WWF: populaties wilde dieren sinds 1970 met 69 procent geslonken

Laaglandgorilla's in Kameroen. © Reuters

De grootte van de populaties gewervelde dieren in het wild is tussen 1970 en 2018 wereldwijd gemiddeld met 69 procent afgenomen.

Dat toont de nieuwste editie van het Living Planet Rapport (LPR) van WWF aan.

Volgens de natuurorganisatie is er dan ook dringend actie nodig van bedrijven, regeringen en het publiek ‘om de vernietiging van de biodiversiteit te keren’. De relatie van de mens met de natuur moet heropgebouwd worden, schrijft WWF.  Onder meer een duurzamere voedselproductie en afbouw van de CO-uitstoot kunnen het tij keren.

Volgens WWF bevat het tweejaarlijkse rapport de meest uitgebreide dataset tot nu toe over de toestand van de biodiversiteit wereldwijd. Er is sprake van bijna 32.000 populaties van wilde dieren van 5.230 soorten. Het gaat daarbij om de verschillende soorten gewervelde dieren: zoogdieren, vogels, amfibieën, reptielen en vissen. WWF hanteert daarbij de zogenaamde Living Planet Index (LPI) van de Zoological Society of London.  Die index daalt gemiddeld 69 procent. Het cijfer geeft geen daling van het aantal individuele dieren of het aantal populaties weer, maar verrekent elementen als ‘aantal nesten’ of ‘densiteit van de soort’.

‘Verwoestende achteruitgang’

‘WWF is uiterst bezorgd over deze nieuwe gegevens die een verwoestende achteruitgang van de populaties van wilde dieren aantonen, met name in tropische gebieden die enkele van ’s werelds meest biodiverse landschappen herbergen’, zegt de woordvoerder van WWF-België, Koen Stuyck, in een persbericht. Want in de tropen storten de gecontroleerde populaties in een ‘verschroeiend tempo’ in.  Tussen 1970 en 2018 zijn bijvoorbeeld de populaties van de gecontroleerde wilde diersoorten in Latijns-Amerika en het Caraïbische gebied met gemiddeld 94 procent afgenomen. Maar daar blijft het niet bij.

Wie op het niveau van de soortengroepen kijkt, ontwaart de grootste achteruitgang bij de zoetwatersoorten: gemiddeld minus 83 procent. Habitatverlies en belemmering van beweging in de riveren zijn hier de boosdoeners. De populatie roze Amazonedolfijnen nam tussen 1994 en 2016 in het Mamirauá-reservaat in Brazilië bijvoorbeeld met 65 procent af. In Afrika is er sprake van een algemene afname met 66 procent. Voor de oostelijke laaglandgorilla in het nationaal park Kahuzi-Biega in Congo is tussen 1994 en 2019 sprake van een afname met 80 procent.

‘Dubbele wereldwijde noodsituatie’


De belangrijkste oorzaken van populatieverlies zijn volgens WWF aantasting en verlies van habitat, exploitatie van soorten, introductie van invasieve soorten, vervuiling, klimaatverandering en ziekten. WWF spreekt van een ‘dubbele wereldwijde noodsituatie’ met het biodiversiteitsverlies enerzijds, en de klimaatverandering anderzijds.
Een van de oplossingen om het probleem aan te pakken zijn ‘intensievere inspanningen om de natuur te herstellen en in stand te houden’, en dat met erkenning van inheemse volkeren en lokale gemeenschappen. Ook een duurzamere voedselproductie en -consumptie spelen een rol, net als een grondige ‘decarbonisatie’ van alle sectoren.
WWF richt nu de blik op de 15e conferentie van de partijen betrokken bij het Biodiversiteitsverdrag. Die zogenaamde CBD COP15 blaast in december in het Canadese Montreal verzamelen – na de internationale COP-27-klimaattop in Egypte. Volgens WWF moeten de landen er een overeenkomst genre klimaatakkoord van Parijs afsluiten. WWF vraagt dat de Belgische regering bij de Europese delegatie aandringt op een ambitieus akkoord.

Partner Content