De zussen Williams – en vooral de jongste van de twee, Serena – hebben het tennisjaar kleur gegeven. Naar de smaak van sommigen iets te veel zelfs. Ook dit weekeinde worden ze in hun achtertuin in Los Angeles in de finale van de Masters verwacht.

Kruimels, dat is wat Venus en Serena Williams het bijna afgelopen tennisjaar overgelaten hebben voor de concurrentie. Venus Williams won zeven toernooien, jongere zus Serena raakte zelfs aan acht, met daarbij de Grand Slams van Parijs, Londen en New York. Ook Melbourne in het begin van het seizoen had op het palmares van Serena kunnen staan, maar een enkelblessure dwarsboomde haar plannen. Uniek is de prestatie van beide meisjes niet – in hun absolute topperiode behaalden Martina Navratilova en Chris Evert een keer zestien toernooizeges en ook Martina Hingis, Lindsay Davenport, Monica Seles en Steffi Graf deden al beter – maar wel het vermelden waard is dat Venus Williams aan amper 15 toernooien deelnam en dat de teller van Serena voor de start van de Masters amper op 13 stond. De dominantie van de zussen komt tot uiting in het klassement van de Women’s Tennis Association (WTA). Serena Williams rondt voor het eerst het jaar af op één, Venus eindigt op twee.

De kruimels werden goed in het rond verspreid, met Kim Clijsters en Justine Henin toch opvallend als de belangrijkste belagers van het duo Williams. Clijsters kwam dankzij een knappe herfstcampagne nog aan drie toernooizeges. Justine Henin staat op 2 eindoverwinningen, ze werd ook vier keer in een finale geklopt door een van de Williamsen. Martina Hingis, twee jaar geleden nog de onverbiddelijke koploper, strandde op twee keer winst, Jennifer Capriati mocht maar één beker in de hoogte steken, net als Monica Seles en Amélie Mauresmo.

Carl Maes, de ex-coach van Kim Clijsters, tegenwoordig spelersafgevaardigde binnen het WTA-circuit en verantwoordelijke voor een van de vier Engelse tennisacademies, had net als iedereen in de tenniswereld het overwicht van het duo verwacht: ‘Een verrassing kan je dit inderdaad niet noemen. Venus en Serena steken er letterlijk en figuurlijk bovenuit. Ik ben wel blij dat Serena het jaar op één afsluit. Ik heb haar altijd de betere van de twee zussen gevonden. Ze is completer en vaak krachtiger ook. Venus heeft technisch bekeken de langere hefboom, maar qua biomechanica en pure kracht is Serena beter.’

Waarom kunnen ze zo domineren?

CARL MAES: Ze spelen fysiek tennis zoals niemand anders dat kan en zijn mentaal totaal niet geremd. Ik heb hen nog nooit faalangst zien hebben. Ze staan op dat veld, het is alsof ze een rode vod zien hangen en ze gaan ervoor. Twijfel kennen ze blijkbaar niet. Heeft het met hun opvoeding te maken, is het omdat ze voelen dat ze zo dominant zijn? Venus Williams kan soms in één spel vier dubbele fouten slaan, maar het tast haar spel niet aan. Bij haar volgende opslag slaat ze even hard en klopt ze dus aces. Neem Anna Kournikova: zodra zij dubbele fouten begint te slaan, kan je ervan op aan dat ze daar ook de rest van de match last van zal hebben. Het is misschien lichtjes overdreven, maar negentig procent van de speelsters boekt de terugvlucht, nog voor de match tegen een van de Williamsen, gewoon omdat ze niet in de overwinning geloven. Dan kom je natuurlijk met een enorm voordeel op de baan.

En toch zegt u dat hun spel louter technisch gezien niet echt deugt.

MAES: Biomechanisch vind ik dat ze niet sterk tennissen. Ze gebruiken hun kracht veeleer om uit een moeilijke situatie te komen, dan in hun eigen voordeel. Je ziet hen vaak ballen slaan waar ze te laat bij waren, maar omdat ze zo sterk zijn, slaan ze toch nog een winner. Anderen kunnen dat niet. Bij de Williamsen lijkt het dan dat ze een geweldig punt maken, maar biomechanisch is dat dan verre van perfect. De backhand is bij de twee zussen in feite de beste slag. Toch raken ze die heel vaak te laat, achter hun lichaam, waardoor ze een slechte houding hebben die bij anderen tot een fout zou leiden. Maar zij komen telkens goed weg.

Ik heb al vaak gezegd dat Venus en Serena geen tennisscholing hebben gehad, maar dat vader Williams hen op basis van de resultaten toch de beste opleiding heeft gegeven. Weerleg zijn argumenten, één en twee in de wereld, maar eens. Toch ben ik ervan overtuigd dat ze allebei een pak beter hadden kunnen tennissen dan ze nu doen. Nu is het natuurlijk een beetje te laat om hen technisch nog veel bij te brengen. Neem de opslag van Venus bijvoorbeeld. Bij de Vlaamse Tennisvereniging ben je gestraald als je die service zou demonstreren op het examen. Haar eerste opslag is enorm hard, bij de tweede is de balans van het bovenlichaam zoek, ze hangt gewoon scheef als ze opslaat. Maar door de kracht maakt ze het veel speelsters ook dan nog moeilijk. Als ze op haar twaalfde beter had leren opslaan, was ze nu compleet ongenaakbaar.

