‘We zullen er alles aan doen om het WK te verstoren’

Betogers protesteren tegen het WK voetbal bij de aankomst van de Braziliaanse nationale ploeg in het trainingscentrum in Teresopolis in de buurt van Rio de Janeiro. © Ricardo Moraes/Reuters

Ook de Braziliaanse protestbewegingen zitten in volle WK-voorbereiding. Ze betogen tegen de FIFA en te dure stadions, maar de Copa biedt vooral een megafoon om nationale wantoestanden aan te klagen. ‘Het is onrechtvaardig dat kinderen op school niet leren lezen en schrijven terwijl voetballers miljoenen verdienen.’

‘Nao vai ter Copa!’, schreeuwen zo’n vijfhonderd betogers tegen de massaal uitgerukte oproerpolitie. ‘Er zal geen WK zijn!’ Het is dé slogan waaronder protestbewegingen zich groeperen tegen alles wat fout gaat in Brazilië. In grote steden als São Paulo en Rio de Janeiro waren er de afgelopen weken bijna dagelijks protesten. Tegen het erbarmelijke niveau van het onderwijs, slechte publieke gezondheidszorg, criminaliteit, dure WK-stadions, hoge inflatie, lage lonen, gebrek aan huisvesting, private financiering van politieke partijen, corruptie… Sinds juni vorig jaar heeft elk Braziliaans ongenoegen zijn eigen protestbeweging.

Vandaag blazen de tegenstanders van het WK verzamelen aan de metrohalte Tatuape in São Paulo, voor de ‘Zesde Act tegen de Wereldbeker’. De grootste stad van het zuidelijk halfrond verzuipt in het dagelijkse inferno van de avondspits, maar rond Tatuape hebben winkels hun deuren vandaag vroeger gesloten. Tijdens de Vijfde Act werden handelszaken vernield en 54 mensen gearresteerd. Vijf metrohaltes verderop, aan de kathedraal van het historische plein Praça da Sé, is al enkele uren een andere betoging aan de gang. Manifestanten en politie vechten er een veldslag uit met molotovcocktails en traangasgranaten.

‘De Braziliaanse overheid spendeerde miljarden dollars aan de Copa en de FIFA krijgt een vrijgeleide om met alle winst te gaan lopen. Ondertussen hebben onze kinderen op school geen stoelen om op te zitten. Patiënten sterven in de gangen van de ziekenhuizen omdat er te weinig dokters zijn’, windt de 22-jarige voedingsspecialiste Inés Castro zich op. ‘Voetbal zal het land niet redden. Zolang er geen gezondheidszorg is, zal er ook geen wereldbeker zijn!’ Ze steekt haar kartonnen bord met ‘Fora FIFA’ (FIFA buiten) hoog in de lucht en schreeuwt haar longen stuk, alsof ze de magere opkomst in haar eentje hoopt te compenseren.

‘Veel mensen durven de straat niet meer op uit vrees voor het politiegeweld’, zegt Castro. ‘Ik ben ook bang, maar als we thuis in de zetel blijven zitten, verandert er nooit iets.’ Zwaarbewapende Choque-ordetroepen hebben alle straten rond de manifestanten afgezet. Een laag rondcirkelende helikopter overstemt de doffe slagen van opzwepende trommels. Gemaskerde, in het zwart gehulde anarchisten – de beruchte Black Blocs – vormen een cordon tussen de andere manifestanten en de agenten. Voor de Braziliaanse overheid en massamedia zijn de Black Blocs relschoppers en criminelen. Ze steken banken, auto’s en bussen in brand en vechten met de oproerpolitie.

‘Het is de politie die buitensporig geweld gebruikt. De Black Blocs zijn er om ons tegen die repressie te beschermen’, zegt Jova Rossi (21). Ze heeft een helm op en gasmasker rond de nek. Rossi maakt deel uit van GAPP, een groep van veertig medische vrijwilligers – onder wie dokters en verplegers – die tijdens betogingen eerste hulp verleent aan gewonde manifestanten. ‘Het is riskant werk. Wanneer we gewonden wegvoeren, krijgen ook wij vaak rake klappen van de politie.’

