Marnix Verplancke

?Gepasseerd station?, Danièle Sallenaves tocht achter het vroegere IJzeren Gordijn.

?OM DE BETEKENIS van dit dagboek te begrijpen en de essentie ervan te duiden, is het genoeg dit te weten : dat iedere regel die erin staat verband houdt met pijn en mij verlichting heeft gegeven.?

Tussen januari 1990 en oktober 1991 trok de Franse schrijfster Danièle Sallenave door Oost-Europa en bracht hierover verslag uit in een dagboek : ?Gepasseerd station?. Het resultaat is een scherpzinnige en gevoelige analyse van wat er met het verdwijnen van het reële communisme achter het voormalige IJzeren Gordijn is veranderd. Maar het is ook een doorlichting van het zegevierende liberalisme tegen de achtergrond van de Europese cultuur.

Sallenave behoort tot de generatie van ’68. Op literair gebied uit zich dat in de fenomenologische roman ?La vie fantôme? en in de avant-garde-werkstukken die in het tijdschrift Diagraphe verschenen. Ethisch-politiek is de geëngageerde positie die ze als publieke figuur nog altijd inneemt daarvan getuige. Contestatie en kritiek op het kapitalisme dreven haar naar de marxistische zijde van het politieke spectrum, zonder evenwel fanatiek te worden. Waar Sallenave voor staat is het duidelijkst in ?Le don des morts? (1991). Hierin houdt zij een pleidooi voor de rol die literatuur en kunst kunnen spelen in het emancipatieproces dat naar de vrijheid leidt, weg van de dictatuur.

VACUUM.

Ook in ?Gepasseerd station? verschijnt Sallenave als iemand die door middel van cultuur de emancipatie veilig wil stellen. Met het vallen van de Muur is Oost-Europa verworden tot een arme en extreme versie van het Westen, stelt ze : de cultuurmens is verdreven door de handelsvertegenwoordiger en de politieke dictatuur is vervangen door de economische. Waar ze ook komt, in Praag of Boekarest, Sallenave veroordeelt zowel het communistische verleden als het kapitalistische heden.

Al was het reële communisme ongetwijfeld voor velen een hel, door zijn onmacht de wereld te veranderen, conserveerde het Centraal-Europa. Simpelweg doordat het te zwak was om de geschiedenis met haar kunst en cultuur van de aarde te vegen, resten ons steden als Praag, Bratislava, Sint-Petersburg of Boedapest. Ondanks de politieke dictatuur voelt Sallenave een sterke liefde voor het Oost-Europa van vóór 1989. Ze houdt van de mengeling van steedse barbaarsheid en vroegere zeden, van de verloren gegane utopie, het primitief anti-Amerikaans gedrag, de saaie ideologie, de arbeiderswijken, het clandestiene intellectuele leven en de proletarische droefheid. Wat ze vooral mist is een bepaalde manier van intellectueel leven dat noodgedwongen verstoken blijft van ambitie of snobisme : dat van de dissidenten die samen met de liberale revolutie op de achtergrond zijn geraakt.

Volgens Sallenave is het dan ook ongepast het communistische verleden van Oost-Europa onder een liberale hoera-stemming te begraven. Het ideaal van de vrijheid en de verbeterbaarheid van de sociale leefwereld waarvoor de dissidenten hebben geleden, moet bewaard blijven. Anders zijn zovelen tevergeefs gestorven. Trouwens, voegt ze eraan toe, wat heeft het zegevierende Westen de nieuwe staten te bieden ? Een samenleving die het algemeen belang ondergeschikt maakt aan persoonlijk gewin en die het individu achterlaat in een geestelijke leegte.

Dit intellectuele vacuüm wil Sallenave opvullen met het idee van Europa. Niet het Europa ?op zijn Frans?, een rationeel gecentraliseerde staat, maar wel het Europa ?op zijn Balkans? : een pluriform geheel van zeden en gebruiken dat altijd zijn eigen ondergang in zich draagt, omdat het gebaseerd is op de onophoudelijke strijd tussen zijn etnische, godsdienstige en culturele componenten. Het is dit Europa dat de literatuur heeft voortgebracht waarnaar Sallenave verwijst : die van Baudelaire, Rilke, Thomas Mann, Kafka en Hrabal.

SNIJLIJN.

Vol melancholie gaat ze op zoek naar de boeken die Europa hebben gevormd. Die maakten zo’n indruk op haar dat ze dacht zich nooit te kunnen verdelen tussen een man en die literaire rijkdom, ze bleef ongetrouwd. Overal zoekt ze de plaatsen op die haar herinneren aan dit rijke culturele verleden. In New York bijvoorbeeld, door Sallenave kort bezocht in december 1991, keert ze zich af van het typisch Amerikaanse en richt haar blik op wat dit land verbindt met Europa : het immigratiemuseum op Manhattan, het joodse kerkhof van Brooklyn en de droom die de inwijkelingen najoegen : een betere toekomst. Het is die droom die volgens Sallenave wordt bedreigd. De jongeren die de Franse voorsteden herscheppen in gewelddadige getto’s doen dit niet zoals in ’68 uit protest tegen de consumptiemaatschappij, maar wel omdat zij zelf niet rijk genoeg zijn om aan het door de tv opgedrongen consumptiepatroon te voldoen.

?Gepasseerd station? is dus vooral een reis doorheen het cultureel verleden en heden van de Europese verscheidenheid, waar niemand de absolute waarheid bezit en het ideaal van de vrijheid altijd aan de horizon staat. Sallenave bewijst tot die cultuur te behoren door nooit in een eenzijdig dogmatisme af te glijden, maar zich daarentegen altijd in een wereld van nuance en dialoog te begeven, op de snijlijn van metafysica en literatuur waar vele vragen retorisch zijn : ?Zullen we ooit leren leven zoals dat zou moeten, met alle vreugde, smart en de opperste aandacht die vereist is voor de prachtige, broze constructies van ons bestaan ? Is het eigenlijk niet zo dat die alleen in boeken vorm krijgen, als ze in woorden zijn gegoten, zijn omgevormd en eindelijk bestaansrecht genieten ??

Marnix Verplancke

Danièle Sallenave, ?Gepasseerd station?, De Arbeiderspers (Privé-domein 209), Amsterdam/Antwerpen, 280 blz.

Danièle Sallenave : een wereld van nuance en dialoog.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content