De Russische crisis slaat Belgische onder- nemers voorlopig niet uit hun lood. Een markt van honderd vijftig miljoen mensen geef je niet van bij de eerste tegenslag op.

Twee miljard frank legde het Leuvense Interbrew onlangs op tafel om brouwerij Rosar in het Siberische Omsk in handen te krijgen. De bedrijfsleiding sluit niet uit dat nog andere Russische brouwerijen worden overgenomen. Over een maand opent meubelverkoper Verberckmoes samen met een tiental Belgische en een paar buitenlandse meubelfabrikanten een meubelpaleis in Moskou ( zie kader). Het European Interior Center moet een groothandelscentrum worden waar meubelverkopers uit heel Rusland hun producten komen bestellen. Later kan worden overwogen om ook ter plaatse meubels te gaan produceren.

Er is iets rot in Rusland, de kranten staan al weken bol van de alarmerende berichten. De koers van de roebel is gekelderd, de banken zijn virtueel failliet, de koopkracht is zwaar aangetast, massa’s Russen hebben in geen maanden nog loon of pensioen gekregen. Maar Interbrew noch Verberckmoes en partners maken zich blijkbaar grote zorgen: na het uitbreken van de crisis hebben beide zich ernstig bezonnen over hun grote projecten, maar beide kwamen snel tot de conclusie dat ze moesten doorzetten.

“Rusland is en blijft een gigantische markt”, stelt Jan Coucke van Interbrew. “Onze brouwerij in Omsk zit financieel snor en het bier is van goede kwaliteit. We hebben onze meerderheidsparticipatie in deviezen betaald, dus we zijn geen slachtoffer van de devaluatie.” De grote vraag is hoeveel de prijzen zullen stijgen en hoe sterk de koopkracht van de Russen uiteindelijk zal dalen. Coucke: “We zullen Rosar-bier blijven verkopen tegen de prijs van een Russisch pilsje, alleen de inflatie zal doorberekend worden. Maar een biertje blijft toch lang betaalbaar. Door onze grote ervaring in andere Oost-Europese landen houden we het hoofd koel. In Bulgarije hebben we in 1997 ook een devaluatie van 300 procent meegemaakt. Pas bij een devaluatie van 400 tot 500 procent hebben we een probleem. En dat is een ingecalculeerd risico. Nu niet investeren, zou ook een gemiste kans kunnen zijn.”

Jozef De Strooper van Verberckmoes maakt een nuchtere vergelijking: “Het is zoals met de aardappelteelt. Als de oogst goed is, is hij voor iedereen goed en zijn de prijzen voor de aardappelen laag. Maar die ene boer die als het weer tegenzit het risico neemt om toch te planten terwijl de anderen afwachten, zal een grote voorsprong hebben als het slechte weer overwaait. En hij zal zijn aardappelen heel duur kunnen verkopen. Wij weten dat we een risico nemen, maar doordat we in groep investeren, blijft het voor iedereen een beperkt risico.”

DE EXPORT LIGT VOLLEDIG STIL

Delen de andere Belgische ondernemers met belangen in Rusland het optimisme van deze twee? Niet helemaal. Reusachtige verliezen hebben de meesten onder hen niet geleden. Vooral de internationale banksector, die massaal geïnvesteerd had in Russische schulden, heeft door de devaluatie van de roebel en het ingestelde moratorium op de terugbetaling van de buitenlandse schuld een optater gekregen: er is sprake van het grootste kredietverlies in de geschiedenis van de internationale bankgemeenschap.

Maar de drie Belgische banken die in Moskou kantoor houden – de BBL, de Generale Bank en de KBC -, hebben zich niet erg verdiept in investbanking. Zij hielden zich vooral bezig met de financiële begeleiding van Belgisch-Russische exportcontracten.

Het overgrote deel van de economische contacten tussen ons land en Rusland bestaat precies uit export: vooral van textiel (tapijten), eetwaren en machines en producten voor onder meer de chemische en de farmaceutische nijverheid, legt Koen Van Heusden van de Belgische Dienst voor Buitenlandse Handel uit. “Deze sectoren zijn dringend op zoek naar nieuwe afzetgebieden, omdat de bestaande markten verzadigd raken en zij niet meer kunnen concurreren op wereldniveau.”

