?

Het systeem van flexi-jobs in de horeca wordt uitgebreid naar andere sectoren.

Waarom?

Eerder besliste de regering-Michel om zulke flexi-jobs toe te laten in de horecasector. ‘Een gigantisch succes’, noemde bevoegd staatssecretaris Philippe de Backer (Open VLD) die maatregel al. Het Zomerakkoord maakt zulke jobs ook mogelijk in handelszaken als bakkers, slagerijen en kleine winkels. Voorts wordt het voor iedereen die minstens vier vijfde werkt of gepensioneerd is mogelijk om 500 euro per maand belastingvrij bij te verdienen. Dan wordt aan kleine klusjes gedacht die net iets meer vergen dan vrijwilligerswerk.

De kritiek:

‘In theorie klinkt dat allemaal goed, maar in de praktijk zijn er heel wat verliezers’, reageerde Kristof Calvo (Groen). ‘Je krijgt meer tijdelijke en deeltijdse jobs met slechte uren en een laag loon, maar ook steeds meer burn-out en ziekte. Overuren kloppen en moeten bijverdienen wordt steeds meer de norm en dat is geen goede zaak.’

‘Eigenlijk creëert de overheid hiermee jobs voor mensen die al een baan hebben’, vindt Sacha Dierckx van de linkse denktank Minerva. ‘Maar helpt dat de gezinnen waar geen enkele ouder werkt en die in armoede leven? Absoluut niet. Daar, aan de onderkant van de arbeidsmarkt, zijn nochtans de meeste jobs nodig.’ De belangrijkste bezorgdheid daarnaast betreft de financiering van de sociale zekerheid. De flexi-jobs en de bijverdiensten tot 500 euro per maand leveren de sociale zekerheid minder geld op dan volwaardige banen. ‘De sociale zekerheid verliest inkomsten’, aldus Dierckx.

Rudy De Leeuw ziet de nieuwe flexibele jobs in de plaats komen van volwaardige arbeidscontracten: ‘Dit gaat natuurlijk ten koste van reguliere jobs in de sectoren waar flexi-jobs nu mogelijk worden. Het is begonnen in de horeca, maar het zal zich als een inktvlek uitbreiden als vakbonden én werkgevers niet samen één lijn trekken.’ Het oordeel van de radicaallinkse PVDA is vernietigend: ‘Mensen die vier vijfde werken en gepensioneerden tot 500 euro belastingvrij laten bijverdienen als babysitter of door het gras van de buren te maaien: dat zijn Amerikaanse toestanden. Met volwaardige werkgelegenheid heeft dat niets te maken.’

4. DE DALING VAN DE VENNOOTSCHAPSBELASTING

Wat?

Het basistarief van de vennootschapsbelasting daalt in 2018 van 33,99 procent naar 29 procent. In 2020 wordt dat 25 procent.

Waarom?

Het basistarief van de vennootschapsbelasting in België behoort tot de hoogste van Europa. Er zijn wel talrijke aftrekposten, waardoor het werkelijke tarief voor de ondernemingen die daar gebruik van maken heel wat lager kan liggen. Maar dat maakte alles ook ingewikkeld. En het gevolg was dat sommige ondernemingen veel meer belastingen betaalden dan andere. Het basistarief wordt nu verlaagd en het mes wordt gezet in tal van aftrekposten. Tot algemene tevredenheid van de werkgeversorganisaties. Pieter Timmermans van het VBO spreekt zelfs van een ‘historische beslissing’: ‘Hiermee kunnen we ons weer meten op de internationale scène.’

Na het zomerakkoord: de hete herfst

De kritiek:

‘Op het eerste gezicht lijkt de verlaging van de vennootschapsbelasting met 9 procent spectaculair’, zegt Michel Maus. ‘Maar we moeten de vergelijking met het buitenland maken en ook daar worden de tarieven verlaagd. In de OESO, de club van rijke industrielanden, staan we met ons tarief op de derde plaats, na de VS (35 procent) en Frankrijk (34,4 procent). De Amerikaanse president Donald Trump heeft al gezegd dat hij dat tarief op 15 procent wil brengen en zijn Franse collega Emmanuel Macron spreekt van 25 procent. Luxemburg gaat naar 18 procent, Groot-Brittannië wil naar 15 procent en Bulgarije gaat zelfs naar 9 procent. De kans is dus reëel dat we met ons tarief van 25 procent binnen twee jaar even aantrekkelijk zijn voor buitenlandse investeerders als voor alpineskiërs.’

