Chris De Stoop
Chris De Stoop Chris De Stoop is redacteur van Knack.

De vluchtelingenkampen in de Kivu hebben voor een ontwrichting van de hele regio gezorgd. Kroniek van een aangekondigde ramp.

ALWEER zal de humanitaire hulp voor Kivu, waar het geweld en de nood tot vervelens toe voorspeld werden, als excuus moeten dienen voor de politieke dadeloosheid en afzijdigheid van de voorbije twee jaar. De Banyamulenge-rebellen, de Zaïrese Tutsi’s, en het Rwandese leger hebben in geen tijd een langgerekte bufferzone langs de grens veroverd, een cordon sanitaire, maar de menselijke prijs is ontzettend hoog. Zowat alle vluchtelingenkampen zijn als lekke banden leeggelopen, en vele honderdduizenden mensen troepen samen in Mugunga (?het grootste kamp ter wereld?) en rond de baai van Sake aan het Kivumeer, onder de tropische regens, ten prooi aan honger, ziekte en ontbering. Het stemt Afrika-expert Jef Maton erg bitter : ?Weer zijn de blanken geëvacueerd en de zwarten achtergelaten. Weer heeft België gewacht tot alles onoplosbaar geworden is, om dan te zeggen dat er niets meer aan te doen is. De zwarte mars in de Kivu telt politiek niet mee.?

De volksverhuizing is even immens en bijbels als in 1994, maar met dat verschil dat de mensen nu in een permanente staat van paniek en ontreddering zijn, zonder nog te weten waarheen, en dat er voorlopig geen toegang en geen veiligheid voor de hulpverleners kan gegarandeerd worden. Ook in 1994 waren de strijdende partijen erin bedreven om grote massa’s voor zich uit te drijven, maar nu worden de vluchtenden rechtstreeks geviseerd en beschoten. Eerst werden de aanvoerwegen afgesloten door de Banyamulenge-strijders, daarna werden de zware wapens op de kampen zelf gericht. Eind vorige week besloot de Zaïrese regering om alle Rwandese en Burundese vluchtelingen ?onder dwang en progressief? terug te drijven. Intussen worden ze beroofd en gemolesteerd door losgeslagen Zaïrese soldaten. Het vluchtelingenprobleem is zo tot een open oorlog tussen Zaïre en Rwanda geëscaleerd, een oorlog in een voorlopig kleine zone, maar met 1,2 miljoen mensen in het oog van de orkaan.

EXODUS.

Over die aantallen is er nooit volledige duidelijkheid geweest, want volgens sommige organisaties werden de cijfers gemanipuleerd en overschat door de kampleiding, om zo meer hulp in de wacht te slepen. Daarom had het Hoog Commissariaat voor de Vluchtelingen van de Verenigde Naties (UNHCR) in september jongstleden een grote tellingsoperatie opgezet, wat voor veel onrust in de kampen zorgde. De telling werd echter volledig geboycot door de vluchtelingen. De officiële reden was dat de mensen geen stempel in ?onuitwisbare inkt? op hun handen wilden. In werkelijkheid was het een krachtproef met de Hutu-leiders van het ancien régime, die zo bewezen dat ze nog altijd het leven in de kampen konden dicteren. Het UNHCR was razend en verminderde prompt het voedselrantsoen tot 800 kilocalorieën per persoon (in plaats van de normale 2.000 kilocalorieën), een ?dieet? dat er alvast toe leidde dat ineens tien keer meer mensen naar Rwanda terugkeerden.

De ergste fout die het UNHCR nu verweten wordt, is dat ze al die tijd de kampen bijna pal op de grens heeft laten staan, tegen alle regels in : normaal moeten vluchtelingen op minstens vijftig kilometer van de grens geïnstalleerd worden, zodat de vijandelijke partijen elkaar niet in het wit van de ogen kijken en elkaar niet kunnen aanvallen. Fernand Boedts van het Jesuit Refugee Service : ?Men heeft hen jarenlang in hun voorlopig kampement op de lavarotsen laten zitten. Het UNHCR heeft een tijdje geleden zelfs de schooltjes in die kampen verboden : dat zou de valse schijn wekken dat ze er permanent geïnstalleerd werden. Het UNHCR heeft hen nooit officieel als vluchtelingen erkend, want dan hebben ze bepaalde rechten, en dat kost geld. Ook voor de verplaatsing van de kampen naar het binnenland was er geen geld. Nu moet dat dan noodgedwongen gebeuren en met enorm menselijk leed. Voor velen is het al de derde vlucht op zes jaar tijd.?

