Als er niet snel internationale bescherming komt voor de Palestijnen, worden de bezette gebieden een tweede ‘Libanon’. Dat zegt de Palestijnse mensenrechtenactivist Raji Sourani, die vindt dat Israël nu maar eens moet beslissen wat het wil.

Acht december, één uur ’s middags: gewapende kolonisten uit Kiryat Arba en Givat Harsina (bij Hebron) vallen het huis van Atta Abdel Jawad Jaber binnen, gooien zijn meubels naar buiten, dragen de hunne naar binnen en hijsen de Israëlische vlag. Later komen Israëlische soldaten huis en omgeving bewaken. Bij de bezetting wordt door de kolonisten fors met stenen gegooid, waarbij een kind van zes gewond raakt.

Op 9 december blijven de settlers het huis bezet houden en de buurt terroriseren zonder dat leger of politie – allebei aanwezig – ingrijpen. Een jongen van dertien wordt neergeschoten. De soldaten zeggen bevel te hebben de kolonisten te laten begaan. Laat in de avond worden de settlers uit het intussen uitgebrande en zwaar beschadigde huis gezet. Het huis wordt gesloten militair gebied verklaard, en niemand mag erin tot maart, ook Atta Jaber en zijn familie niet.

Het is de derde keer dat Atta’s huis vernield wordt, en ook dat van zijn vader wordt al maanden belaagd door kolonisten. Alle ruiten zijn er ingegooid en wijnstokken en bomen ontworteld. Waarom? De kolonisten willen hun kolonies uitbreiden en pesten daarom zoveel mogelijk Palestijnen uit de buurt weg. Voor advocaat Raji Sourani is dit maar één aspect van een militaire bezetting die al 33 jaar duurt.

Sourani is directeur van het Palestinian Center for Human Rights in Gaza. Jarenlang verdedigde hij Palestijnen voor Israëlische rechtbanken en zelf zat hij ook een keer of zes gevangen, vandaar z’n gedegen kennis van het Hebreeuws – en van de Israëlische samenleving. Met hart en ziel bepleit hij nu een internationale interventiemacht die de Palestijnse bevolking zou komen beschermen tegen het Israëlische geweld. (Overigens begon de internationale, door Amerikaans ex-senator George Mitchell en Europees Hoog Vertegenwoordiger Javier Solana geleide ‘onderzoekscommissie naar het geweld in het Midden-Oosten’ vorige week haar zeer aan banden gelegde arbeid.) ‘Wat nu gebeurt,’ zegt Sourani, ‘is ongehoord. Ik ben 47, in dertig jaar bezetting hebben we niet meegemaakt dat tanks of helikopters met geleide raketten ingezet werden. En de Israëli’s kennende, ben ik ervan overtuigd dat we het ergste nog lang niet gezien hebben.’

Is Oslo voorbij?

Raji Sourani: De Oslo-akkoorden zouden ten eerste vertrouwenwekkende maatregelen tussen de twee partijen genereren en ten tweede tot een akkoord over het eindstatuut leiden tegen 4 mei 1999. Wat één aangaat zijn we terug bij af, en twee heeft niet alleen geen akkoord gezien, we zijn de gesprekken over het eindstatuut niet eens begonnen. Nu is het dringendste probleem hoe wij ons volk kunnen beschermen tegen de systematische aanvallen van het Israëlische leger. Het is een totale puinhoop.

Wat is eraan te doen?

Sourani: Ik weet het niet. Militair zullen we nooit opwegen tegen Israël, en ook economisch niet. En als je in de Vrije Wereld internationale bescherming gaat vragen, komt daar een veto op. Mary Robinson, de VN-mensenrechtencommissaris, was hier drie dagen geleden, en nadat ze had rondgekeken zei ze: ‘Wat ik hier gezien heb, maakt duidelijk dat hier internationale bescherming van de burgerbevolking nodig is. Dit kan niet blijven duren!’

