Jan Nolf

Martin in Knokke: geen nood aan Middeleeuwse moeials die olie op het vuur gieten

Jan Nolf Erevrederechter en justitiewatcher

De burger in Leopold Lippens kan ventileren wat hij wil, de burgervader in Lippens zou daar twee keer over moeten nadenken als hij over het bezoek van Michelle Martin aan dijk en kapper aldaar schande kraait.

Misschien verdeelt de exclusieve geest van Lippens de onderdanen van dit koninkrijk nog in categorieën. Ten tijde van zijn verre voorouders, dijkgraven en hoofdschepenen in het Land van Waas kon dat nog: immers voor de Franse Revolutie. Toen de eerste adellijke titel anno 1921 in de familie landde, was het cijnskiesrecht net afgeschaft. Het zou wel nog tot 1948 duren voor vrouwen kiesrecht kregen. Van datzelfde jaar dateert de Universele verklaring van de rechten van de mens, en het eerste artikel daarvan luidt dat “alle mensen vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren” worden.

Die gelijkheid geldt dus of je graaf of burger bent, bankier of loketbediende, kapper in Knokke of boswachter in Neufchateau. Dat heilig beginsel komt ons vaak niet zo goed uit, want we moeten dan procedures respecteren. Zoals zelfs de bedrogen aandeelhouders van Fortis, die het recht niet in eigen handen mochten nemen maar toch ei zo na de directie belaagden. De verguisde voorzitter van Fortis zal aan zijn broer misschien kunnen diets maken waarom woede een recept voor chaos is: zonder een rechtstaat met regels die gelijk zijn voor iedereen, volstaan pek en veren voor een vonnis.

Misschien leeft Lippens nog in de tijd dat wat nu openbare ruimte is, nog privé-grondbezit was. De taak van de burgemeester van Knokke ligt echter niet op het privé-terrein van de Compagnie du Zoute. Als voorzitter van de politieraad onderschreef hij in het Zonaal Veiligheidsplan 2009-2012 van zijn politiezone o.a. deze kernwaarden van ook de gemeentelijke democratie: “De individuele rechten en vrijheden van elke burger eerbiedigen en doen eerbiedigen. De democratische instellingen eerbiedigen. Blijk geven van een volstrekte onpartijdigheid, onkreukbaarheid en integriteit”.

Dat verdient méér dan lippendienst.

Michelle Martin is nauwelijks een vrije vrouw. Haar voorwaardelijke invrijheidstelling is door een rechtbank verbonden aan diverse voorwaarden waarvan de niet-naleving haar meteen terug achter tralies brengt. Dat het parket hierop met het vergrootglas toeziet bleek uit het verslag van het auditoraat van Namen over het “zwartwerk” bij de Zusters Clarissen. De minister van Justitie beschikt voor vervolging overigens over een initiatiefrecht en de aversie van de politieke wereld tegen de vrijlating van Martin blaakt nog steeds.

Ware hier het eerste vonnis van de strafuitvoeringsrechtbank op 8 mei 2011 uitgevoerd zoals het met ieder vonnis in een rechtstaat hoort, dan was Martin al in de anonimiteit van het Zuid-Franse Besançon verdwenen. Zelfs zonder zonnebril en met hetzelfde kapsel. Het trauma dat ze aanrichtte ware nog steeds niet verwerkt maar toch beter geheeld in plaats van populistisch opnieuw opengereten.

Malonne zou een onbekende deelgemeente van Namen gebleven zijn en voor de veiligheid ware 145.000 euro verspilling aan politiebescherming bespaard.

Misschien komt de dag dat niet alleen graaf Lippens maar ook de politieke wereld terug met beide voeten op de grond raakt. Al was het maar door het besef dat de voorwaardelijke vrijlating van Michelle Martin wel degelijk iets in gang heeft gezet. Zelfs als haar ontmoeting met vader Lejeune ontsierd werd door een media-incident, bleek dat gesprek geen maat voor niets.

Sabine Dardenne verkoos al voor de hetze van het tweede vonnis van de strafuitvoeringsrechtbank dapper met haar leven door te gaan. Nu verkoos ook Jean-Denis Lejeune na een urenlang gesprek “in een sereen klimaat” de bladzijde om te slaan en “opnieuw te leren leven”.

Middeleeuwse moeial’s die dan olie op de brandstapel gieten, kunnen we missen.

Maar de uitschuiver van Lippens had misschien één verdienste. Ze noopte eindelijk de minister van Justitie tot de waarschuwing dat we “niet elke keer de wet kunnen veranderen als we er het emotioneel moeilijk mee hebben”.

Dàt had ze wel vroeger mogen zeggen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content