In Genève geeft het UNHCR grif toe dat het ook een financieel probleem was. In 1994, na de exodus van de Rwandese Hutu, stroomden met de media ook de fondsen toe, maar die stroom is daarna wat opgedroogd. Woordvoerder Francis Kpatinde : ?In feite zijn de kampen ontstaan op de plekken waar de mensen zich uitgeput hebben laten neervallen. Daarna is er wel over een verplaatsing van die kampen onderhandeld, maar Zaïre was niet echt te overtuigen. Het budget voor de Rwandese vluchtelingen was voor 1996 eerst op 288 miljoen dollar begroot. We hebben dan bespaard tot 253 miljoen. Maar we hebben maar 201 miljoen dollar toegezegd gekregen, en daarvan blijft er nu maar zes miljoen over !? De Rwandese crisis was er uiteraard één van ongeziene omvang : 500.000 tot een miljoen doden, een miljoen ontheemden in eigen land, en twee miljoen vluchtelingen in de buurlanden Burundi, Tanzania en Zaïre. Kortom, de helft van de bevolking was dood of op de dool.

Toen op 28-29 april 1994 zo’n 250.000 mensen de met lijken gevulde Kagerarivier naar Tanzania overstaken, sprak men al van ?de snelste exodus ooit gezien?. Maar tussen 14 en 18 juli staken er zo’n 850.000 de Zaïrese grens over naar Goma. Eind juli stierven de mensen daar met een ritme van één per minuut, in totaal 50.000 op een maand tijd, vooral door cholera. Het bekendste kamp, Kibumba, lag op nauwelijks een kilometer van de grens, op 25 kilometer van de dichtste watervoorziening, op vulkanische grond waar men bijna onmogelijk latrines en graven kon delven. Het zou maanden duren voor de nodige bulldozers en tankwagens waren aangevoerd. ?De Rwandese crisis lokte ruim 200 hulporganisaties, die bijna letterlijk vochten voor een stek, en vooral voor de camera’s. Het UNHCR heeft er tientallen de toegang tot de kampen geweigerd wegens een gebrek aan ervaring of aan eigen middelen. De coördinatie liep soms mank, maar toch was die hulpverlening een enorme prestatie en een mijlpaal,? zegt Wilfried Remans van het Rode Kruis.

TERUGKEER.

Na de epidemieën brak echter het geweld uit in de kampen, die grotendeels onder de knoet gehouden werden door de vroegere leiders, militairen en milities, die voor de genocide verantwoordelijk waren vandaar dat de term les génocidaires een courante benaming werd. Natuurlijk slaat dat slechts op een minderheid : volgens bepaalde ramingen zou 10 à 15 procent van de kampbevolking rechtstreeks bij de moorden betrokken geweest zijn. Maar zij hadden de macht en de wapens. Van ontwapening kwam er weinig terecht, integendeel, er kwam juist een enorme wapensmokkel op gang. Hulpverleners werden soms aangevallen en konden nooit in de kampen blijven overnachten. Zelfs het UNHCR vroeg ooit om troepen naar de kampen te sturen. Veel hulporganisaties trokken zich mettertijd terug omdat ze niet ?medeplichtig? wilden zijn. Vooral Artsen Zonder Grenzen (?wij helpen de moordenaars niet een nieuwe oorlog voor te bereiden?) sloeg met groot lawaai de deur achter zich dicht.

