‘We dreigen van Belkacem een nieuwe Bin Laden te maken’

FOUAD BELKACEM (MIDDEN MET BRIL) OP HET TERRORISMEPROCES IN ANTWERPEN 'De meerderheid van onze Syriëstrijders is zelfs nooit lid geweest van Sharia4Belgium', stelt Montasser AlDe'emeh. © Belga Image

‘Het proces tegen Sharia4Belgium is een politiek spektakelstuk’, oordeelt jihadexpert Montasser AlDe’emeh. ‘Wat verander je in de maatschappij door Fouad Belkacem enkele jaren in de gevangenis te gooien? Dat verergert de dingen alleen maar.’

Nee, met sociale media heeft hij het helemaal gehad. Hij heeft zijn Facebook en Twitter afgesloten, en dat bevalt hem prima, vertelt Montasser AlDe’emeh. ‘Ik voel me bevrijd. Ik was het beu om constant bedreigd te worden. Wie me nu wil uitschelden, zal bij me op de koffie moeten komen.’ Hij toont een bloemlezing van de laatste twitterberichten die hij ontving. ‘Kan iemand die “Belg” Montasser eens omleggen aub‘: het vitriool spat van het smartphonescherm. ‘Als dat het eerste is wat je ’s ochtends leest, krijg je snel genoeg van sociale media’, zucht hij.

Het gaat snel voor onderzoeker AlDe’emeh. Zijn doctoraat aan de Universiteit Antwerpen is nog niet eens af, maar hij moet ondertussen al zowat de meest vooraanstaande jihadkenner van de Lage Landen zijn. Het Sharia4Belgiumproces in Antwerpen woont hij zelf niet meer bij. Dat heeft veel te maken met de vijandige houding van Dimitri Bontinck, de vader van Syriëstrijder Jejoen Bontinck die op het proces terechtstaat. ‘Ik heb geen zin om in het openbaar te gaan bekvechten met iemand die zich God op aarde waant. Dat brengt het proces niets bij.’

Bent u teleurgesteld in de manier waarop het proces gevoerd wordt?

MONTASSER ALDE’EMEH: Ik had geen hoge verwachtingen, en dat bleek ook terecht. Het proces is een politiek spektakelstuk. Er zullen een paar straffen uitgedeeld worden en daarmee is de kous af. Het stoort me dat het doorgaat voor Het Grote Terrorismeproces. De meeste beschuldigden zitten in Syrië of zijn al omgekomen. Wat verander je in de maatschappij door Fouad Belkacem enkele jaren in de gevangenis te gooien? Dat verergert de dingen alleen maar.

Hoezo?

ALDE’EMEH: Door Belkacem te veroordelen, dreigen we een soort nieuwe Osama Bin Laden van hem te maken. Zijn vrienden en familieleden zullen zich alleen maar meer afwenden van de maatschappij, omdat hij zwaar gestraft wordt voor iets wat hij niet gedaan heeft.

Valt Belkacem dan niets te verwijten?

ALDE’EMEH: Belkacem is een ongeleid projectiel. Voor hij radicaliseerde, was hij een 2Pac-fan, een jongere die zich niet geaccepteerd voelde en daardoor lak had aan de maatschappij. Hij stond ooit op de verkiezingslijst van de Arabisch-Europese Liga. Later is hij naar de Egyptische prediker Muhamad Hasan beginnen te luisteren. Hij kon niet eens Arabisch lezen of schrijven, dus hij leerde alles uit het hoofd. Dat was zijn manier om rust en voldoening in zijn leven te vinden. Toen hij zelf begon te preken, vond iedereen hem een dorpsidioot. Het ergert me dat we nu plotseling de grote terrorist van hem maken. Belkacem zat in de gevangenis toen de Sharia4Belgiumleden naar Syrië vertrokken. De meerderheid van onze Syriëstrijders is zelfs nooit lid geweest van Sharia4Belgium. Hoe kun je Belkacem dan verantwoordelijk stellen voor hun rekrutering?

Zou Belkacem zelf naar Syrië vertrokken zijn als hij niet in de gevangenis had gezeten?

ALDE’EMEH: Ik denk het niet. Belkacem provoceerde graag, maar ik denk niet dat er een Syriëstrijder in hem zit. De verantwoordelijkheid ligt volgens mij bij enkele sleutelfiguren binnen Sharia4Belgium die elkaar hebben opgejut. Onder die groepsdruk zijn veel jongeren vertrokken.

Vindt u dat de moslimgemeenschap adequaat heeft gereageerd?

ALDE’EMEH: Nee, ik ben teleurgesteld over haar reactie. Het is gemakkelijk om te zeggen dat ‘die Syriëstrijders ons probleem niet zijn’. Dat het marginalen of criminelen of extremisten zijn. Onze imams hebben gefaald. Ze hebben geen lef. We mogen niet vergeten dat wij de Syriëstrijders hebben gecreëerd. Ze zaten bij ons in de moskeeën, op zoek naar antwoorden, en niemand heeft hen kunnen helpen.

