De klacht met eis tot schadevergoeding van minister Karel Pinxten tegen administrateur Willy Vermeulen van het Hoog Comité van Toezicht is een belangwekkende première.

Midden januari 1994 schreef een anonieme inwoner van Overpelt naar het Hoog Comité van Toezicht : ?Geachte Heer, wil aub het volgende eens onderzoeken…? Volgden een reeks beschuldigingen, gesteund op wat ?in Overpelt wordt verteld? aan het adres van minister van Landbouw Karel Pinxten (CVP). Zo beweerde de briefschrijver dat Pinxten een kast van een villa (kostprijs 18 tot 24 miljoen frank) had gebouwd en daarop nauwelijks BTW had betaald. Het houtwerk van de woning zou zijn geleverd door de Technische School Sint-Jozef, ook al in Overpelt. Bovendien zou mevrouw Pinxten, volgens de anonieme informant, bij de firma Bleyen ingeschreven geweest zijn zonder dat ze er ooit werkte. ?De firma Bleyen is u welbekend van de BTW-ontduiking die ze onlangs heeft gepleegd,? voegde de briefschrijver/schrijfster er voor alle duidelijkheid aan toe.

Het kan vreemd lijken, maar dit soort anoniem schrijfsel leidt bij het Hoog Comité van Toezicht (HCT) tot een onderzoek. Geen wonder dat het bij deze instelling meermaals gebeurde dat enquêteurs, voornemens een welbepaald onderzoek te beginnen, vaak eerst een anonieme brief naar zichzelf stuurden. Of deze anonieme aanklacht uit Overpelt er één van eigen HCT-fabricage was, kon niet worden achterhaald.

Hoe dan ook, amper twee maanden later, midden maart ’94 kreeg de voorzitter van het HCT, Willy De Smet, een eerste verslag onder ogen van het discrete onderzoek waarmee hoofdcommissaris Paul Vandeneede was belast. Daarin staat het inkomen vermeld van mevrouw Pinxten, een zelfstandige belastingconsulente, voor de jaren 1990 (inkomsten 1989) tot ’93. Uit de ingewonnen inlichtingen bleek ook dat minstens 1.131.821 frank BTW op het huis was betaald. Maar een definitieve waardebepaling was destijds door de bevoegde BTW-controledienst nog niet gebeurd.

Van contact tussen mevrouw Pinxten en de beruchte familie Bleyen, was in elk geval geen spoor te vinden, verzekerde eerstaanwezend inspecteur Guy Vermesen in zijn begeleidende nota. Waarop hij suggereerde verder geen gevolg te geven aan de naamloze klacht.

Daarbij zou het dan gebleven zijn, mocht dit dossier, hoe dun ook, niet zijn terecht gekomen in het klachtendossier dat administrateur Willy Vermeulen van het HCT eind october bij de onderzoekscommissie van de Senaat deponeerde.

SPEL VAN NAMEN NOEMEN

Administrateur Willy Vermeulen van het Hoog Comité is een man met een missie. Hij koos, zei hij onlangs in een Humo-interview, als kind uit een arbeidersgezin, ?deels uit idealisme (…) voor een onderbetaalde loopbaan bij de overheid om de strijd tegen de corruptie naar de toekomst toe veilig te stellen.? Hij deed dat in de loop der jaren met zoveel gusto dat hij zelfs met zijn rechtstreekse chefs in aanvaring kwam. Over dat conflict met zijn oversten, en over het waarom ervan, kwam hij getuigen in een hoorzichting van de Senaat.

Dat optreden had Vermeulen heel precies voorbereid. Tijdens de aanloop liep in de krant De Morgen een serie, die door hem geïnspireerd was en die trouwens met een interview met hem werd afgerond. Daarin kondigde Vermeulen al aan dat hij voor de Senaatscommissie één en ander uit de doeken zou doen in verband met ?de tegenkantingen die hij vanuit vele hoeken ondervindt en de moeilijkheden die de speurder moet overwinnen om de strijd tegen de witteboordcriminaliteit in de overheidssector te kunnen voeren.?

En jawel, er vielen namen. Nog voor hij de Commissie te woord stond en bij de griffie zijn stukken officiëel deponeerde, speelde Vermeulen enkele Senatoren een kopie van zijn dossier door. Als daar geen perslek van kwam !

Een dag later stond het dossier omzeggens in extenso in de kranten afgedrukt. Daarin kreeg niet alleen Vermeulens chef De Smet het zwaar te verduren, ook andere toplui van het Hoog Comité van Toezicht werden ervan beschuldigd in politiek gevoelige dossiers het onderzoek te fnuiken. Vermeulen liet zich niet pramen. Hij noemde de dossiers die volgens hem onvoldoende werden onderzocht. Er waren de onvermijdelijke cahiers van gewezen CVP-secretaris en defensieminister Leo Delcroix. Maar er viel ook een nieuwe naam. Die van landbouwminister Karel Pinxten, die met de BTW op zijn woning zou hebben geknoeid. Tegenover een totaal van kosten voor aannemers en ambachtslui van 8.751.848 frank stond er slechts 63.248 frank BTW. Voor aankopen van bouwmaterialen was er dan weer een aparte kolom. Met nog eens 1.068.573 frank BTW die door de familie Pinxten was betaald. Naar dit alles was een beschamend summier onderzoek gevoerd, beweerde Vermeulen.