Kijk, ik woon hier al heel mijn leven. Ik ben echt voor vrede. Voor de twee-staten-regeling. Voor het historisch compromis van het Palestijnse volk om genoegen te nemen met Gaza, de Westoever en Oost-Jeruzalem, wat alles samen 6700 vierkante kilometer is, of 22 procent van historisch Palestina. Na zeven jaar bewust vreedzame intifada – voor twee dingen: zelfbeschikkingsrecht en het einde van de bezetting, en echte onafhankelijkheid – zei iemand als Yossi Sarid: Fantastisch! Jullie krijgen het! In 1988 was dat. En wat is er intussen gebeurd? Madrid, Washington, bla bla bla, Oslo… Goed. Ze zeiden kijk eens, dit langdurige conflict vraagt een oplossing in fasen, interimakkoorden, vertrouwenwekkende maatregelen, en dan onderhandelingen over het eindstatuut. Fantastisch. Nog zes jaar en zeven jaar later, en wat hebben we? Een de facto apartheidssysteem en sociale en economische wurging. En opnieuw krijgen wij de schuld van wat er gebeurt, zijn wij de lafaards, die hun kinderen inzetten als schilden, waar moeders en vaders geen gevoel hebben en hun kleintjes de dood insturen…

Het allerminste, uit een mensenrechtenstandpunt, is nu heel snel internationale bescherming. Zonder dat gaan we naar een ramp.

Kunnen de onderhandelingen niet weer opgenomen worden?

Sourani: Soms praten we alsof we de maan voor het eerst zien. Laat mij een paar simpele dingen zeggen, alleen maar over Gaza. De hele Gazastrook meet 365 vierkante kilometer. Daarin zitten twintig kolonies met bijna vijfduizend kolonisten erin, die 42 procent van de oppervlakte controleren. En 1,2 miljoen Palestijnen controleren 58 procent. Zie Netzarim, kolonie en militair checkpoint. In vijf minuten kunnen ze de Gazastrook daar in tweeën splitsen, méér tijd hebben ze niet nodig. Wat is dan de betekenis van Netzarim? Daar wonen, in godsnaam, bij de 85 mensen. Waarom de Kfar Darom-kolonie met haar brug? Ook daar kunnen ze in één minuut, met één salvo, Gaza in tweeën snijden. Iedereen moet over die brug. Studenten, arbeiders, zieken, gezonden, zakenlui en boeren zien daar de alledaagse bezetting. In Gush Katif bij het Kissufim-kruispunt controleren ze nog altijd de hoofdweg. Je kan niet weg via de luchthaven, via de grensovergang van Rafah of via de zee, de belegering is totaal. En dat was vóór de intifada.

De mensen in de Palestijnse gebieden kunnen daar niet naast kijken. Naast de bezetting. Dat is het basisfeit. Zij voelen ze, ruiken ze elke dag. Praat dan van vrede, en de gewone mensen zullen zeggen, fantastisch, maar ondertussen blijft dit alles groeien. Ze bouwen nieuwe kolonies, nieuwe militaire posten, ze confisqueren steeds meer land. En wat kan Gaza betekenen in de Israëlische politiek? In het Oude Testament wordt Gaza alleen maar verwenst: ze hebben er geen ideologische binding mee. Daarbij roept het hele Israëlische politieke spectrum, van uiterst links tot uiterst rechts in de zionistische beweging, dat ze Gaza niet willen, om politieke, demografische en veiligheidsredenen. Zelfs ( de vermoorde premier) Yitzhak Rabin zei ooit dat hij hoopte Gaza nog eens in zee te zien zinken. Dat is wat ze zeggen. En ze doen het tegengestelde. Ze schieten er meer en meer wortel. Wel, als de zaken zo staan in Gaza, wat kunnen we dan in Jeruzalem verwachten?

Ik bedoel, is er één enkel voorbeeld van een boodschap aan ons volk dat ze ons willen erkennen? Misschien wordt dat onder gesofistikeerde intellectuelen wel besproken, daar.

