‘Wil je dat een onderzoek op niets uitdraait, dien dan een klacht in bij OLAF’

Het Europees agentschap voor fraudebestrijding OLAF heeft geen al te beste reputatie. Brussel wil de dienst daarom nu omvormen tot een heus Europees Openbaar Ministerie. Een goede zaak, vindt Europarlementslid Bart Staes. Anderen hebben twijfels.

Onlangs raakte bekend dat OLAF, het agentschap voor fraudebestrijding van de Europese Unie, een crimineel netwerk heeft blootgelegd dat illegaal goedkope kleding en schoenen uit China invoerde in het Verenigd Koninkrijk. OLAF eist twee miljard euro niet betaalde rechten terug van de Britse regering.

Het speurwerk van OLAF in deze Brits-Chinese fraudezaak lijkt op het eerste gezicht indrukwekkend, maar veel onderzoeken van het agentschap draaien op niets uit. OLAF mag namelijk alleen administratieve onderzoeken doen en het voert die vaak niet adequaat uit. Bovendien worden de besluiten door veel lidstaten gewoon genegeerd.

OLAF is opgericht in 1999 om gesjoemel met Europese subsidies op te sporen. De antifraudedienst wordt geleid door de flamboyante maar omstreden Giovanni Kessler, een gewezen antimaffiarechter in Italië. Een hoge magistraat, die liever anoniem wil blijven, laat vanuit het buitenland weten wat hij over OLAF en Kessler denkt: ‘Al het negatieve wat u daarover hoort, klopt. En de realiteit is vermoedelijk nog erger.’

Ook Patsy Sörensen, die al dertig jaar vanuit Payoke in Antwerpen tegen prostitutie en mensenhandel vecht, is kristalhelder in haar kritiek op OLAF. Zij kwam met het agentschap in aanraking toen ze – voor het uitbreken van de Syrische burgeroorlog – in Aleppo en Damascus een vormingsproject leidde in het kader van de strijd tegen de mensenhandel. Het project kreeg forse financiële steun van de Europese Unie en de Verenigde Staten. ‘Ik had constant het gevoel dat er geld bleef plakken bij de Syrische overheid.’ OLAF startte een officieel onderzoek en Patsy Sörensen werd in Antwerpen ondervraagd door enkele inspecteurs. ‘Ik heb door de aard van mijn werk al veel samengewerkt met politiediensten, maar zelden zag ik dat een onderzoek zo snel en oppervlakkig werd uitgevoerd. Ik heb er ook niets meer van vernomen, terwijl het toch om grootschalig gesjoemel ging.’

Bart Staes, Europees Parlementslid van Groen, was in de jaren negentig nog medeoprichter van de voorloper van OLAF. Hij herinnert zich de periode dat de Nederlandse klokkenluider Paul van Buitenen op basis van eigen onderzoek tot de conclusie was gekomen dat OLAF zich schuldig maakte aan frauduleuze praktijken en belangenvermenging. Dossiers raakten zoek en de sfeer was totaal verziekt.

Toen in 2010 een nieuwe directeur-generaal werd gezocht, was onder meer de Belgische politiecommissaris Johan Denolf kandidaat. Hij leidde de directie Economische en Financiële Criminaliteit bij de federale gerechtelijke politie en was volgens Staes de beste kandidaat. Toch koos het Europees Parlement voor de Italiaan Giovanni Kessler. ‘Dat bleek al snel een vergissing. De man ziet en hoort zichzelf geweldig graag. Hij gebruikt gigantisch veel woorden om niets te zeggen, negeert vragen en opmerkingen en weigert om verantwoording af te leggen.’

Dalligate

Twee jaar na de benoeming van Kessler barstte de etterbuil bij OLAF helemaal open met het zogenaamde Dalligate. De Maltees John Dalli was Europees commissaris van Volksgezondheid in de Europese Commissie onder leiding van José Manuel Barroso. ‘Ik was het vaak oneens met Dalli,’ zegt Staes, ‘maar we waren wel politieke partners in de strijd voor de modernisering van de Europese antitabaksrichtlijn. Hij wilde daar echt iets goeds van maken.’

Op dinsdag 16 oktober 2012 werd evenwel totaal onverwachts aangekondigd dat Barroso de commissaris tot ontslag had gedwongen. Dat gebeurde na een onderzoek van OLAF, geleid door grote baas Kessler zelf, waaruit zou blijken dat Dalli was omgekocht door de tabaksindustrie.

