‘Politiek heeft een dimensie van acrobatie.’ Interview met de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Yasar Yakis over het oude Cyprus-conflict en de nieuwe oorlog in Irak.

De Turk Yasar Yakis (1938) begon zijn diplomatencarrière als vice-consul in het Turkse Consulaat Generaal in Antwerpen. Net nu hij nog maar pas minister van Buitenlandse Zaken is, bereikt de kwestie-Cyprus een kritische temperatuur én willen de Verenigde Staten onder meer vanuit Turkije hun oorlog in Irak beginnen.

Het Turkse parlement heeft net de VS de doortocht naar Irak via Zuidoost-Turkije geweigerd. Tot ontsteltenis na prille uitgelatenheid van heel het Turkse establishment, want: wie zal dat betalen? Twee dagen voor het gesprek met Yakis nam het opperbevel van het Turkse leger officieel stelling in. De regering heeft gelijk, Turkije moet de Amerikaanse troepen de gevraagde hulp bieden. De Turkse generale staf heeft altijd al graag in naam van de natie gesproken.

Maar eerst over Cyprus.

Yasar YAKIS: Het Turks-Cypriotische parlement moet nu beslissen over een referendum. De Turks-Cypriotische leider Rauf Denktash moet dan met het resultaat van dat referendum naar Den Haag.

Intussen ziet Turkije niet goed in hoe het een document kan ondertekenen dat nog niet aanvaard is. Er wordt aan Turkije, Griekenland en het Verenigd Koninkrijk gevraagd dat ze zich stellen achter een nog niet aanwezige tekst, die per referendum op 30 maart aanvaard of geweigerd kan worden. Een tekst met witte bladzijden erin, die achteraf door beide partijen moeten worden ingevuld. Slagen ze daar niet in tegen 24 of 26 maart, dan zal secretaris-generaal Kofi Annan van de VN die witte bladzijden zelf invullen. Wij denken dat het weinig zin heeft ons achter zulke tekst te scharen.

In het ergste geval zijn we weer weg voor tien jaar?

YAKIS: De enige hoop die ik zie, is dat het referendum er komt. Maar dan moet iemand gevonden worden om het akkoord te ondertekenen, want Denktash heeft publiek verklaard dat hij zo’n tekst nooit zal ondertekenen. En dan moet ook de Griekse kant nog tekenen, want 65 procent van de Grieks-Cypriotische bevolking was tegen dit programma. De grap ten top gedreven zou het kunnen gebeuren dat de Griekse kant per referendum het huidige plan weigert en de Turkse kant het aanneemt. Dan zou de Griekse kant, die weigert, in de Europese Unie opgenomen worden, en de Turkse kant, die akkoord gaat, niet.

Op dat ogenblik maakt Turkije een oud dreigement waar en bezet het hele eiland? Of is dat niet meer geldig?

YAKIS: ( lacht) Ik weet niet wie dat grapje gemaakt heeft…

En Turkije kan Denktash niet zodanig onder druk zetten dat hij toch tekent?

YAKIS: Jawel, dat hebben we gedaan, maar daar zijn grenzen aan.

Over de aanstaande oorlog in Irak. 94 procent van uw bevolking is daar tegen, maar toch zult u bijna verplicht zijn dat te negeren en uw parlement een nieuwe motie voor te leggen, om dit keer te stemmen zoals gevraagd werd?

YAKIS: Je kunt de vraag op verschillende manieren formuleren. Vraag je of het Turkse volk ja dan neen oorlog wil, dan kun je honderd procent neen verwachten. Maar áls de VS Irak aanvallen – de Turkse pogingen om ze dat te beletten ten spijt -, moet de Turkse regering dan al het mogelijke doen om de Turkse nationale belangen te vrijwaren? Op die vraag zul je een ander antwoord krijgen. Politiek heeft een dimensie van acrobatie.

De stemming in het parlement was een stap in Europese richting. Impliceert dat een wijziging in de relatie met de VS?

YAKIS: Nee. Wat vorige week gebeurde, was dat iedereen tegen de oorlog was. En dat is prima. Wij hebben dan geprobeerd – in het parlement, in de partij, in de media en overal – uit te leggen dat Turkije niet in de oorlog stapt. Turkije trekt niet ten oorlog. Turkije werkt samen met de VS om zijn eigen belangen te vrijwaren voor het geval dat de VS toch een oorlog zouden beginnen. Niemand heeft naar ons geluisterd. Nu het parlement nee gestemd heeft, begint iedereen de gevolgen van die keuze te zien. Vakbonden en patronaat, iedereen was tegen en betoogde. Goed, nu gaan wij de heren leiders de rekening presenteren: volgende maand zullen wij uw premies niet betalen, en de taksen op auto’s en zo zullen verhoogd worden. Nu beginnen ze in te zien wat ze gedaan hebben.

De optie is dat Turkije met de Amerikanen het noorden van Irak binnentrekt, een beetje om hen in het oog te houden.

YAKIS: Nee, niet in het oog houden. Hen volgen. Wij willen niet in een vreedzaam land binnenvallen. Slechts nadat de Verenigde Staten Irak aangevallen hebben en er een nieuwe situatie ontstaan is in het noorden van Irak, zal het Turkse leger Irak binnengaan om aan de andere kant van de grens de vluchtelingen op te vangen die zoals in 1991 naar Turkije zullen komen.

Dus Turkije heeft een specifiek programma dat geen oorlog is?