Vorig jaar was Venus nog de beste in de onderlinge confrontaties. Waarom is Serena nu de betere van de twee?

MAES: Ik denk dat het vooral een mentaal probleem geweest is. Iedereen die iets van tennis kent, heeft Serena altijd de betere speelster gevonden. Maar Serena heeft waarschijnlijk altijd opgekeken naar haar oudere zus. Het was gewoon een kwestie van tijd. We wisten dat Venus dit niet zou kunnen blijven volhouden, en Serena is nu duidelijk over haar ‘complex’ heen.

Serena en Venus rotsvast op één en twee. Het lijkt verlammend te werken op de andere speelsters. Wie kan hen wat doen?

MAES: Iedereen uit de top-tien heeft Venus of Serena al wel eens afgedroogd, maar dan moet je echt al kunnen rekenen op een iets mindere dag van één van de twee en zelf een superdag hebben. Zo klopt Seles Venus in Australië, Kim Venus in Hamburg en Justine en Patty Schnyder Serena in Berlijn en Charleston. Hun dominantie werkt inderdaad een beetje verstikkend. En dan mogen we nog van geluk spreken dat ze, behalve in de Grand Slams, verschillende toernooien spelen. Maar de concurrentie mag niet opgeven. Elke keer als je tegen hen speelt, moet je denken dat dit een kans is om hen te kloppen.

Voorlopig denk ik niet dat hun dominantie nefast is voor de belangstelling voor het vrouwentennis. Ze blijven een fenomeen. Iedereen wil hen aan het werk zien. Maar het mag natuurlijk niet te lang meer duren. Nu is het nog boeiend – verfrissend durf ik al niet meer te zeggen. Gelukkig zijn de jongste duels interessant geweest, wat niet van de eerste ontmoetingen gezegd kan worden.

Wat kunnen de toppers doen om geregelder te winnen tegen de Williamsen?

MAES: Harder trainen. Nauwkeuriger slaan. Je kunt hun beperkingen niet uitbuiten omdat ze fysiek zo overweldigend zijn. Iedereen zal fysiek sterker moeten worden. De toppers zouden meer met mannen moeten trainen. De Williamsen hebben een nieuwe standaard gezet. In het tennis bij de junioren is het al duidelijk dat het spel van de Williamsen het tennis van de toekomst is.

Is de WTA, de organisatie van het professionele vrouwentennis, verontrust door de ijzeren greep van de Williamsen op het vrouwentennis?

MAES: Een beetje toch wel. Vorig jaar in Indian Wells – waar ze niet tegen mekaar speelden – hebben we het dieptepunt gekregen in het Williamsverhaal. Vader Williams wou zijn eigen ding doen, hij had de WTA-tour niet nodig. Ik denk dat we daar een keerpunt gekregen hebben, met de moeder die meer op de voorgrond is getreden. De WTA beseft welke waarde de zusjes hebben. Je merkt ook op persconferenties dat Venus en Serena iets te vertellen hebben. Ze hebben echt wel charisma. Maar we kunnen er niet buiten dat hun dominantie verstikkend kan werken.

Bij de concurrentie valt de enorme kwetsbaarheid op, fysiek en of mentaal. Seles, Davenport, Capriati en ook Hingis zullen dit jaar zo snel mogelijk willen vergeten.

MAES: Voor Seles denk ik dat het steeds moeilijker zal worden. Ook omdat ze fysiek niet tot de sterksten behoort. Davenport is lang inactief geweest door een blessure. Ik denk dat die binnen de kortste keren weer in de top-vijf zal staan. Hingis zien we niet meer terug in de top-vijf. Ze heeft er het tennis niet meer voor. Ze heeft lange tijd antwoorden gevonden op het tennis van de huidige generatie, maar ze heeft haar aureool van onoverwinnelijkheid verloren en haar tennis is ineengestuikt. Capriati mogen we niet afschrijven. Ze raakt de bal zuiverder dan wie ook. Als ze ernstig blijft trainen, kan ze de Williamsen nog bedreigen voor de eerste plaats. Hantuchova kan een vaste waarde in de top-tien worden, Mauresmo, Kim en Justine hebben hun eigenheid en klasse, maar ik denk niet dat ze de Williamsen voor de absolute top zullen kunnen bedreigen.

Kim Clijsters en Justine Henin sluiten het jaar in stijl af, maar makkelijk is het niet geweest.

MAES: Klopt. Justine moest voor het eerst echt haar status bevestigen. Kim had op dat vlak een voorsprong. Justine heeft het goed gedaan. Op Wimbledon heeft ze toch de halve finale gespeeld. Parijs was een tegenvaller. Maar ze heeft op het hoogste niveau bevestigd, is naar haar hoogste klassement ooit geklommen, dus heeft ze een prima seizoen gehad.