De mars verloopt rustig, tot vanaf een brug boven de betoging een 25 meter lang spandoek wordt uitgerold: ‘Unfair players: FIFA – police – Dilma’. De verraste politie jaagt de betogers van de brug. Ingangen worden afgezet, waardoor honderden pendelaars het plaatselijke metrostation niet meer kunnen verlaten. Spontaan ontstaat een tweede betoging. Toevallige passanten schreeuwen, maken de agenten uit voor fascisten. Tientallen smartphones filmen alles om eventueel politiegeweld te registreren.

Openbaar vervoer

Het begon een jaar geleden, met een busticket dat twintig cent (6,5 eurocent) duurder werd. De radicale beweging Movimento Passe Livre, die pleit voor gratis openbaar vervoer, trok de straat op en nam in haar kielzog een hoop andere misnoegden mee. Dag na dag zwollen de protesten aan. Het kantelpunt kwam er op 13 juni, toen vreedzame betogingen met buitensporig geweld werden neergeslagen. Agenten van de militaire politie schoten met rubberkogels en traangas op manifestanten en journalisten. Er vielen honderden gewonden. Een week later kwamen een miljoen woedende Brazilianen op straat in meer dan tachtig steden.

Alternatieve media speelden hierbij een cruciale rol. Gefrustreerd door de eenzijdige berichtgeving van de traditionele nieuwszenders en kranten, richtten media-activisten hun eigen kanalen op. ‘De rechtse media probeerden de betogingen aanvankelijk voor hun eigen kar te spannen, door ze af te schilderen als protesten tegen de centrumlinkse regering-Dilma. Toen dat niet lukte, criminaliseerden ze de manifestanten’, zegt Silas Souza (31) van het mediacollectief Mídia Ninja. Met een GoPro-camera op zijn helm en een smartphone in de hand filmt Souza de betoging aan Tatuape van begin tot einde, urenlang. De beelden worden live gestreamd via de twitter-website Twitcasting.

De livestreams trekken tien- tot honderdduizenden kijkers. Beelden van politiegeweld worden massaal gedeeld op sociale media. ‘De massamedia wilden het geweld in de schoenen van de betogers schuiven. Hun leugens en manipulatie kwamen dankzij de vele live- beelden aan het licht. Agenten die gericht met rubberkogels in het gezicht van fotografen schieten, schotwonden met echte munitie en kogelhulzen… Wij zetten het ruwe, onbewerkte materiaal online zodat iedereen zelf zijn oordeel kan vellen’, zegt Souza. De beelden worden ondertussen gretig door nationale en internationale media opgepikt. ‘Ook tijdens het WK zullen we alles filmen en online zetten wat onze machthebbers en media voor de wereld verborgen willen houden’, belooft Souza.

Ook de overheid en politiediensten werden door de media-activisten meermaals in hun blootje gezet. Met behulp van livebeelden werden betogers vrijgesproken die jaren cel riskeerden voor misdrijven die ze niet hadden gepleegd. Activisten filmden politie-infiltranten in burger die zelf met brandbommen gooiden om politieagressie te legitimeren. ‘Terwijl de Braziliaanse overheid voor de tv-camera’s belooft als respectabele democratie geweldloze manifestaties te tolereren, wakkert de politie bewust het geweld aan om betogers af te schrikken om de straat op te gaan’, zegt Souza.

De intimidatie werkte. De afgelopen maanden zijn er dagelijks betogingen, maar ze trekken zelden meer dan duizend man. Betogingsmoeheid speelt een rol, maar vooral de gewelddadige clashes tussen politie en Black Blocs schrikken veel vreedzame betogers af. Wanneer de cineast en journalist Carlos Andrade in februari werd gedood door een brandbom, was dat voor veel demonstranten het ultieme signaal om thuis te blijven. Radicale betogers kregen zo vrij spel.

Op de Marcha da Maconha gaat het er wel opvallend vreedzaam toe. Duizenden betogers verzamelen zich aan het museum MASP voor de jaarlijkse betoging voor de legalisering van cannabis die al sinds 2006 plaatsvindt in meerdere Braziliaanse grootsteden. De organisatoren kregen het stadsbestuur zover om zelf voor de veiligheid in te staan, de oproerpolitie blijft weg.