Maar als je hier leeft en je bent een eenvoudig mens, een moslim of een christen, en onder de auspiciën van de Vrede kan je niet gaan bidden op de Tempelberg, of als je student bent en je zou willen studeren aan de Bir Zeit-universiteit, of je bent ziek en je raakt niet aan de nodige medische zorg. Of je bent getrouwd met iemand van Jeruzalem of Nabloes of met iemand binnen de Green line: dan is het bijna mission impossible om samen te leven. Twee broers van me zijn met meisjes van Jeruzalem getrouwd. Ik telefoneerde met mijn schoonzuster onlangs, en zei om haar te plagen, nu ja, we zijn ten slotte moslims en het is niet goed dat mijn broer alleen blijft, misschien moet hij maar een andere vrouw nemen? Ze houden van mekaar, en ik maakte maar een grapje, en ze barstte in tranen uit! Ja, en het kind, waar moet dat ingeschreven worden? Een nationaliteit heb je al niet. Mijn familie is hier al negen eeuwen ingeworteld, maar officieel ben ik ‘resident’. En een of andere Rus die hier aanlandt, krijgt ter plekke al zijn papieren omdat hij ergens een jood in zijn familie had. Arbeiders – in de ellendige werkvoorwaarden die ze hebben, daar op de zwarte slavenmarkt in Israël – zijn nu al geprivilegieerd! Met de ‘sluiting’ van de bezette gebieden is de economische situatie hier onwaarschijnlijk geworden. In Israël is het inkomen per hoofd 18.000 dollar.In de bezette gebieden is dat 800 dollar. En je betaalt er je sigaretten, je bloem, je elektriciteit en je water dezelfde prijs als in Tel Aviv. Dat is de oogst voor de gewone mensen van al die jaren ‘vredesproces’. De mensen zijn naar deze revolte gedwongen. Niemand danst hier op vergoten bloed.

Er is een eenvoudige formule om het op te lossen. De Palestijnen hebben over hun historische compromis al beslist. Maar niemand lijkt dat erg te waarderen.

Kan het geweld niet even gestopt worden?

Sourani: In de zeven jaar intifada – de vorige, die van 1987 – hebben wij de Israëli’s één heel simpel ding willen bijbrengen: willen jullie het geweld indijken? Trek dan alstublieft uw troepen terug uit de dichtbevolkte gebieden. Ben je mal, zeiden die dan, dat kan toch niet! En kijk nu, al de brandhaarden ontstaan waar het Israëlische leger zit. En wat zie je sinds 28 september? Versterkingen, meer en meer. Nieuwe militaire posities, héél dicht bij de steden. En zelfs áls ze zich zouden terugtrekken naar de stellingen van voor de 28ste, dan nog zou dat teruggaan zijn naar de situatie die tot de intifada heeft geleid. Naar de redenen voor de opstand.

Daarom hebben wij bescherming nodig. Om drie redenen. Eén: de Israëli’s zeggen dat de Palestijnen hen moreel in de problemen brengen door kinderen in te zetten, zodat zij die kinderen wel moeten neerschieten, voor hun eigen veiligheid. Goed. De internationale beschermingstroepen zullen voor hen het vuile werk doen, zodat de Israëli’s schone handen hebben. Laat hen Israëli’s en Palestijnen scheiden. Dan moeten jullie geen kinderen meer doodschieten voor jullie veiligheid. Jullie hoeven helemáál geen contact meer te hebben met Palestijnen. Dat is dus al één voordeel voor Israël. Twee. Voor de Palestijnen zou het een minimum aan veiligheid brengen: zij zouden niet meer oog in oog staan met de Israëli’s. Iemand zou tussen ons in staan. En drie: door het inbrengen van een internationale bescherming verander je objectief het politieke landschap. Eerlijk: als je de mensen hier vraagt wat ze willen, zal je niemand zo happig op vrede vinden als de armen en de verdrukten. En deze mensen zijn al heel hun leven verdrukt. Dus eerst en vooral moeten we deze spiraal van actie en reactie, van bloed en steeds meer bloed, zien stop te zetten. En dan zien wat we kunnen doen.

We hebben al te veel tijd verloren. Wij willen onze energie investeren in de economie, in een rechtssysteem, in sociale rechtvaardigheid, in een echt parlement, een echte regering… Elke dag die voorbijgaat, is voor ons een verloren dag. Maar in deze bezettingssituatie is niets mogelijk. Zelfs onze kinderen worden minder slim, getraumatiseerd als ze zijn. Wij willen een betere toekomst voor hen, dat ze niet opnieuw moeten doorstaan wat wij al doorstaan hebben. Snelle bescherming kan een begin zijn.