Daarmee kwam in enkele dagen tijd een tweede Limburgse CVP’er in opspraak. Want enkele dagen eerder had het Antwerpse gerecht bij de Vlaamse Raad een vraag ingediend om mogelijk geknoei in het milieuboxcontract te mogen onderzoeken een affaire waarbij milieuminister Theo Kelchtermans werd genoemd. Kelchtermans kwam trouwens ook ter sprake in de notities van Vermeulen, maar dan wel in een andere kwestie, evenals de Brusselse excellenties Charles Picqué (PS) en Jos Chabert (CVP). Allemaal ministers over wie, althans volgens Vermeulen, een voldoende gestoffeerd dossier bestond om het aan een diepgaand onderzoek te onderwerpen. Maar dat had het Hoog Comité, volgens de administrateur, nu net verzuimd. Vandaar zijn aandrift om één en ander aan de grote klok te hangen.

IN DE TEGENAANVAL

Volgens Vermeulen bleef het HCT-onderzoek in de kwestie-Pinxten beperkt tot het drietal velletjes papier die Guy Vermesen aan Willy De Smet had bezorgd. Manifest onjuist, zegt de verdediging van minister Pinxten, die administrateur Vermeulen enkele weken geleden dagvaardde en een schadeclaim van 10 miljoen frank indiende bedrag dat, zo staat in de dagvaarding, voor ?een goed doel? zal worden aangewend.

Volgens meester Leo Neels, de verdediger van Pinxten, heeft Vermeulen zelf zeer oppervlakkig onderzoekswerk geleverd. Anders zou hij, bijvoorbeeld, hebben geweten dat mevrouw Pinxten, die als zelfstandige voor 47,4 procent participeerde in de bouw van het huis, een aparte BTW-regeling geniet. ?Dit beroepsmatige gedeelte, berekend overeenkomstig artikel 45 van het BTW-wetboek en artikel 49 WIB, werd nooit betwist, noch door de BTW-administratie noch door de diensten van de directe belastingen.? Uit de officiële aangiften blijkt trouwens dat Pinxten meer dan twee miljoen frank BTW betaalde 2.286.000 frank, om precies te zijn.

Want het was niet bij dit ene, volgens Vermeulen oppervlakkige, onderzoek van het HCT gebleven. In maart 1995 in volle Agusta-commotie vroeg de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) het dossier-Pinxten op bij de BTW-controle. ?En blijkbaar heeft ook de BBI geen enkele opmerking geformuleerd,? voert de verdediging van de minister aan. ?Gedaagde (Vermeulen) vergat dit klaarblijkelijk.?

Door zijn dossiers in de openbaarheid te gooien, nog voor hij ze officiëel bij de Senaatscommissie indiende, en bovendien de impliciete beschuldigingen naar voren te brengen bij een commissie die zich inlaat met de georganiseerde criminaliteit, heeft Vermeulen er wetens en willens voor gezorgd dat een tot dan onbesproken politicus in opspraak kwam. Betoogt advocaat Neels : ?Als hoger en universitair geschoold ambtenaar gedaagde is jurist en criminoloog wist en moest gedaagde weten dat zijn publiek optreden met het noemen van namen scherpe reacties in de pers zou veroorzaken.?

EEN DOORZICHTIGE VERDEDIGING

In Pinxtens dagvaarding wordt het publieke optreden van de administrateur van het HCT omstandig beschreven. Kwestie van aan te tonen dat het tegenargument dat Vermeulen onlangs in een interview hanteerde weinig steek houdt. Daarin zei Vermeulen dat hij niet verantwoordelijk was voor ?de selectieve en foute lezing die journalisten van mijn rapport hebben gemaakt.?

?Dat van die 63.000 frank BTW staat in het rapport van Vermesen,? beklemtoonde Vermeulen. ?Als de heer Pinxten dus wil schieten op onbekwame personen die niets afweten van de BTW-wetgeving, moet hij zijn kanonnen niet richten op Vermeulen, maar op Vermesen en op journalisten die niet kunnnen lezen.?

Daarop wordt in de omgeving van Pinxten gerepliceerd dat dit een al te doorzichtige verdediging is. Niet Vermesen maar Vermeulen heeft deze beweringen openbaar gemaakt.

Onder topministers is men intussen ook niet ontevreden over de dagvaarding, met schadeclaim, die Pinxten en zijn echtgenote tegen Vermeulen indienden. Al was het maar om paal en perk stellen aan de schandaalsfeer.

In de nasleep van de zaak- Dutroux verdrong het ene schandaal het andere tijdens de woelige eindejaarsperiode. Soms, zoals in het geval van vice-premier Elio Di Rupo (PS), bleek de orgine van de verdachtmakingen niet atijd koosjer. Ook in het geval van Pinxten gaat de verdediging van de minister ervan uit dat Willy Vermeulen de BTW-kwestie heeft aangegrepen om zijn gram te halen in zijn geschil met zijn oversten bij het HCT. Volgens regeringskringen, maar ook voor enkele parlementsleden van meerderheid en oppositie, ging Vermeulen duidelijk over de rand. Daarom zijn ze Pinxtens initiatief niet ongenegen. Als de Limburgse CVP’er gelijk haalt voor de rechtbank, zullen anderen wel twee keer nadenken vooraleer dergelijke beweringen of beschuldigingen in de openbaarheid te gooien.

R.V.C.

Politici zijn tevreden dat minister Karel Pinxten (foto) klacht indiende tegen Willy Vermeulen van het Hoog Comité van Toezicht. Al was het om uit de schandaalsfeer te geraken.

Administrateur Willy Vermeulen van het Hoog Comité van Toezicht : de journalisten kunnen niet lezen.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content