‘Dat slecht uitgevoerde onderzoek werd meteen doorgestuurd naar de Maltese autoriteiten, nog voor het Comité van Toezicht inzage kreeg, wat tegen de regels is’, zegt Staes. Hij dook samen met enkele collega’s in het dossier en ontdekte dat er enkel sprake was van indirecte bewijzen. ‘Er is alleen onderzoek gevoerd à charge.’

Een Maltese medewerker van Dalli zou aan een lobbyist verteld hebben dat zijn baas wel iets kon regelen voor de tabaksindustrie in ruil voor 50 miljoen euro. ‘Er was en is geen splinter bewijs voor die vermeende poging tot corruptie’, vervolgt Staes. ‘Bovendien heeft een collega-parlementslid een geluidsopname waarin diezelfde lobbyist ontkent dat er sprake is geweest van een poging tot omkoping. Maar hij zou op verzoek van Kessler bij zijn eerdere belastende verklaringen zijn gebleven. Ook het diensthoofd van het directoraat Volksgezondheid zegt in de ondervraging met Kessler dat zijn ambtenaren die meewerkten aan de antitabaksverordening nooit door Dalli onder druk werden gezet om iets aan de tekst te veranderen in het voordeel van de tabaksindustrie. Integendeel, John Dalli had meermaals benadrukt dat ze niet streng genoeg konden zijn voor de tabaksfabrikanten. Maar dat gesprek is zelfs niet opgenomen in het eindverslag.’

Bart Staes was niet de enige die veel vragen had bij het onderzoek van Kessler. De redactie kon een rapport inkijken van het Europees Begrotingscomité onder leiding van het christendemocratische Europarlementslid Ingeborg Grässle. Dat laat geen spaander heel van het OLAF-onderzoek: er werd op een onwettelijke manier gebruikgemaakt van telefoontapping; Kessler ging niet onpartijdig te werk; er was een gebrek aan bewijzen; de rechten op privacy werden geschonden en OLAF overtrad verschillende Europese richtlijnen.

Dalli spande drie rechtszaken aan tegen zijn ontslag, onder meer in Brussel. In het kader daarvan werd de diplomatieke onschendbaarheid van Kessler opgeheven. Maar omdat de zaak nog aanhangig is bij het federaal parket wil minister van Justitie Koen Geens geen commentaar geven.

Waarom moest Dalli ontslagen worden? Volgens Bart Staes is dat de vraag van vele miljoenen euro’s. ‘Dalli zegt dat hij in de val is gelokt door de tabaksindustrie. U moet ook weten dat OLAF voor de komst van Kessler zeer succesvol was in de strijd tegen de tabaksindustrie. OLAF-onderzoekers stelden in die tijd een bijzonder sterk dossier samen tegen Philip Morris over witwassen van geld, betrokkenheid bij tabaksmokkel en zelfs samenwerking met de maffia. Dat leidde tot een rechtszaak van de Europese Unie tegen Philip Morris voor de rechtbank in New York. De tabakgigant koos uiteindelijk voor een vergelijk: hij moet over een periode van twaalf jaar 1,2 miljard dollar betalen aan de Europese Commissie en de betrokken lidstaten.’

Kessler heeft kort daarna de meest efficiënte speurders van de betrokken dienst op een zijspoor gezet, besluit Staes. ‘Dat klinkt als een complottheorie, maar het is wel zo.’ De antitabaksrichtlijn van John Dalli werd uiteindelijk grotendeels aanvaard, zeker nadat kort voor de stemming ervan in het Europees Parlement de complete lobbystrategie van Philip Morris was uitgelekt.

Uitpakken met eigen succes

OLAF heeft nochtans een belangrijke verantwoordelijkheid. In 2015, het laatste jaar waarover cijfers beschikbaar zijn, gaf de Europese Unie 5,5 miljard euro uit op een manier die niet beantwoordt aan de regels van goed bestuur. Het gaat om 3,8 procent van de in totaal 142 miljard euro die de Europese Unie dat jaar heeft gespendeerd. Als de Europese Rekenkamer financiële malversaties ontdekt, schakelt ze OLAF in. In 2015 speelde de Europese Rekenkamer 24 fraudezaken door aan de antifraudedienst.