Wat daarna komt, dat moet Israël beslissen. Wij hebben onze keuze al gemaakt. Zij moeten nu kiezen wat ze willen: een zuivere joodse staat, of een democratische staat? We kunnen hen niets opleggen, ze zullen zelf moeten kiezen. Willen ze de zuiver joodse staat, dan beslissen ze de scheiding. Goed. Ik geloof niet dat de Palestijnen zo gulzig zijn als ze maar 22 procent van het land vragen. Willen ze één democratische staat? Persoonlijk ben ik daar voorstander van, en op lange termijn geloof ik dat ze dat wel als strategische oplossing zullen kiezen. Misschien eerst binnen vijftig, zestig jaar. Dan kan het me geen bal schelen hoe ze hem noemen, Israël, Palestina of nog iets anders. Op twee simpele voorwaarden: het recht op terugkeer dat moet gelden voor joden en Palestijnen, voor moslims en christenen gelijk, en gelijke burgerrechten, niets méér en niets minder. Als ze dat voorstellen, zal ik het verdedigen. Maar zoals het nu gaat, is het overspel. Ze moeten wel kiezen!

Kijk, ik weet het ook niet. Het compromis is evident. Het apartheidssysteem in Zuid-Afrika is verdwenen, de Berlijnse muur is weg, en hier zitten wij met een kafkaiaanse situatie. En bij u in Europa is men daar perfect van op de hoogte, tot in de details. Wij vragen niet minder of niet meer dan de toepassing van het internationaal recht. Zo moeilijk is dat niet. Het enige probleem dat wij hebben in dit deel van de wereld is Israël, de heilige koe. Had het hier Ouagadougou geheten, dan was de zaak allang geregeld geweest.

Het is hier Kosovo niet. U gaat vreselijk veel doden nodig hebben alvorens u die bescherming zult krijgen.

Sourani: Welke belangen heeft Europa in deze regio? Als de chaos nog bloediger wordt, met steeds meer weerwraak en aanslagen aan de andere kant… Ik verzeker u dat Zuid-Libanon voor Israël een paradijs geweest zal zijn, vergeleken met deze bezette gebieden. Dan zullen de Arabieren op straat warm lopen, en Hezbollah aanmoedigen om in actie te schieten, met welk voorwendsel ook. Libanon. Terwijl wat hier nu gebeurt elke dag impact heeft op de politieke atmosfeer in Jordanië. Dus: meer bloedvergieten in de regio, gevaar voor veiligheid, economie, emigratie… Is dat in het belang van Europa?

We moeten de piramide op zijn basis zetten, niet op zijn punt. Wil je internationaal humanitair recht toepassen, dan doe je dat met de vierde Conventie van Genève. Die zegt heel duidelijk dat kolonies illegaal zijn; dat de annexatie van Jeruzalem illegaal is; dat de transfer van bevolking van bezette gebieden illegaal is. In gelijk welk conflict moet je de internationale legaliteit ophouden, anders wordt het allemaal heel fragiel. Wat is er de afgelopen zeven jaar misgelopen? Dat men mensenrechten met voeten getreden heeft in naam van veiligheid en vrede. En dit is het resultaat. Ik heb het gezegd tegen het Congres: dit, democratie, mensenrechten opofferen voor vrede en veiligheid, dit kan niet werken, en het zal iedereen duur te staan komen.

Wat willen de Israëli’s dan?

