Dirk Draulans
Dirk Draulans Bioloog en redacteur bij Knack.

Wij zijn te veel gefascineerd door het grote en zien te weinig naar het kleine.

Hij stond er bijna triomfalistisch, die kop in een medisch vakblad: Vlaamse kinderen worden steeds groter. Uit onderzoek is gebleken dat onze jongens nu gemiddeld 1,81 meter zijn op hun twintigste verjaardag, en onze meisjes 1,66 meter. Geboortegewicht en -lengte blijven constant over de jaren heen, maar de eerste vier levensjaren groeien kinderen – en vooral hun benen – steeds sneller. Onze jongens worden elke tien jaar gemiddeld 1,5 centimeter groter en onze meisjes 1,1 centimeter.

Lange vrouwen met lange benen trekken de aandacht – zie maar naar wat er op de catwalk gebeurt. Kleine mannen proberen hun zwakke gestalte te verdoezelen achter grootse prestaties (het Napoleon-syndroom) of door een wat speciale houding waarmee ze toch op iemand lijken neer te kijken (het Eyskens-syndroom). Topbasketbalspelers en andere kanjers worden op handen gedragen; kleine ventjes krijgen meestal alleen kansen als ze bijvoorbeeld op een paard kunnen kruipen. De wereld is fundamenteel oneerlijk.

Veel mensen zijn ook ongelooflijk gefascineerd door de eindeloosheid van de ruimte. Het succes van Star Trek en Star Wars spreekt boekdelen. Wij kijken met mateloze aandacht naar de sterren en speculeren over vreemde werelden. Maar slechts weinig mensen stellen zich vragen bij het eindeloos kleine. De wereld lijkt op te houden als we achterom of naar beneden moeten kijken.

En dat is vreemd. Want het verschil in afmetingen tussen de mens en het kleinste bekende virus is even groot als tussen de mens en het ganse heelal, met name ongeveer tien tot de macht achttien in beide richtingen.

We hoeven ons ter verontschuldiging niet te verschuilen achter een gebrek aan meetmogelijkheden voor het oneindig kleine. Tien tot de macht min achttien kreeg zelfs al een eigen label: atto, het voorlopige einde van de reeks die begon bij centi en milli. Wetenschappers zijn er volgens het vakblad New Scientist in geslaagd een laserpuls te produceren die amper 250 attoseconden duurt. Dat is zelfs niet lang genoeg om licht een bacterie te laten doorkruisen. Ook tijd wordt relatief op de schaal van het allerkleinste: een seconde duurt in attoland langer dan de leeftijd van het heelal voor ons. Er bestaan andere werelden dan de onze.

Met wat we nu weten is de kans dat het allerkleinste onze levens zal sturen overigens veel groter dan dat het allergrootste dat zal doen. We zouden dus beter wat meer in de andere richting kijken.

Dirk Draulans

Een seconde duurt in attoland langer dan de leeftijd van het heelal voor ons.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content