Het vooruitzicht diertjes te zien maakt ons al gelukkiger.
Veel mensen ontdekten door het verplichte thuisblijven tijdens de coronacrisis de zegeningen van hun leefomgeving, zeker als die een wat groen karakter had. Bio-ingenieur Raf Aerts (KU Leuven) vat de groene voordelen met twee collega’s samen in The British Medical Journal. Een groene omgeving heeft zo veel gunstige effecten op het mentale welzijn van mensen dat wandelingen in het park meer zouden moeten worden voorgeschreven om rust in het hoofd te brengen.
Wandelingen stimuleren bovendien de fysieke activiteit en maken veilige ontmoetingen mogelijk – een pluspunt voor een soort als de onze, die een vrij sterk sociaal karakter heeft. Niet onbelangrijk is dat veel mensen blij worden van het zien van vlinders, vogels of bijen. Zelfs de verwachting leuke diertjes te kunnen zien, kan al gunstige effecten op hun welzijn hebben. In die zin hebben we er belang bij recreatiegebieden te vergroenen, zelfs op plekken, zoals in steden, waar je niet noodzakelijk op veel biodiversiteit hoeft te rekenen. Het idee mogelijk een beestje te kunnen zien, is voor veel mensen belangrijker dan de effectieve soortenrijkdom van een gebied.
Mensen met pollenallergie puren er geen voordeel uit als ze de natuur vermijden.
In Science of the Total Environment concluderen Aerts en zijn collega’s dat allergische mensen tijdens het pollenseizoen geen voordeel puren uit het vermijden van de natuur. Na blootstelling aan een natuurlijke omgeving, zoals graslanden en bossen, ondervinden ze juist minder symptomen. Randvoorwaarde is wel dat er niet te veel allergie-uitlokkende boomsoorten, zoals hazelaar en berk, staan. Ook luchtvervuiling kan hun situatie verergeren.