Een van de weinige NGO’s die altijd in de kampen is gebleven, is Caritas Internationaal, de hulporganisatie van de katholieke kerk het heeft er geen moeite mee te erkennen dat ook de ex-militairen en milities van de hulp profiteerden. Vorige week woensdag zond Caritas in aanwezigheid van de media het eerste hulpvliegtuig met dekens, kleren en tentzeilen van Oostende naar Goma, maar zoals te voorzien was, staat het toestel nog altijd in Nairobi geblokkeerd. Gewezen legerkolonel Hubert De Maere leidt de operaties van Caritas : ?Het geweld nam de laatste maanden zienderogen toe in de kampen. Ook onze mensen hebben we nu moeten evacueren. Maar vorige week hebben ze veel kinderen nog een bordje kunnen meegeven, zodat de gezinshereniging nadien gemakkelijker kan verlopen.? Overigens werd vorige week de aartsbisschop van Bukavu, die het erg opnam voor de Hutu-vluchtelingen, door onbekenden geëxecuteerd. Maar ook Caritas had in september nog geconcludeerd dat de terugkeer ?de enige weg om een nieuwe oorlog te vermijden? was.

Het UNHCR is vanaf de eerste dag na de exodus in 1994 altijd van een snelle, grootschalige terugkeer van de vluchtelingen blijven uitgaan, maar dat bleek totaal onrealistisch te zijn. Zelfs in een ?normale? vluchtelingensituatie duurt een terugkeer jaren, zoniet decennia ; laat staan in een situatie waarbij een groot deel van de bevolking door een ander niet onaanzienlijk deel is uitgemoord. Niet alleen vreesden de mensen voor hun leven soms met reden, zoals bleek maar ook werden mogelijke returnees geconfronteerd met propaganda, intimidatie en geweld door de ?génocidaires?, die zelf uiteraard niet terugkonden. Bij de terugkeer werden schuldigen en onschuldigen immers wél streng geschift. Volgens het UNHCR keerden in 1994 maximum 200.000 en in 1995 slechts 100.000 mensen terug. Wie wél naar Rwanda teruggingen, waren zo’n 700.000 Tutsi’s, die al tientallen jaren in het buitenland leefden, en die nu de vrijgekomen gronden en huizen gingen inpikken.

Het UNHCR hoopt dat de huidige gevechten de mensen tot een terugkeer zullen aanzetten. Via radiozenders werd hen de voorbije dagen ingehamerd dat ze dan voedsel voor twee maanden als beloning krijgen en dat de opvangcapaciteit in Rwanda nog uitgebreid werd. Maar zelfs onder het bommengeweld bleken de vluchtelingen in alle richtingen uiteen te stuiven, behalve in de richting van Rwanda. Of hun angsten nu gegrond zijn of niet, feit is dat ze absoluut niet vrijwillig terugwillen. Daarom besloot Zaïre ook al in de zomer van ’95 om hen manu militari uit te drijven : 15.000 mensen werden op vrachtauto’s over de grens gezet, maar onder internationaal protest werd de operatie dan afgeblazen. Fernand Boedts : ?Het UNHCR heeft zelfs ladingen strooibriefjes boven Goma gedropt, met een tekening die Ruanda als de hemel en de kampen als de hel afbeeldde. In plaats van hen als domme kinderen te behandelen, had men beter een echte dialoog met hen gevoerd, en op Rwanda druk uitgeoefend om z’n politiek te veranderen.?

ALARMBEL.

Eind vorige week verdeelde het Wereldvoedselprogramma de laatste stocks, en verdere ?distributie? gebeurde daarna alleen nog met het kapmes en de knuppel. Ook dat rampenscenario was tot in den treure voorspeld : dat bij uitbraak van een conflict de aanvoerwegen naar de kampen over de weg vanuit Uganda en via het luchtruim naar Goma meteen zouden afgesneden raken. Professor Maton : ?Het is voortdurend gezegd dat een corridor voor de bevoorrading dan alleen met militaire middelen zou kunnen worden verzekerd, maar men heeft niéts gedaan om bij voorbaat af te spreken wie dan die troepen zou leveren. Daar moet nu nog mee worden begonnen ! Men heeft nu wel strategische stocks in Uganda liggen, maar ze zijn onbereikbaar. En wat de terugkeer betreft : volgens mij kan niet iedereen terug. Ik ben een maand in Rwanda gaan kijken : er is daar gewoon geen plaats meer in de landbouw. Dat is het structurele probleem van de hele regio waar wij al decennia op hameren.?