Terwijl sommigen vinden dat de verlaging lang niet ver genoeg gaat, stellen velen zich de vraag wat de gevolgen zullen zijn voor de begroting: ‘Een verlaging van 34 procent naar 25 procent kost 4 miljard euro. Hoe gaat u dat betalen?, vroeg Kamerlid Ahmed Laaouej (PS) zich al hardop af. De socialisten vrezen dat de centrumrechtse regering het geld weer zal zoeken bij ‘de gezinnen, gepensioneerden en zieken, bij de gewone mens met andere woorden’, zoals Karin Temmerman (SP.A) opmerkte. Dat zegt ook ABVV-topman Rudy De Leeuw: ‘Dat de overheidsschuld daardoor toeneemt, is onaanvaardbaar. Er staan enkel peanuts als compensatie tegenover.’

‘De financiering is helemaal onzeker en onduidelijk’, zegt Maus. ‘En hopen op veel terugverdieneffecten is bedenkelijke politiek.’ Of de verlaging budgetneutraal is, is een eindeloze discussie, zegt Herman Matthijs, professor overheidsfinanciën aan de VUB en UGent: ‘Dat kun je op voorhand nooit exact inschatten. Belangrijk zal zijn welke aftrekposten allemaal zullen worden afgeschaft.’ Zijn collega Tom Verbeke van de KU Leuven, campus Brussel, is het daarmee eens: ‘Doorslaggevend zal zijn in hoeverre de notionele-interestaftrek zal worden hervormd.’

5. DE VERMOGENSBELASTING: EERLIJKE FISCALITEIT?

Wat?

Een belegger moet vanaf 2018 een taks van 0,15 procent betalen als de waarde van zijn effecten op zijn effectenrekening meer dan 500.000 euro bedraagt. De belastingvrije som per koppel bedraagt dus 1 miljoen euro.

Waarom?

De regering-Michel wou ook werk maken van een ‘eerlijke fiscaliteit’. Het was vooral CD&V dat een of andere vorm van vermogensbelasting eiste, in ruil voor de verlaging van de vennootschapsbelasting. De andere regeringspartijen stonden niet te springen om een nieuwe belasting in te voeren. Na veel diplomatie bereikte premier Michel een akkoord over deze kleine abonnementstaks op de effectenrekening. En CD&V is daar blij mee: ‘Dit is een vermogensbelasting’, verklaarde CD&V-Kamerfractieleider Servais Verherstraeten. ‘De opbrengst van 254 miljoen euro is niet irrelevant en we zullen erop toezien dat die opbrengst gehaald wordt.’

De kritiek:

De oppositie laat geen spaander heel van deze vermogensbelasting. SP.A-voorzitter John Crombez: ‘De taks van 0,15 procent is een schaamlapje dat doet denken aan de op doping betrapte Contador: zero, zero, zero….’ ABVV-topman Rudy De Leeuw: ‘In deze begroting is er nog steeds geen sprake van structurele maatregelen die moeten zorgen voor een eerlijke fiscaliteit. Van een meerwaardebelasting kwam opnieuw niets in huis.’

Na het zomerakkoord: de hete herfst

Ook in de bankwereld is men niet zo gelukkig met de effectentaks, maar om heel andere redenen: ‘Ik heb mijn bedenkingen bij die effectentaks’, zegt Michel Vermaerke van de bankenvereniging Febelfin. ‘Ze maakt de zaken alleen maar complexer.’ Volgens ING-hoofdeconoom Peter Vanden Houte verdient deze vermogensbelasting ‘geen schoonheidsprijs. Ze is vrij arbitrair en in zekere zin ook onrechtvaardig omdat ze focust op een specifieke categorie van vermogen, terwijl andere categorieën buiten schot blijven. Dat dreigt alweer voor een ongezonde verschuiving van geld naar andere vermogensbestanddelen te zorgen. Krijgen we straks opnieuw een vastgoedbubbel?’