Sourani: Ik had een discussie in Parijs met Israëlische vrienden, linksen en pro-Palestijns, op een moment dat heel Israël – de Knesset, de partijen, de media – geobsedeerd was door wat in Libanon bezig was. Op dat moment waren daar, in 18 jaar, 364 Israëli’s gesneuveld. Het equivalent van een neergestort vliegtuig. Dat was niks, zei ik. En een van hen zei tegen mij: ‘Maar jij weet niet wat joods bloed betekent. Voor ons is deze prijs te hoog! Heb jij ooit een staat gevangenen voor lijken weten ruilen? Wij doen dat. Zuid-Libanon is voor ons ondraaglijk geworden. De Hezbollah hebben dat voor ons tot een hel gemaakt. Daarom moeten we er uit, of nu Barak, Sharon, Netanyahu of wie dan ook de dienst uitmaakt. Terwijl jullie, jullie bestonden niet eens voor ons.‘ En hij zei, ‘Israël heeft nu een fantastisch imago in de wereld. Een vredelievende regering. Diplomatieke betrekkingen met Indonesië, het grootste moslimland in de wereld. De groei van onze economie was de voorbije zeven jaar zonder voorgaande. We zijn overgeschakeld op hightech. Het vuile werk, de veiligheid, hebben uw mensen zeer goed opgeknapt: negentig procent daarvan werd door hen gedaan; vijf procent door de CIA, en de resterende vijf procent kunnen wij wel aan. Wie ziet u, van de Israëlische kant? Alleen soldaten en kolonisten. De soldaten doen hun plicht. De kolonisten kunnen de bomen in: als zij zich daar in de nesten willen gaan werken, is dat hun keuze. Niet de keuze van het volk van Israël. Economisch gesproken zijn jullie de tweede grootste markt voor ons, en wij hebben het monopolie op die markt. Jullie gastarbeiders gebruiken wij om de inflatie in de hand te houden. Jullie hebben de keuze: aanvaarden wat wij jullie bieden, of anders nog vijftig jaar doorgaan zoals we bezig zijn. Het waarschijnlijkste is, dat jullie ons aanbod zullen aannemen.’

Toen zei ik, ‘al bij al suggereert u dat, als de Palestijnen voortgaan zoals ze bezig zijn, u dat goed uitkomt. Maar als de Palestijnen nu eens de stijl van Hezbollah overnamen? Dat is wat u suggereert dus.’ En hij zei, ‘Neeneenee, dat heb ik niet gezegd!’

Waarom zou het bij ons erger zijn dan in Zuid-Libanon voor de Israëli’s? Het is het principe van een val. Zij hebben de Westoever en de Gazastrook volgebouwd met een net van kolonies. De strategie was de Palestijnse steden en dichtbevolkte streken te omsingelen. Maar sinds het begin van de intifada is die situatie 180 graden gedraaid: nu kunnen zij niet meer bewegen, en ze zitten in hun eigen val gevangen. Dat vinden ze helemaal niet leuk. En je begint nu in de Israëlische politieke wereld stemmen te horen die vragen, wat is hier gaande?

Waarom heeft Arafat nee gezegd in Camp David?

Sourani: Weet u, ik vond altijd dat het aanvaarden van Oslo een fatale stommiteit was, maar ik heb nooit zo in angst gezeten als gedurende die twee weken Camp David. Ik ging bij drie mensen, die Arafat al dertig jaar kenden, om raad: dachten zij dat Arafat zou plooien over Jeruzalem? Alledrie zeiden ze: dat je die vraag stelt, bewijst dat je niets van Arafat afweet. Arafat weet wat Jeruzalem betekent voor de Palestijnen en voor de Arabieren en voor de islamitische wereld. Over zijn lijk! Een van hen zei, Arafat denkt dat hij een profetie over Jeruzalem moet waarmaken.

En inderdaad, gaan we twee jaar terug: Hij kwam niet goed overeen met dokter Haider Abdel Shafi hier, die mij het verhaal vertelde. Arafat had Shafi laten komen, en die ging, maar wist niet goed waarover praten, het was lang geleden. En op een impuls zei hij: ‘Broeder Arafat, ik vraag mij toch af waarom jij in elke toespraak moet zeggen: volgend jaar zullen wij samen bidden in Jeruzalem. Want je weet toch dat Jeruzalem verloren is. Kijk naar wat daar gebeurt op het terrein, dat is onomkeerbaar. Dus luister naar mijn raad, en zeg dat niet in elke toespraak. Zeg het, twee keer dan, in elke vierde of vijfde toespraak.’

Maar Arafat antwoordde niet. Hij staarde hem aan, bijna drie minuten lang, zoals hij verschrikkelijk kan staren. En begon dan over iets anders. Een half uur later namen ze afscheid, ze gingen samen buiten, en bij de deur greep Arafat zijn hand, keek in zijn ogen, en sprak: ‘Haider, volgend jaar bidden wij samen in Jeruzalem.’

Foto’s Maria Fialho

Sus van Elzen

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content