Kim is goed aan het seizoen begonnen in Australië met een halve finale, maar dan is het met die opspelende schouder toch wel even minder geweest. Ze heeft een drietal moeilijke maanden gehad. Sinds het gravelseizoen, sinds Hamburg is het een vrij normaal seizoen geweest. Natuurlijk kan ze met haar status niet tevreden zijn met Roland Garros en Wimbledon, maar anderzijds moet je voor spelers op die leeftijd toch nog marge voor fouten en mislukkingen toestaan. Halverwege het seizoen heeft ze wat negatieve kritiek gekregen over verminderde motivatie, mijn afscheid ook, maar ik ben nooit ongerust geweest. Ze heeft de zomer alleen doorgebracht en heeft zo gemerkt wat het betekent om alleen te werken en alles te regelen. Vanzelfsprekende dingen heeft ze dan kunnen ervaren als waardevol. Dat was een goede les. Ze heeft de tijd genomen om een coach, een goede omkadering te vinden. Die heeft ze nu en alles loopt weer erg vlot.

Waaraan moeten ze werken om die plaats in de buurt van de top-vijf vast te houden?

MAES: Kim zal vrij constant in die buurt blijven ronddraaien. Ze is spontaan, geniet van het spel, kent geen stress. Dat zijn allemaal positieve elementen. Justine kan dat ook, maar ze is meer onderhevig aan schommelingen misschien. Kim en haar familie kennende weet ik dat ze allemaal liever een gelukkige Kim op tien, dan een ongelukkige Kim op twee zien staan. Justine denkt aan die eerste plaats. Nu is die vierde plaats al erg knap, maar zal ze ontgoocheld afhaken als ze die eerste plaats niet kan pakken? Ze geeft zichzelf misschien minder ademruimte dan Kim.

Tennistiek is er nog ruimte voor vooruitgang. Bij Kim is dat op het vlak van de opslag en de eerste terugslag in de rally. Op de opslagreturn van de tegenstander is ze al absolute top. In het rallywerk kan ze ook nog constanter worden, maar dat is een zaak van ervaring. Justine is kwetsbaarder in alle onderdelen van het spel. Ze kan op een lager niveau terugzakken dan Kim. Maar ik denk dat het vooral mentaal is. Als ze te veel nadenkt, komt ze in moeilijkheden. Ze werkt met een psycholoog, maar ik denk dat ze het best gediend is met zo weinig mogelijk nadenken en tennissen op intuïtie.

Hoe gaat het in het algemeen met het vrouwentennis? Er is na het afhaken van Sanex nog geen nieuwe titelsponsor. Teken aan de wand?

MAES: Nee, ik denk dat het een goede zaak is. De WTA heeft voor de periode Sanex een paar moeilijke jaren gehad. De onderhandelingen waren telkens moeilijk. Sanex wil nu niet meer verder als titelsponsor, het doel is na drie jaar bereikt en Sanex wordt een co-regionale sponsor. WTA wil nu diversiteit, denkt dat het de betere strategie is voor de toekomst. Tijdens de periode van de titelsponsor werd het vrouwencircuit automatisch gelinkt aan Sanex. In alle vermeldingen stond ook Sanex. Dat was contractueel verplicht. Gevolg was dat andere firma’s die zich wilden verbinden met het vrouwentennis meteen met Sanex als titelsponsor geconfronteerd werden en wisten dat de zichtbaarheid een pak minder zou zijn. Vanuit het standpunt van de marketing was dat niet interessant. Daarom wil de WTA met een nieuw logo uitpakken volgend jaar. Het evenement wordt gelieerd met de nieuwe sponsor. Porsche bijvoorbeeld haakt al aan met de Masters in Los Angeles. Met de regionale sponsors is tot nu toe al 75 procent van het bedrag dat Sanex jaarlijks investeerde voorhanden. Volgend jaar zitten we dus nog niet zo comfortabel, maar onze uitgangspositie voor de volgende jaren is wel beter.

In Amerika draait het vrouwentennis momenteel nog prima. Alle toernooien maken flinke winsten. Europa, en in het bijzonder Duitsland, hebben het moeilijk. Hamburg is verkocht, Berlijn zou graag een categorie zakken. De toeschouwers zijn er nog, maar de aanpak zal wat soberder moeten omdat de televisie- en reclamemarkt niet meer volgen.

Andere initiatieven zijn er ook. Zoals gemengde toernooien voor mannen en vrouwen. Sydney, Tokio, Moskou, Bahia, Estoril, Key Biscane, Indian Wells… en het aantal groeit. Dat spreekt de fans aan. De WTA wil ook voor de supporters meer duidelijkheid in de klassementen en meer eenvormigheid om de sport populairder te maken. In de Fed Cup zal met de traditionele kleuren van de nationale ploeg gespeeld worden, zoals in andere sportdisciplines. En laten we niet vergeten dat de kijkcijfers voor het vrouwentennis nog altijd stabiel zijn. We zitten in een betere situatie dan het mannentennis, waar ze door het gebrek aan aansprekende figuren en duels en het failliet van ISL als grote geldschieter zwaar in de problemen zitten.

Dirk Gerlo

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content