Provincieraadslid Maya Detiège maakt zich zorgen over haar stad, en dan vooral over de kansarme wijken waar gefrustreerde allochtonen en bange Belgen naast elkaar leven.

Ontzettend kwaad was ze toen ze afgelopen week hoorde hoe allerlei ministers en ander politiek personeel met man en macht de allochtone oproerkraaiers in Antwerpen onschadelijk wilden maken. ‘Ik heb zo genoeg van al die politieke Tarzans die stoer met hun vuisten op hun borst kloppen en de achterliggende problemen negeren’, zegt Maya Detiège (SP.A). Ze wóónt niet alleen in het getormenteerde Antwerpen, ze is ook nog eens de dochter van de burgemeester. Een combinatie die het haar onmogelijk maakt om niet wakker te liggen van de sociale problemen in sommige Antwerpse concentratiewijken. Dezelfde combinatie die haar ondanks een jeugdige gelofte toch richting politiek heeft gedreven. Vandaag is ze apotheker én provincieraadslid, woont ze in het opgefriste Schipperskwartier en hoopt ze op een goede plaats op de Antwerpse kamerlijst.

Premier Guy Verhofstadt (VLD) beweerde vorige week in de Kamer dat de Arabisch-Europese Liga (AEL) van Dyab Abou Jahjah greep wil krijgen op bepaalde wijken om daar criminele activiteiten te ontplooien. Paranoia of een gefundeerde bekommernis?

MAYA DETIèGE: Ik wist niet wat ik hoorde. Er zijn in Antwerpen natuurlijk echte concentratiewijken. Daar wonen nu haast alleen nog bejaarde autochtonen, die het zich niet kunnen permitteren om te vertrekken of de plek waar ze hun hele leven hebben gewoond niet meer willen verlaten. Die mensen zijn heel kwetsbaar en daardoor ook onzeker en bang, omdat ze hun vertrouwde buurt in de loop der jaren hebben zien veranderen. De meesten komen niet vaak meer buiten en leren hun allochtone buren dan ook niet kennen. Het is heel moeilijk om die groep te bereiken, laat staan om allochtone en autochtone bewoners met elkaar in contact te brengen.

Ondertussen lopen heel wat jonge moslims in diezelfde wijken achter Abou Jahjah aan. Wie zijn die jongeren?

DETIèGE: Niemand weet dat precies. Wel hebben ze één ding gemeen: hun jarenlang opgestapelde frustraties. Vreemd is dat niet. Uit de werkloosheidscijfers blijkt bijvoorbeeld dat 40 procent van de Antwerpse allochtonen tussen achttien en vierentwintig jaar geen werk heeft, tegenover 13 procent van de autochtone jongeren. Natuurlijk voelen die zich niet goed. Ze denken dat ze geen toekomst hebben en uit de verkiezingsresultaten leiden ze af dat 30 procent van hun stadsgenoten racist is. Oudere mensen kunnen dat beter relativeren, maar voor jongeren is het heel moeilijk om rustig te blijven. Dus worden ze aangetrokken door Abou Jahjah die zich als hun spreekbuis opwerpt. Dat hij allesbehalve een goede spreekbuis is, beseft ondertussen bijna iedereen. Ook de meeste migranten. Die houden hun hart vast, want het gaat over hun kinderen.

Wonen in zulke concentratiewijken dan alleen bange Belgen tussen vaak gefrustreerde allochtonen?

DETIèGE: De jongste tijd trekken wel steeds meer jonge tweeverdienersgezinnen naar wijken zoals Borgerhout. Vooral omdat een huis daar nog min of meer betaalbaar is, in tegenstelling tot de meeste andere buurten in Antwerpen. Maar ook omdat ze er helemaal geen problemen mee hebben om te midden van de alloch- tone gemeenschap te wonen. Die mensen zijn niet bang. Ze nestelen zich in de buurt, knappen hun huisje op en zullen op termijn voor een gezonde sociale mix zorgen.

Hoe kan het stadsbestuur ondertussen de angst van de oudere autochtonen aanpakken?

DETIèGE: In de eerste plaats is het heel belangrijk dat die angst niet wordt genegeerd: die mensen moeten voelen dat politici hun onzekerheden begrijpen. Pas dan kan men hen uitleggen dat al die allochtone jongeren in hun wijk hier geboren zijn en niet meer zullen weggaan.

Het is nu eenmaal zo en dus moeten ze dat maar aanvaarden?

DETIèGE: De twee gemeenschappen moeten elkaar leren kennen. Daartoe is er intensieve buurtwerking nodig, zoals nu al in de sociale woonwijk Luchtbal het geval is. Als daar grote of kleine conflicten losbarsten, gaat een buurtcomité met de mensen praten. Vaak blijkt dan dat de ergernissen op misverstanden zijn gebaseerd. Zo had een bewoner er onlangs genoeg van dat zijn Marokkaanse bovenbuurman altijd stukjes brood op zijn terras gooide. Maar wat bleek? Het was de kleine van dat gezin die stiekem het brood van het aanrecht pikte als hij zich verveelde. Dat vond buurman al veel minder erg.