YAKIS: Helemaal geen oorlog. Wij willen geen schot lossen tenzij in drie gevallen. In geval van zelfverdediging, of als we elementen van de terroristische organisatie PKK tegenkomen, of als de Koerdische troepen zich zouden keren tegen de Turkomanen – de Turkse volkeren in Irak – en de Amerikanen dat niet zouden kunnen beletten en ons om assistentie zouden vragen.

Of om de Iraakse Koerden te beletten Kirkuk in te nemen?

YAKIS: Dat laten we aan de VS over. Wij willen daar niet tussenbeide komen omdat de band tussen Turkije en het petroleumrijke gebied van Kirkuk en Mosul heel gevoelig ligt.

Turkije heeft een probleem met de Koerden in het noorden van Irak.

YAKIS: Nee, wij hebben een probleem met ze indien ze hun onafhankelijkheid uitroepen. Want wij zijn voor het bewaren van de territoriale integriteit van Irak. Wij willen niet dat Irak ontmanteld wordt. Als de Iraakse Koerden een federatie willen in Irak vinden wij dat geen goed idee, maar wij hebben het recht niet om tussenbeide te komen om dat te beletten.

Turkse generaals zeggen dat Turkije absoluut moet beletten dat de Koerden de petroleum van Kirkuk in handen krijgen, omdat die hen een economische basis voor een staat zou geven.

YAKIS: Dat is een heel andere kwestie. De bodemschatten van Kirkuk en Mosul zijn eigendom van heel de Iraakse bevolking. Het gaat niet op dat één partij, zij het religieus, etnisch of geografisch, die zou monopoliseren.

Intussen waarschuwen Iraakse Koerden dat een Turkse bezetting in het noorden van Irak op tegenstand zou stuiten.

YAKIS: Daar zou ik niet te veel aandacht aan besteden. Ofwel is er sprake van een misverstand, ofwel is het een provocatie, want wij hebben helemaal niet de bedoeling een stuk Irak te gaan bezetten. Wij willen alleen de toevloed van vluchtelingen stoppen. Als de toestand gestabiliseerd wordt, hebben wij niet de bedoeling daar te blijven.

En als de Koerden in Irak toch zouden beslissen om voor een staat te gaan, nu ze daar misschien een kans toe hebben?

YAKIS: Ik weet het niet. In het verleden zeiden we wel: dat is een casus belli, een reden om oorlog te voeren. Maar onze regering heeft nog geen heel duidelijke politiek ontwikkeld voor zo’n geval. Als de bevolking van een land zoiets beslist, heeft een ander land dan het recht om tussenbeide te komen? Wij weten wel dat de Iraakse bevolking daar níét voor is. En wij kunnen wel de groep steunen die niet wil dat Irak uit elkaar valt. Kijk, Iran wil niet weten van een onafhankelijke Koerdische staat. Syrië niet, Turkije niet, en de niet-Koerdische Iraakse bevolking wil het ook niet. Maar om een reden die ik niet helemaal vat, wordt alleen Turkije met de vinger gewezen.

Ik lees in de krant dat Iran twee kampen met een tiental tenten in Noord-Irak heeft, terwijl Turkije er met 40.000 soldaten zit.

YAKIS: Veertigduizend?

Overdreven? Dertigduizend maar?

YAKIS: Neen, veel minder. We hebben daar wel soldaten, maar geen leger.

Na de oorlog zullen de VS een nieuw Irak maken: democratisch en rijk door de aardolie. Een voorbeeld voor de Arabische landen rondom. Dan zal Saudi-Arabië zelf ook democratisch worden. Gelooft u daarin?

YAKIS: Dat wordt een zeer langzame ontwikkeling. De Amerikanen hebben dat in Afghanistan ook geprobeerd en alleen in de buurt van Kabul is het momenteel veilig. Het Iraakse volk is veel gesofistikeerder dan het Afghaanse. Zullen de Irakezen alles zomaar aanvaarden wat hen wordt opgelegd?

De Amerikanen gaan daar dus lang moeten blijven?

YAKIS: Als ze het volhouden, want dat zal niet gemakkelijk zijn. Dat hebben wij de Amerikanen trachten uit te leggen. Het zal afhangen van wat ze willen realiseren. Als ze een samenleving naar Zwitsers model willen maken, zullen ze twee eeuwen nodig hebben.

Wat denkt u van de veronderstelling dat een braaf geworden Irak de Israëlisch-Palestijnse kwestie kan oplossen in Israëlische zin?

YAKIS: Het zou een beetje kunnen helpen, maar niet in de mate dat de VS en Israël het hopen. Het anti-Israëlische gevoel zit te diep in het hart van de Arabieren. Je kunt dat gevoel niet uitrukken door even het regime in Irak te veranderen of door soortgelijke oppervlakkige ingrepen.

Turkije heeft een strategisch bondgenootschap met Israël. Wat raadt u Israël aan om uit het probleem te komen?

YAKIS: Wij zeggen hen dat geweld geweld oproept. Het is niet door met buitenproportionele kracht op geweld te antwoorden dat ze tot een oplossing zullen komen. Israël moet begrijpen wat de Pales- tijnen willen, en hun eisen respecteren.

Het zit erin dat we naar een oorlog tussen beschavingen gaan. Daarin zou Turkije aan de verkeerde kant kunnen belanden.

YAKIS: Dat is wat wij vooral willen vermijden, en daar is Turkije in het voordeel. Want Turkije is een lekenstaat, die noch bij de islamitische noch bij de Europese kant hoort, en zo een brug kan vormen om net die confrontatie te vermijden.

Sus van Elzen

‘Turkije heeft niet de bedoeling een stuk van Irak te gaan bezetten.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content