Van ernstig politiek denkwerk over een economische herstelpolitiek is geen sprake meer. Van electoraal haantjesgedrag des te meer.

‘Hoe kleiner het land, hoe opener en globaler de economie. (…) Een relancebeleid heeft bij ons niet veel zin, want elke euro die we spenderen, vloeit voor de helft naar het buitenland.’ Aldus Herman Van Rompuy (CD&V) in het maandblad Forward van het Verbond van Belgische Ondernemingen. Van de premier is bekend dat hij het relanceplan dat de vorige regering eind 2008 met de allergrootste moeite tot stand bracht niet heeft geamendeerd omdat het een politiek erfstuk van zijn voorganger en partijgenoot Yves Leterme was. Maar spectaculaire effecten verwacht hij er dus niet van. Voor een economische heropleving kijkt Van Rompuy vooral naar wat er in de grote Europese buurlanden gebeurt.

Die inzichten ter hoogte van de Wetstraat 16 hinderen de vijf coalitiepartijen van de federale regering niet om voortdurend ballonnetjes op te laten over een tweede relanceplan. Maar veel meer dan die regering gebruiken als een electorale winkelkar richting regionale en Europese verkiezingen in juni doen ze niet. Zonder zich iets van de kostprijs aan te trekken, gooit elke partij nog snel een paar voorstellen en eisen in die kar. Om kiezers te paaien en om een voorschot te nemen op een positie die men na de stembusslag hoopt in te nemen of vreest te zullen moeten innemen. Geld in de overheidskas is er niet of nauwelijks, maar het staat natuurlijk altijd goed om zich sterk te maken voor een extra maand kinderbijslag, een goedkopere energiefactuur, een schrootpremie, een verlaging van de btw voor de horeca (kostprijs 300 à 500 miljoen euro) of de invoering van tijdelijke werkloosheid voor bedienden (naar het schijnt een habbekrats van niet meer dan 150 tot 200 miljoen, hoewel ze daar bij de RVA heel anders over denken).

Op dezelfde manier heeft de verkiezingskoorts ook de Vlaamse regering in haar greep als het gaat over dossiers zoals de Antwerpse Oosterweelverbinding of een overbruggingspremie voor werknemers die met arbeidsduurvermindering hun bedrijf door een moeilijke periode proberen te loodsen. Over die laatste maatregel is vorige week na een stevige clash tussen liberalen en socialisten toch een beslissing genomen. Alleen weet niemand of en hoe die premieregeling ooit nog afgestemd raakt op een compromis over tijdelijke werkloosheid als een voorafname van een eenheidsstatuut voor alle werknemers – wat de sociale partners en de federale regering op korte termijn zeggen na te streven.

De politici in Brussel hebben zichzelf tot Pasen de tijd gegeven om deze of gene slag thuis te halen. Dan komt de kiescampagne op kruissnelheid. Maar het is nu al duidelijk dat bitter weinig knopen nog zullen worden doorgehakt. Voor een federaal en regionaal beleid die naam waardig is het wachten tot na de zomer. Als iedereen zo lang zijn geduld bewaart, is er echter geen man overboord. Blakend van dienstbaarheid en blinkend van rancune heeft Yves Leterme immers laten weten dathij weer premier wil worden.

door Patrick Martens

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content