De betogers eisen een ander drugsbeleid, omdat de huidige repressieve koers discriminatie en misdaad in de hand werkt. ‘Een blanke uit de binnenstad kan ongestraft wiet roken, maar een zwarte uit de periferie met dezelfde hoeveelheid marihuana op zak wordt neergeschoten of opgesloten als drugsbendelid’, zegt Laissa Sobral (22). Ze komt uit een favela van de wijk Grajaú, in de periferie van São Paulo. Ze werkt er als catadora, verzamelaar van recycleerbaar afval. Ondertussen studeert Sobral milieubeheer aan de Universidade de São Paulo (USP), de meest gerenommeerde universiteit van het land. ‘Ik ben de eerste en enige favelabewoner in mijn richting. ‘Ben jij niet van Grajaú? Wanneer breng je eens wiet voor me mee?’ is een van de klassieke opmerkingen die ik er vaak moet aanhoren’, zegt Sobral. Ze steekt een bord in de lucht met de tekst: ‘Ik ben zwart en in geval van nood laat ik de politie mij niet redden.’ ‘Omdat ze me bij de eerste gelegenheid een kogel door het hoofd schieten.’

Terwijl Sobral tegen racistisch geïnspireerd politiegeweld betoogt, staan twee van haar vriendinnen voor vrouwenrechten te rappen. De linkse Beweging van Werkers Zonder Dak grijpt de marihuanamars aan om voor behoorlijke woningen te pleiten, terwijl naast hen een meisje flyers uitdeelt tegen ‘de linkse dictatuur van Nicolas Maduro in Venezuela’. De Braziliaanse Junibewegingen zijn een erg heterogeen gezelschap. Tientallen actiegroepen versterken elkaar als kritische massa, maar schuiven elk hun eigen programmapunten naar voren.

Derdewereldstatus

Ook de oorzaken van de protesten zijn niet onder één noemer te vatten. Sommige grieven komen rechtstreeks voort uit de WK-organisatie, de meeste niet. Niet de Copa in juni, maar de presidentsverkiezingen in oktober zijn voor velen het echte doel. Maar met de Confederations Cup aan de gang als repetitie voor de wereldbeker, vonden de Brazilianen vorige zomer een ideale katalysator voor alle ongenoegens. De overheid besteedde de afgelopen jaren acht tot elf miljard euro aan voetbalstadions en andere infrastructuur om het land aan de ondertussen zo verguisde ‘padrao FIFA’ of FIFA-standaard te laten beantwoorden. Geld dat de Brazilianen liever naar onderwijs, gezondheidszorg en huisvesting hadden zien gaan, net die sectoren waarin het economisch snel groeiende Brazilië zijn derdewereldstatus nog lang niet is ontgroeid.

Met een belastingdruk van 36 procent van het bbp betalen de Brazilianen de hoogste belastingen van Latijns-Amerika. Daarvoor krijgen ze slechts heel povere publieke diensten in de plaats. Te veel scholen zijn meer drugsverkooppunt dan onderwijscentrum. Patiënten met levensbedreigende aandoeningen wachten zich letterlijk het graf in door een gebrek aan medisch personeel in openbare ziekenhuizen. Werknemers zien een vijfde van hun nettoloon besteed aan openbaar vervoer, om dagelijks urenlang in de file te staan. Met 56.300 moorden in 2012 is Brazilië een van de moorddadigste landen ter wereld. In sommige deelstaten heerst straffeloosheid, in andere is een groot aandeel van de moorden voor rekening van de politie. Ook de hoge inflatie – tien procent op voeding het afgelopen jaar – gaf de Brazilianen nog een extra duwtje in de rug om massaal de straat op te trekken.

Brazilië kende de afgelopen twee decennia een sterke economische groei. De sociaaldemocratische regeringen van president Lula da Silva en zijn opvolgster Dilma Rousseff trokken miljoenen mensen uit de armoede. ‘Maar dat deden ze voornamelijk door armen met de bolsa familia (een soort kinderbijslag) en een hoger minimumloon in de consumptiemaatschappij te verwelkomen’, zegt econoom Mauro Osorio van de Federale Universiteit van Rio de Janeiro (UFRJ). ‘In huis is het leven van de mensen verbeterd. Ze hebben een ijskast, airco, internet en betere voeding. Maar zodra ze hun deur uitgaan, zien ze dat er buiten niets veranderd is. Het onderwijs, de gezondheidszorg en de veiligheidssituatie zijn barslecht gebleven. De middenklasse eist meer in ruil voor haar belastinggeld. Maar men vergeet dat wij nog steeds geen rijk land zijn. Brazilië heeft het achtste bbp ter wereld, maar als je kijkt naar het bbp per inwoner zijn er 53 landen die het beter doen.’