Een miljoen vluchtelingen zijn door de passiviteit van het Westen in gevaar, trok vorige week Europees commissaris Emma Bonino aan de alarmbel maar aan alarmbellen en Cassandra-voorspellingen heeft het de voorbije tijd zeker niet ontbroken. Niet alleen de Rwandese vluchtelingen, maar ook de lokale Zaïrese bevolking wordt nu echter bedreigd. Een vluchtelingenkamp is sowieso altijd een ontwrichting van de lokale gemeenschap. De prijzen gaan dan als een komeet de hoogte in. De landbouwers kunnen niet concurreren met de kosteloze voedselhulp, die ook op de markten geraakt. En de vluchtelingen, die dagelijks tot drie kilogram brandhout per persoon vergaren, vreten de streek als termieten kaal, zoals op hallucinante wijze gebeurd is in Ngara in Tanzania en de Kivu in Zaïre. Maar bovendien was er in de Kivu al veel langer een sluimerende strijd tussen de autochtone Zaïrese stammen en de Banyarwanda, vroegere uitwijkelingen uit Rwanda. In 1993 zorgde die lokale strijd nog voor 6.000 doden en 220.000 ontheemden.

Het liet zich raden dat de exodus van 1994 die tegenstellingen verder op de spits zou drijven. In Noord-Kivu is het sindsdien in feite voortdurend oorlog geweest, zij het vooral een oorlog op tribale wijze met speren, bijlen, pijl en boog, en veel hekserij. In de Masisi-streek probeerden Hutu-bendes een soort Hutu-land te vestigen, en overal werd er ongenadig jacht op Tutsi’s gemaakt. Toen in september het Zaïrese leger met dezelfde ?etnische zuivering? in Zuid-Kivu begon, en toen daarna de vice-gouverneur alle Zaïrese Tutsi’s een week de tijd gaf om het land te verlaten, bleek men nu echter op tegenstand te stoten van de goed bewapende en voorbereide Banyamulenge. Die Tutsi-rebellen hebben zich blijkbaar met enkele andere Zaïrese verzetsgroepen in een ?alliantie? verenigd. Leider Laurent Kabila was maandag bereid een eenzijdig staakt-het-vuren af te kondigen, als ook de Zaïrese troepen de strijd zouden staken, en hij riep de hulpverleners op om naar de Kivu terug te keren, ?om de vluchtelingen te evacueren.?

PR-CIRCUS.

Het blijft echter onduidelijk, ondanks alle retoriek, of Rwanda de vluchtelingen ook echt wil laten terugkeren, of hen alleen maar verder van de grens wil drijven, om een soort ?veiligheidszone? te creëren, zoals Israël deed in Zuid-Libanon. Het regime in Kigali heeft in elk geval mooie kaarten laten maken van het Groot-Rwanda van 1910, dat toen nog een deel van de Kivu omvatte, en herhaalt voortdurend dat ?als Zaïre z’n Tutsi’s wil afstoten, het ook hun gronden moet afgeven.? Voor Rwanda waren de kampen aan de grens een effectieve dreiging waaruit de laatste maanden steeds meer moordende raids vertrokken maar als men in een precaire zone vol opeengepakte vluchtelingen een oorlog begint, kiest men ervoor om de zogenaamde ?ergste humanitaire catastrofe uit de geschiedenis? te riskeren. De toestand was vorige week zo chaotisch dat het UNHCR zelfs wanhopig om Amerikaanse satellietbeelden vroeg ?om 500.000 vermiste vluchtelingen terug te vinden.?

Het is nu aftellen wanneer de vluchtelingen weer aan honger en ontbering zullen beginnen te bezwijken. De uitgeputte mensenmassa, die onvermijdelijk drinkwater zal halen uit plassen en het Kivumeer, is weer ideaal voer voor epidemies. De internationale hulpverleningsmachine, die levens kan redden maar geen oplossing kan bieden, zal zich hoe dan ook weer op gang trekken, met het hele public relations-circus er omheen, als snel werkend medicijn om het geweten te sussen.

Chris De Stoop

Het ziekenhuis van Bukavu zit al zonder medicijnen : alle routes zijn afgesneden.

Een rebellenleider na de inname van Bukavu : oorlog in een precaire zone met 1,2 miljoen vluchtelingen.

Met hebben en houden op de vlucht : vaak al voor de derde keer in zes jaar tijd.

Plunderingen in Goma : De blanken zijn weer geëvacueerd en hun zwarte collega’s achtergelaten.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content