Vrije Tribune

Moeten we tegen de vossenjacht zijn? (Karl Van Ginderdeuren)

Vrije Tribune Hier geven we een forum aan organisaties, columnisten en gastbloggers

Velen zijn van mening dat jacht geen recht meer heeft om te bestaan, en niet past in de 21ste eeuw. Ik ben het daar niet mee eens, maar we moeten onderscheid maken tussen grootwild jacht (reeën, edelherten, everzwijnen) en kleinwild jacht.

Grote herbivoren doen het goed in Belgenland, everzwijnen door massaal bijvoederen door jagers enerzijds en de recente milde winters anderzijds, zelfs té goed. De zwarte dragonders hebben nu al vaak twee worpen per jaar en zijn in veel gebieden met té veel.

Het bejagen der grote herbivoren is daarom niet uit de lucht gegrepen, al moet volgens mij alles in het werk gesteld worden om de natuurlijke predatoren van deze grote hoefdieren terug bij ons te krijgen. Dat brengt de maatschappij immers veel meer op. Voor de Sint-Hubertus is dit moeilijk aanvaardbaar (Herinner u de voorzitter die uitleg gaf over roofdieren, en weidelijke vossenjacht, met naast hem een opgezet luipaard… Redelijk schraal vond ik zelf). Jagers kan je makkelijk op de kar krijgen om de grote rovers terug te krijgen, als je hen belooft dat ze binnen twintig jaar dan recht zullen hebben op een nieuw soort jachtwild. Bijvoorbeeld permits voor enkele wolven te doden. Zo werkt het in het buitenland (Slovenië, Spanje, Frankijk, VS enz.). Raar maar waar, dat is de manier waarop je de grote carnivoren het SNELST terug krijgt. Betrek je de jagers er niet bij, dan wordt door rancune menig rover tussen licht en donker omgelegd.

De jacht op kleiner wild (hazen, konijnen, patrijzen en fazanten) daarentegen, is maar een vage schim van wat het ooit geweest is. Hazen en patrijzen zijn >90% verdwenen door industrialisatie van de landbouw en verlies van habitat, konijnen worden getergd door vier dodelijke ziektes. Enkel de fazant blijft nog over… Die wordt nog steeds jaar op jaar uitgezet, omdat nog te vaak onze monotone populierenbossen en maïswoestijnen geen ideaal biotoop vormen. Het gaat de jagers dus uiteraard niet om de kippen maar om de legaal – en vooral de illegaal geloste kotfazanten, die door de vos zwaar aangepakt worden. Die kotfazanten zijn het laatste redmiddel voor de commerciële ‘kleinwildjacht’ in Vlaanderen, dat steeds meer en meer uitgroeit tot een society gebeuren. Het probleem is dus niet de vos, het probleem is een algemene achteruitgang van de groene en tevens jachtgebieden, gekoppeld aan het introduceren van veel hapklare fazantkiekens.

Slimme jagers beseffen dit maar al te goed en doen hun best om aan habitatverbetering te doen, wat inheems jachtwild ten goede komt, jammer genoeg vormen zij een minderheid binnen het jachtgebeuren.

Vossen behoren tot het overig wild. In de gebieden met grootwild jacht worden ze minder aanzien als boeman omdat ze minder schade toebrengen aan de (groot)wildstand. Veel loerjagers zullen tevens niet graag een vos schieten, de luide knal verjaagt die ochtend/avond doorgaans alle wild in de omgeving van de hoogzit. De meeste grootwild jagers liggen dus echt niet wakker van de vos.

Jagers en natuurbeschermers moeten elkaar complementeren, niet tegenwerken.
Denken dat alle jagers rijke knallers zijn zonder respect voor de natuur, lijkt mij redelijk ondoordacht. Bestaat er immers zoiets als een groene? Je hebt “groenen” die gans hun leven in dat ene natuurreservaat rondlopen, je hebt er die 3500 km rijden voor een zeldzaam zoogdier te zien en je hebt er die hun leven lang werk maken van een zo groot mogelijke soortenlijst. Ze vinden zichzelf allemaal groen. Evenmin bestaat er dus volgens mij iets al “De Jager”. Er zijn goede en slechte, de goede hebben nog vaak last van de excessen van de oudere generaties. Vroeger moest er als jager geen jachtexamen afgelegd worden en kon je ongeveer doen wat je wou.

Volgens mij is er nog steeds ruimte voor kleinwild jacht, met veel herstel van biotopen enz. Dit is dan nagenoeg een totale ommekeer van wat we vandaag zien in het gros van de jachtgebieden: de laatste hazen en zieke konijnen schieten, en voor de rest knallen op kotfazanten. Het is aan de jachtlobby om hun achterban te overtuigen dat zij ook baat hebben bij een hogere natuurwaarde.

Kijk simpelweg naar de hoeveelheid jachttwild in natuurreservaten. Op papier moeten jagers en natuurbeschermers elkaar complementeren, niet tegenwerken.

Minister Schauvliege, ja diegene die INBO wetenschappers verbood op TV te komen spreken over de vos, geeft met de nieuwe wet weinig blijk van inzicht en nog minder van lange termijndenken over natuurbeheer.

Mijns inziens is de vossen-kwestie heel klein bier vergeleken met het falende waterbeleid of het dossier omtrent de voor de biodiversiteit cruciale bosuitbreiding. Populisme regeert het milieubeleid. Geen enkele van de grote milieu-uitdagingen wordt aangepakt, en dat is volgens mij tien keer erger dan het schieten van wat vossen, wat inderdaad zeer weinig effect heeft op de populatie, zoals Koen VDB, Dirk Draulans, Jan Rodts en vele anderen reeds gestaafd hebben.

Karl Van Ginderdeuren is bioloog

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content