Bovendien plaatsen specialisten grote vraagtekens bij de geschatte opbrengst van 254 miljoen. ‘Die is zeker te optimistisch’, zegt Verbeke. Maus beaamt: ‘Voor zover we nu weten, is de belasting enkel van toepassing op particulieren en niet op vennootschappen. Iedereen weet dat de grootste vermogens in holdings zitten, zodat je met een taks op effectenrekeningen die enkel particulieren belast eigenlijk alleen de armen onder de rijken gaat treffen. De taks valt ook zeer makkelijk te omzeilen, dus het valt nog te bezien hoeveel die zal opbrengen.’

Herman Matthijs heeft nog een belangrijke bemerking: ‘De effectentaks zal nu niet veel opbrengen, maar de deur is wel opengezet. Als de socialisten of communisten ooit in de regering komen, kunnen ze makkelijk het tarief verhogen. Daar is de huidige regering-Michel dan voor verantwoordelijk.’

6. DE ARCO-REGELING

Wat?

De regering richt een fonds op van 600 miljoen euro om de slachtoffers van Arco te vergoeden. 400 miljoen daarvan moet van de staatsbank Belfius komen.

Waarom?

In het regeerakkoord werd al overeengekomen dat de Arco-gedupeerden zouden worden vergoed. Het gaat om 800.000 coöperanten die via Arco, het beleggingsvehikel van het ACW (nu beweging.net), in Dexia belegden en hun investering kwijtspeelden tijdens de financiële crisis. Daarvoor legt de regering nu een pot aan, waarbij 400 miljoen moet komen van staatsbank Belfius. De overige 200 miljoen moet worden aangebracht door beweging.net, dat uiteraard erg tevreden is met dit onderdeel van het Zomerakkoord. Ook Rudy De Leeuw van het socialistische ABVV is opgelucht met de regeling voor de coöperanten van het christelijke zuil: ‘Die mensen hebben te goeder trouw wat spaargeld belegd omdat het werd voorgesteld als een veilige belegging, niet om te speculeren. Ze hebben dus recht op een sociale oplossing van de regering, in plaats van beloftes te herhalen.’

De kritiek:

De felste politieke kritiek komt niet van de oppositie, wel van Kamerlid Peter Dedecker (N-VA). Zijn partij stemde in met de Arco-oplossing, maar toch heeft hij zijn twijfels: ‘Ik zeg al vier jaar lang dat het bijzonder moeilijk wordt om de Arco-coöperanten te vergoeden met belastinggeld. Er wordt nu een nieuwe poging ondernomen om een juridische oplossing uit te dokteren die het fiat van Europa krijgt. Maar gezien het verleden is dat geen vanzelfsprekendheid.’

Ook Michel Maus ziet het nog niet meteen goed komen: ‘Het basisprobleem blijft bestaan, namelijk dat de regeling eigenlijk staatssteun is. Zolang dat niet wordt opgelost – en ik zie eerlijk gezegd niet hoe men het beschikbare budget zonder staatssteun aan de Arco-gedupeerden kan overmaken – draait men de Arco-spaarders een rad voor de ogen.’

Professor Herman Matthijs heeft een fundamenteel probleem met de Arco-regeling: ‘Het geld uit de verkoop van de overheidsparticipatie Belfius of van een superdividend uitgekeerd door Belfius behoort de overheid toe en daarmee kan ze bijvoorbeeld haar schuld verminderen. Als je een deel van dat geld uitkeert aan Arco-gedupeerden, benadeel je de belastingbetalers. Bovendien zijn de beleggers die hun geld investeerden in Fortis of KBC en heel wat hebben verloren, nooit door de overheid vergoed. Het zou me sterk verbazen als Europa deze regeling zou goedkeuren.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content