Dat het geld voor het WK beter aan gezondheidszorg of onderwijs was besteed, vindt Osorio een onzinnig argument. ‘De totale investeringen in sportinfrastructuur voor het WK én de Olympische Spelen liggen nog steeds lager dan het jaarlijkse budget voor elk van die twee beleidsdomeinen.’

Toch had Brazilië het WK beter aan zich voorbij laten gaan, zegt Osorio. ‘Het enige pluspunt is de zichtbaarheid van het land. Maar de gedane investeringen komen de bevolking niet ten goede. De uitgaven voor nieuwe verkeersinfrastructuur in Rio de Janeiro zijn bijvoorbeeld uitsluitend gericht op transport naar de elitewijk Barra da Tijuca, waar zeven procent van de bevolking woont. Ondertussen werd er nauwelijks geïnvesteerd in de tren suburbano, die de meerderheid van de inwoners van Rio gebruikt. Men is de periferie totaal vergeten.’

Dure tickets

Binnen twee weken is voetballand Brazilië gastheer van een van de grootste feestjes op aarde, maar de meeste Brazilianen zijn niet uitgenodigd. Het minimumloon bedraagt 238 euro. Veel WK-tickets kosten algauw een veelvoud daarvan. Ook na het WK zullen tickets in de hypermoderne stadions te duur zijn voor veel Brazilianen die er al generaties lang wekelijks hun club aanmoedigen.

Miljoenen arme Brazilianen proeven de sfeer van de Copa niet, maar worden door het WK wel hard in hun basisbehoeften geraakt. Velen werden dakloos door de snel stijgende vastgoedprijzen. Zelfs favela’s werden hen te duur.

In Cidade Nova, in het centrum van Rio, schuilen enkele honderden daklozen voor het stormweer rond de zuilen van een galerij. Met vijfduizend anderen trokken ze enkele weken geleden in een leegstaand kantoorgebouw. Vier dagen geleden werden ze manu militari door ordetroepen verjaagd. Volgens bezetters zijn daarbij twee peuters in traangas gestikt. Dit kon niet bevestigd worden, aangezien de pers het gebouw niet mocht betreden.

‘We bouwden een huis in de buurt van Maracanã, openden een winkel en kregen kinderen. Plots kwamen ze ons huis afbreken en stonden we op straat’, zegt Josiana (38), moeder van negen kinderen. ‘We willen wel huur betalen, maar vinden niets dat we ons kunnen veroorloven.’

‘Ik woonde in de favela Mangueira, maar de huisbaas bleef de huurprijs opslaan tot ik die niet langer kon betalen’, zegt Leana (29) met haar driejarige dochtertje op schoot. ‘Mijn andere twee dochters zijn bij mijn moeder. Maar er wonen al zeven mensen. Er is geen plaats voor iedereen.’

Een jonge vrouw gaat bij Leana zitten met een zak vol kinderkleding. Ze zoeken warme kleren die haar dochtertje passen. De daklozen krijgen steun van verschillende actiegroepen. Ze brengen dekens, soep, kleren en met hun constant filmende smartphones ook bescherming tegen de oproerpolitie aan de overkant. Gisteren werd een van de manifestanten aangereden door een politiewagen, met fatale afloop. ‘De krant O Globo zei dat hij een dief was en wegvluchtte. Leugens! Hij was een vreedzame activist’, zegt sociologiestudent Rodolfo Hassan (27).

Hassan is actief betrokken bij de ‘assembleias’, wekelijkse volksvergaderingen zoals die van de occupy-bewegingen in andere landen. De WK-organisatie is voor Hassan slechts een symptoom van een dieperliggend probleem. ‘We wonen in een land dat in staat is om internationale mega-evenementen te organiseren, maar niet om de lokale problemen op te lossen. De overheid is compleet vervreemd van de basis. Wij eisen echte inspraak, geen schijndemocratie waarbij we om de paar jaar mogen stemmen voor mensen die onze belangen niet vertegenwoordigen. In de volksvergaderingen kijken we wat we zélf kunnen doen, zonder op de overheid te wachten. De solidariteit die je hier ziet, is daar een perfect voorbeeld van.’ Met veel andere manifestanten denkt Hassan dat tijdens het WK de Brazilianen weer massaal op straat zullen komen.