Wat vond u van het pleidooi van de Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb, die zei dat de moslimgemeenschap zich moest distantiëren van IS?

ALDE’EMEH: Dat vind ik onzin. Hoe kan ik me distantiëren van iets waarmee ik me niet in het minst verwant voel? Hebt u zich als Vlaming gedistantieerd van Hans Van Themsche toen hij zijn moord pleegde? Ik heb me ook dood geërgerd aan de Moslimexecutieve, die zich eerst niet wilde distantiëren, maar dat plotseling wel deed toen Bart De Wever erom vroeg. Dat is toch een teken van enorme zwakheid? Zoals ik al zei: de moslimgemeenschap is mede verantwoordelijk voor de Syriëstrijders, maar zeker niet zij alleen. De Belgische staat is evenzeer tekortgeschoten.

Hoe bedoelt u?

ALDE’EMEH: Moslimjongeren zijn op zoek naar antwoorden, en die vinden ze niet in de moskee. In België zijn enkel de salafisten goed georganiseerd. Zoekende jongeren hebben vandaag geen alternatief. Dat is ook de schuld van de overheid. Dat we na vijftig jaar migratie nog steeds imams moeten importeren uit Marokko of Saudi-Arabië, is schandalig. De overheid zou het moeten verplichten dat imams Nederlands of Frans kennen.

Waarom is het jihadisme zo aantrekkelijk voor jonge moslims?

ALDE’EMEH: Omdat de salafistische jihadisten inspelen op hun idealisme en op hun zin voor avontuur. De keuze die ze krijgen, is zeer eenvoudig: de overwinning of het martelaarschap. Voor jongeren die niets te verliezen hebben, is dat geen moeilijke keuze. Vergelijk het met de Vlaams-nationalisten die tijdens de Tweede Wereldoorlog aan het oostfront gingen strijden. Dat waren ook vooral jongeren met een kwetsbare sociale achtergrond.

Is het voor u exclusief een verhaal van sociale achterstelling?

ALDE’EMEH: Nee, want dan zou half Molenbeek al in Syrië zitten. De gemiddelde leeftijd van een Syriëstrijder is 23 jaar: dan ben je oud genoeg om eigen keuzes te maken. Iedereen heeft zijn verhaal. Een van de strijders die ik leerde kennen is vertrokken omdat hij problemen had met zijn vrouw. Hij vertelde me dat hij een paar jihadistische filmpjes op internet heeft bekeken, een vliegtuigticket heeft geboekt en is vertrokken, om van het gezeur af te zijn.

De echte oorzaak van de radicalisering is het onrecht in het Midden-Oosten. In zowat alle Arabische landen heeft het Westen regimes aan de macht gebracht die hun eigen strategische belangen dienen. Die regimes zijn er niet bij gebaat dat hun bevolking zich vrij kan ontwikkelen. Veel moslims in het Westen willen een einde maken aan het onrecht in het Midden-Oosten.

Hebt u de indruk dat de radicalisering afneemt? Zijn er nog veel vertrekkers naar Syrië?

ALDE’EMEH: Er zijn de voorbije maanden tientallen jongeren bij mij gepasseerd. Ik probeer met hen in dialoog te treden, te luisteren naar hun argumenten. Sommigen heb ik kunnen ompraten, anderen zitten nu in Syrië.

Met veel strijders gaat u zeer vertrouwelijk om. Moet u als wetenschapper niet meer afstand houden?

ALDE’EMEH: Ik wil hen begrijpen, maar dat wil niet zeggen dat ik hun acties goedkeur. Ik probeer in iedereen de mens te zien. Ze vertrouwen mij, maar ik hou wel degelijk afstand. Ik heb geen last van het Stockholmsyndroom.

De federale regering wil werk maken van de ‘deradicalisering’. Gelooft u in die aanpak?

ALDE’EMEH: Je kunt duizenden plannen schrijven, maar als het niet vanuit de moslimgemeenschap komt, zal het nooit opgelost worden. Ik weet niet of we veel van dat deradicaliseringsproject moeten verwachten. Je moet opletten dat je jongeren met zulke projecten niet nog meer radicaliseert. Bovendien vind ik radicalisme op zich geen probleem. In een vrije maatschappij mag je radicaal zijn in je geloof. Het is niet verboden om kluizenaar te worden.

DOOR JEROEN ZUALLAERT

‘Moslimjongeren zijn op zoek naar antwoorden, en die vinden ze niet in de moskee. In België zijn enkel de salafisten goed georganiseerd.’ Montasser AlDe’emeh

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content