Met die vraag besloot Knack-redacteur Joël De Ceulaer de afgelopen jaren zijn interviews met vele Boeiende Vlamingen, in het kader van de serie Homo sapiens: gesprekken over de mens. Zopas verscheen de gelijknamige interviewbundel bij Roularta Books. Een kleine steekproef uit de antwoorden.

‘Wie die vraag stelt, gaat ervan uit dat er een plan is, en dat wij dat plan kunnen ontdekken. En dat vind ik een bijna absurd idee. Volgens mij is er geen plan, en als het er is, zullen we het zeker niet kunnen ontdekken. Dat mensen zich voortdurend die vraag stellen, wijst erop dat ze een grote behoefte hebben aan zingeving. Die behoefte heb ik ook, maar voor mij is dat geen passieve handeling. Ik vind dat je de zin van je leven zelf moet maken, dat je zelf zin moet geven aan je leven. En daarin is iedereen vrij om zelf een keuze te maken. Zolang je maar iets doet, want de zin van het leven zal zich niet aan je openbaren terwijl je niets zit te doen. Het is zoiets als de ware liefde: die zul je ook niet vinden door thuis te zitten wachten. Aan een goede relatie moet je werken. Aan een zinvol leven ook.’

Eva Brems : Docent mensenrechten aan de UGent

‘Het leven heeft geen zin, geen nut, het is vergooide energie. Maar ja, we zijn hier nu eenmaal op aarde, dus weet je wat: laten we dat bestaan maar eens een zin géven. En bij mij is dat door middel van de literatuur: ik schrijf boeken. Ik heb nu eenmaal dit talent gekregen, en dat heb ik gevoed en opgekweekt, zoals in de parabel van het mosterdzaadje. Je moet talent begieteren en van mest voorzien en in het goede licht zetten. Het allerbeste maken wat je kunt. Nooit concessies doen, nooit lui zijn.’

Jeroen Brouwers: Schrijver

‘Ik las onlangs nog bij Franz Kafka: De zin van het leven is dat het eindigt. Dat vind ik een goede vondst. Verder kan ik eerlijk gezegd niet zo veel met deze vraag. Ik stel mij de vraag ook nooit. Maar als u mij de vraag dan toch stelt… Gelovig ben ik dus niet. En als er hier boven of hier beneden geen grote regisseur zit die alle touwtjes in handen heeft, tja, dan is het enige alternatief dat wij een soort cosmic joke zijn, een kosmische grap. Op een bepaald moment in de geschiedenis van het universum zijn een paar chemische elementen in het slijk bij elkaar gekomen. En vandaag, miljarden jaren later, zitten wij hier samen aan tafel lekker iets te eten. En that’s it. Wat is dan de zin van het leven? Ik zou de bal willen terugspelen: wat is de zin van die vraag?’

Bart De Wever: N-VA-voorzitter

‘Dat is een grote vraag. Een filosofische vraag. Maar bij mijn weten is geen enkele filosoof er ooit uitgeraakt. Het leven is eindig, zoveel is zeker. En ik denk dat het dat ook móét zijn. Niets is eeuwig, alles verwordt tot de slotsom is bereikt. Niets is blijvend, niets is uniform, niets is perfect. Wie toch perfectie of uniformiteit nastreeft, zit op het verkeerde spoor. (denkt na) En als ik het vanuit kosmisch perspectief bekijk, moet ik toch terugdenken aan die nacht dat ik uit bed werd gehaald omdat er een man op de maan was geland. Waanzin vond ik dat, die wedloop om één man op de maan te zetten en dat ook nog met een vlag te claimen. Maar wat ik mij vooral herinner, was het beangstigende gevoel dat ik kreeg toen ik ineens de aardkloot op televisie zag. Ik was elf jaar oud en besefte ineens dat ik op iets woonde dat afschuwelijk klein is. Toen al is de grootsheid van de wereld voor mij met één klap in elkaar geslagen.’

Luc Tuymans: Schilder

‘De zin van wat we hier doen, heeft volgens mij te maken met de toekomstige generaties, wier lot wij in handen hebben. Onze talenten zijn een gemeenschappelijk goed waar we het beste van moeten maken. En dat gemeenschappelijk goed behoort niet alleen toe aan alle mensen die vandaag leven, maar ook aan de mensen die ná ons komen. Het is voor hen dat we dat gemeenschappelijk goed moeten onderhouden en verder ontwikkelen. Niet alleen voor onze eigen kinderen en kleinkinderen, want daar hebben we geen verdienste aan, die zijn evenzeer het resultaat van de loterij van de natuur. Nee, je doet het uiteindelijk voor alle kinderen van de wereld. Als ik nadenk over wat ik doe en nog zal doen, dan is dit voor mij de prangende vraag: stel dat ik geboren word in 2055, wat zou ik dan vinden van het gedrag van Frank Vandenbroucke die geboren werd in 1955? Was dat verantwoord of niet? Als ik ooit die vraag zou krijgen, wil ik een antwoord geven waarover ik niet beschaamd hoef te zijn.’

Frank Vandenbroucke: Vlaams minister van Werk, Onderwijs en Vorming

DOOR JOëL DE CEULAER

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content