Stakingen

De provocerende boodschap ‘Nao vai ter Copa!’ heeft de protestbewegingen daarbij echter geen dienst bewezen. ‘Waar waren ze toen het WK werd toegewezen? Toen was iedereen pro. Nu alle kosten gemaakt zijn, willen ze de wereldbeker plots tegenhouden. Ook voor mij is het WK bij voorbaat verpest, maar dat betekent niet dat ik op straat de boel ga saboteren’, verwoordt journalistiekstudente Carolina Sant’ana een kritiek die leeft bij veel Brazilianen.

Waarin de anti-WK-protesten wel slagen, is de overheid raken waar het echt pijn doet: de internationale reputatie van het land. ‘Als onze leiders niets om de Brazilianen geven, pakken we hen zo’, lijken velen te redeneren. Leraars, buschauffeurs, arbeiders en vuilnismannen staken in de laatste rechte lijn naar het WK. Duizenden politieagenten in veertien deelstaten legden vorige week het werk neer. In speelstad Recife moest daarbij het leger ingrijpen na een explosie van geweld die aan minstens zeven mensen het leven kostte. Zonder gevoelige loonsverhoging dreigen de politiekorpsen ook tijdens het WK te staken, een nachtmerrie voor Brazilië en de FIFA.

Ook de Black Blocs beloven van zich te laten horen. Na weken van online-gesprekken kan ik Felipe en Jorge (niet hun echte namen) ontmoeten op een betoging in het centrum van Rio de Janeiro. Ze zijn erg voorzichtig met perscontacten. ‘De politie voert een heksenjacht op ons.’ Jorge woont in een favela in het oosten van de stad. Felipe behoort tot de lagere middenklasse. Hij beheert verschillende facebookpagina’s, maar leider wil hij zich niet noemen. ‘We hebben geen leiders. Black Bloc is geen groep, maar een verdedigingstactiek die ook in andere landen bestaat.’

‘Ik was een pacifist. Ook ik liep aanvankelijk met een Braziliaanse vlag “geen geweld” te roepen’, zegt Felipe. ‘Maar keer op keer kregen we slaag van de politie. Zelfs op kinderen en ouderen mepten ze erop los. Ze beschermen de staat, niet het volk. Ik kreeg een afkeer van de vlag en begon geweld met geweld te beantwoorden. In de eerste plaats beschermen we de betogers, maar we steken inderdaad ook banken en andere kapitalistische symbolen in brand. En bussen, om de rotkwaliteit van het openbaar vervoer aan te klagen.’

‘Toeristen vinden Rio zo’n mooie stad, maar het is lelijk als de pest. De instellingen zijn rot en gericht op onderdrukking van de armen. Alles wat de mensen onderdrukt, breken wij af’, zegt Jorge. ‘We kunnen uiteraard niet winnen van politiewapens. Wat we doen, is weerstand bieden. Opdat mensen het politiegeweld zien en daartegen opstaan. Maar de media profileren ons als vandalen. Ze proberen het volk tegen ons op te zetten.’

Beiden ontkennen dat Black Blocs plannen heeft om toeristen en buitenlandse delegaties aan te vallen, zoals sommige media berichtten. Jorge: ‘We willen niemand iets aandoen, enkel duidelijk maken dat het onrechtvaardig is dat kinderen op school niet leren lezen en schrijven terwijl voetballers miljoenen verdienen.’

Ik vraag hen of er een wereldbeker zal zijn. ‘Nao vai ter Copa’, schudt Felipe beslist het hoofd. Dan twijfelt hij. ‘Misschien wel, maar we zullen er alles aan doen om het WK zo veel mogelijk te verstoren.’

DOOR JAN DE DEKEN

‘In huis is het leven van de mensen verbeterd. Ze hebben een ijskast, airco, internet en betere voeding. Maar zodra ze hun deur uitgaan, zien ze dat er buiten niets veranderd is.’

‘Ook tijdens het WK zullen we alles filmen en online zetten wat onze machthebbers voor de wereld verborgen willen houden.’

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content