Vreemd genoeg pakt de overheid die sociale problemen het liefst met juridische acties aan: men onderzoekt hoe Abou Jahjahs nationaliteit weer kan worden afgenomen en hoe zijn AEL buiten de wet kan worden gesteld.

DETIèGE: (kwaad)Dat is toch om gek van te worden? Stoere uitspraken, daar zijn de meeste politici goed in. En ondertussen zijn ze blind voor de achterliggende, fundamentele problemen.

Ook uw partijvoorzitter Patrick Janssens beweerde vorige week dat alle middelen moeten worden ingezet om de AEL buitenspel te zetten. Bent u daarvan geschrokken?

DETIèGE: Ik ben van wel meer uitspraken geschrokken. Als minister van Binnenlandse Zaken Antoine Duquesne (MR) boudweg zegt dat hij desnoods de wet laat aanpassen om de AEL te kunnen aanpakken, weet ik niet wat ik hoor. Zoiets kán toch niet? Eerst moet alles kunnen bezinken, en daarna moet de overheid op een rustige, normale manier met die jongeren praten.

Het Antwerpse stadsbestuur, uw moeder op kop, heeft nochtans van meet af aan geweigerd om met Abou Jahjah en de zijnen te praten. Had men hen niet beter al maanden geleden in het stadhuis uitgenodigd?

DETIèGE: Het is veel belangrijker om die jongeren te bereiken, dan een man van wie we niet weten of hij het goed met die jongens voorheeft.

Ook zij worden niet uitgenodigd.

DETIèGE: Omdat je hen daarvoor eerst moet zien te vinden! Verschillende Marokkaanse federaties werken los van elkaar. De stad overlegt wel geregeld met die organisaties, maar ook zij hebben vaak geen contact met hun eigen jongeren.

Wat kan de stad volgens u concreet doen om de escalerende problemen aan te pakken?

DETIèGE: Antwerpen kan die dingen helemaal niet oplossen. Een stad kan alleen de symptomen sussen, maar niet de oorzaken van de frustraties wegnemen. Akkoord, onze problemen zijn misschien groter dan op veel andere plaatsen in Vlaanderen. Maar dat is niet zo vreemd: hier leeft de grootste groep allochtonen, vooral Marokkanen. Vlaams-Blokvoorman Filip Dewinter is niet voor niets van Brugge naar Ekeren verhuisd. Het is echter al te gemakkelijk om te stellen dat de stad dan maar haar eigen boontjes moet doppen. Aan de fundamentele oorzaken moet op het Vlaamse en federale niveau worden gewerkt: door quota in te voeren op de arbeidsmarkt, door discriminatie in het onderwijs aan te pakken én door stemplicht voor migranten in te voeren.

De jongste week was er veel kritiek op het optreden van de politie en het stadsbestuur. Zeker toen de burgemeester na de eerste rellen de nultolerantie aankondigde.

DETIèGE: De burgemeester is hier altijd de pispaal. Dat was vroeger zo met Bob Cools en dat is nu zo met mijn moeder. Vorige week werd onze stad met een crisissituatie geconfronteerd en het stadsbestuur wilde de rust zo snel mogelijk herstellen. Daartoe is de nultolerantie tijdelijk ingevoerd.

Er wordt vaak beweerd dat dit soort incidenten alleen het Vlaams Blok ten goede komt. In 2006 zou dat Filip Dewinter wel eens naar ’t Schoon Verdiep kunnen voeren.

DETIèGE: Ik hoop uit de grond van mijn hart van niet. Ik heb gehuild toen die partij bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen tegen alle verwachtingen in toch weer was gegroeid. Daarom ben ik ook tegen de rechtstreekse burgemeestersverkiezing.

Zou een figuur als de Mechelse burgemeester Bart Somers (VLD), die de problemen met harde hand aanpakt maar wel tot een democratische partij behoort, geen uitweg kunnen bieden?

DETIèGE: Alsjeblieft niet zeg. Het is niet de taak van een democratische politicus om Tarzan te spelen, maar wel om échte oplossingen te zoeken.

Kan de Antwerpse SP.A dan wél een tegenwicht vormen voor het Vlaams Blok?

DETIèGE: Moeilijke vraag. De partij beseft dat we nog meer werk moeten maken van die kansarme buurten. We moeten de frustraties van de allochtonen én autochtonen wegwerken. En dat doe je niet alleen door met harde hand de onveiligheid aan te pakken. Want wie wil er in een stad wonen waar permanent nultolerantie is? Ik alvast niet.

Ann Peuteman

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content