Op de eigen website pakt OLAF uit met een reeks succescijfers: tussen 2010 en 2015 rondde het agentschap naar eigen zeggen 1400 onderzoeken succesvol af. Het beval de terugvordering van ongeveer 3 miljard euro subsidies.

Wat het agentschap niet meldt, is hoeveel geld er werkelijk gerecupereerd wordt. En daar knelt het schoentje. Europese fraude blijft vaak onbestraft. Als OLAF een onderzoek heeft afgerond, geeft het dat door aan de justitie in de betrokken lidstaat. Die wordt verondersteld het dossier gerechtelijk af te ronden. De voorbije acht jaar speelde OLAF 317 dossiers door aan de lidstaten. 169 daarvan werden geseponeerd. Dat is meer dan de helft. Vorig jaar gaf OLAF vier dossiers door aan de Belgische justitie. Twee daarvan werden geseponeerd, onder meer wegens verjaring.

Een van de verklaringen daarvoor is volgens Bart Staes dat de nationale overheden en justitie niet echt geïnteresseerd zijn in het terugvorderen van Europees geld: dat vloeit toch terug naar ‘Brussel’. Sommige lidstaten weigeren om OLAF-rapporten als bewijslast te erkennen of kiezen ervoor om het onderzoek helemaal over te doen. Een voorbeeld van een goed afgehandeld dossier is dat van het ‘Land van Ooit’, een Romeins attractiepark dat in de oudste stad van het land, Tongeren, op stapel stond. Europa eist na een OLAF-onderzoek 1,5 miljoen euro subsidies terug. De zaak komt binnenkort voor de rechtbank.

Klokkenluiders

Op de website van OLAF kan iedereen tips over fraude melden. Anoniem. Maar ook daar loopt het mis, weet Bart Staes. ‘Een medewerker van de Europese Rekenkamer vertelde me dat een hoge Europese ambtenaar zijn personeel misbruikte voor allerlei privédoeleinden. Toen ik dat discreet meldde bij OLAF, raakte binnen de kortste keren de naam van de klokkenluider in de openbaarheid. De zaak werd geseponeerd. De reputatie van de klokkenluider was besmeurd en hij verloor zijn job. Je zou op den duur denken dat ze zoiets doen om potentiële klokkenluiders af te schrikken.’

OLAF is niet alleen bevoegd voor fraude met overheidssubsidies, het agentschap moet ook ‘ernstig wangedrag van personeel en leden van de EU-instellingen’ opsporen. Zo maakte OLAF onlangs bekend dat het Front National van Marine Le Pen gesjoemeld had met Europees geld. Het onderzoek kwam er na een klacht van Martin Schulz, toenmalig voorzitter van het Europees Parlement en nu socialistisch uitdager van Angela Merkel bij de Duitse parlementsverkiezingen. Marine Le Pen zou volgens Schulz twee van haar politieke medewerkers betaald hebben met Europees geld, terwijl ze in werkelijkheid ingezet werden voor haar verkiezingscampagne in Frankrijk. OLAF kwam tot de conclusie dat de klacht gegrond was en eist 339.000 euro terug van de FN-fractie. Dat is niet naar de zin van Le Pen, die enkele weken geleden op haar beurt een klacht indiende tegen de antifraudedienst wegens politieke partijdigheid.

Ook UKIP ligt onder vuur van OLAF. Het Europees Parlement schorste na advies van het agentschap een betaling van 90.000 euro aan een denktank die gelieerd is met UKIP, omdat er zware vermoedens zijn dat die donaties kreeg op een illegale manier. Hetzelfde gebeurde met geld voor de extreemrechtse Deense Volkspartij. Drie recente zaken en ze hebben allemaal te maken met populistische partijen. Volgens Bart Staes is dat eerder toevallig. ‘Wat wel stoort, is dat Giovanni Kessler een puur politieke benoeming was.’

Kristalina Georgieva, de Bulgaarse eurocommissaris die onlangs overstapte naar de Wereldbank, bood Kessler vorig jaar een andere baan aan om OLAF uit de impasse te halen. Kessler weigerde. Het mandaat van de directeur-generaal loopt eind 2018 af.

Openbaar Ministerie

Tegen dan ziet de strijd tegen de fraude in Europa er mogelijk al anders uit. De Europese Commissie heeft een voorstel klaar voor de oprichting van een Europees Openbaar Ministerie. Dat zou de rol van OLAF niet alleen overnemen, maar ook uitbreiden. Het Europese Openbaar Ministerie of parket zou in alle lidstaten verantwoordelijk worden voor het onderzoek naar misbruik van Europees geld voor bedragen hoger dan tien miljoen euro, maar ook naar btw-fraude waarvan het jaarlijkse verlies wordt geraamd op 50 miljard euro.

De Europese regeringsleiders en staatshoofden bespraken het voorstel vorige week in Brussel. Zoals wel vaker was er geen unanimiteit. Een tiental lidstaten huivert om een deel van hun justitiële soevereiniteit af te staan aan Brussel. Via een procedure van ‘versterkte samenwerking’ zouden de overige zeventien lidstaten toch willen doorgaan met dat Europese Openbaar Ministerie. Een politieke doorbraak wordt pas over enkele maanden verwacht. Minister van Justitie Geens betreurt dat de tekst die de Europese Commissie had voorgesteld is afgezwakt, maar hij blijft ‘ervan overtuigd dat dit initiatief een toegevoegde waarde heeft’.

Bij de tegenstanders zijn onder meer Zweden, Denemarken, Ierland, uiteraard het Verenigd Koninkrijk en ook Nederland. In Nederland spelen de komende parlementsverkiezingen vermoedelijk een rol en wil geen enkele politicus ingaan tegen het overheersende gevoel van euroscepticisme. Toch zou Nederland wél de zetel van dat nieuwe Europese Openbaar Ministerie willen huisvesten. Niet geheel onlogisch, want ook Europol, Eurojust en het Europees Strafhof zitten al in Den Haag.

Bart Staes is voorstander van een Europees parket, omdat er zo een justitiële en krachtdadiger aanpak van de internationale criminaliteit kan komen. Het Openbaar Ministerie zou in elke lidstaat minstens één gedelegeerde aanklager ter beschikking hebben.

De geestelijke moeder van dat Europees parket is Chris Van den Wijngaert, nu rechter bij het Europees Strafhof in Den Haag. ‘Ik was een van de experten die door de Europese Commissievoorzitter in 1997 werd gevraagd om het probleem van de fraude aan te pakken. Ik durf gerust zeggen dat ik daar een beetje eerste viool heb gespeeld. In ons eindrapport stelden wij de aanstelling van een Europese openbare aanklager voor. Dat werd tot onze verbazing opgenomen in het Akkoord van Lissabon (2007), ook al waren vele experts ervan overtuigd dat de politieke geesten daar toen nog niet rijp voor waren.’

Zij begrijpt de tegenstand in sommige lidstaten om een deel van hun rechterlijke macht op te geven, maar volgens haar kan het niet anders. ‘Hetzelfde gebeurde naar aanleiding van het Europese arrestatiebevel. Daar was ook iedereen tegen, tot de terroristische aanslagen gebeurden.’

Van den Wijngaert vindt het niet zo erg als maar 17 lidstaten meedoen. ‘Kijk naar Schengen. Pas toen bleek dat het systeem goed werkte, sloten de andere landen zich aan. Hetzelfde scenario is mogelijk bij het Europese parket.’

Ze begrijpt wel niet waarom Europa plots voorstelt om OLAF de verantwoordelijkheid van openbare aanklager te geven. ‘In het Verdrag van Lissabon staat duidelijk in artikel 86 dat die taak is weggelegd voor Eurojust. Die dienst, opgericht in 2002 en geleid door de Vlaamse Michèle Coninsx, heeft zijn deugdelijkheid bewezen en heel veel ervaring opgebouwd wat betreft de coördinatie van de strijd tegen grensoverschrijdende criminaliteit.’ Kiest men toch voor OLAF, dan zal dat de rechterlijke macht van Europa nog meer versnipperen. Bovendien wordt het Europese Openbaar Ministerie ook bevoegd voor de strijd tegen btw-fraude en btw-carrousels, en laat dat nu net een van de specialiteiten zijn van Eurojust.

Door MICHEL VANDERSMISSEN

‘Je zou op den duur denken dat ze zoiets doen om potentiële klokkenluiders af te schrikken.’ (Bart Staes)

De voorbije acht jaar speelde OLAF 317 dossiers door aan de lidstaten. 169 daarvan werden geseponeerd.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content