Grote investeringen zien de Belgen dus niet verloren gaan in de Russische chaos. Maar sinds de roebel half augustus werd losgekoppeld van de dollar en in een vrije val raakte, ligt de export naar Rusland wel volledig stil. De leveranciers willen niet meer leveren omdat het betalingsverkeer verlamd is en de afnemers willen niet meer aankopen omdat ze niet weten tegen welke Russische prijs ze hun goederen aan de man zullen kunnen brengen. Gelukkig werken de meeste Belgische exporteurs met voorafbetalingen, zodat de achterstallige rekeningen voor reeds geleverde goederen nog beperkt blijven. Maar zolang de roebel zich niet enigszins stabiliseert en de Russen dus niet meer aan deviezen raken, kan de handel niet hervat worden.

Voor grote exporteurs, zoals tapijtfabrikant Domo, zijn de gevolgen aanzienlijk. “Wij zijn sinds 1992 in Rusland aanwezig, wij hebben ons echt op deze markt geconcentreerd. Rusland was goed voor tien procent van onze omzet. Maar ik vrees dat we dit jaar hooguit de helft van de omzet van vorig jaar zullen halen”, verklaart Rusland-verantwoordelijke André Zerelik. “Ook als het betalingsverkeer over enkele weken weer op gang komt, wordt het niet meer zoals voorheen. Vele van onze Russische klanten zullen erg verzwakt uit deze crisis komen. Het volume dat we kunnen verkopen zal veel kleiner zijn. Terwijl de Russische markt voor de crisis nog een groot potentieel voor ons had.”

Bij concurrent Balta klinken soortgelijke commentaren. “We zullen zeker in Rusland actief blijven. De Russen behoren tenslotte tot de grootste tapijtconsumenten ter wereld: ze gebruiken tapijt niet alleen als vloerbedekking, maar ook als bekleding voor meubels en muren. Maar de hoeveelheden die we afzetten zullen kleiner worden. Daardoor zal de concurrentie op de Europese markten nog scherper worden en zullen er prijsdalingen volgen”, aldus Rusland-vertegenwoordiger Ullens.

Voor de kleine voedingsbedrijven Kovial (vleeswaren) en D’Lis Food International (diepvriesproducten) is Rusland de belangrijkste handelspartner. Maar beide hebben de Russische markt altijd met de nodige omzichtigheid benaderd. “Zo’n abrupte crisis had ik natuurlijk niet verwacht, maar dat de handel minder zou worden, daarmee heb ik rekening gehouden, ja”, zegt Jean-Paul Ysebaert (D’Lis). Hij heeft door de crisis een aantal klanten verloren en hij verwacht dat zijn omzet zal dalen, maar hij ziet ook positieve punten. “De mensen die al lang op de Russische markt zitten, hebben meer kans om zich erdoorheen te slaan. En collega’s exporteurs die voorheen zwaar gesponsord werden door kredietverzekeringen, zullen nu met gelijke wapens moeten vechten.”

Door hun beperkte omvang kunnen de kleine bedrijven zich ook sneller aanpassen aan de gewijzigde marktsituatie. “De verpakkingen zullen kleiner worden, zodat de prijzen dezelfde kunnen blijven. En we zullen onze producten nog iets meer differentiëren, met een grotere klemtoon op de goedkopere vleeswaren”, zegt Heylen van Kovial.

ER KOMEN GEEN ONTSLAGEN

Alcatel Bell is op de Russische markt aanwezig met digitale schakelingen en materiaal om abonnees aan te sluiten op telefooncentrales. Het bedrijf is vooral actief in Siberië, maar heeft ook een eigen fabriek in Sint-Petersburg. In totaal werken zo’n vijfhonderd mensen voor Alcatel-Rusland. Nieuwe leveringscontracten worden er voorlopig niet afgesloten, want Alcatel werkt met kredietverzekeringen en zowel de Belgische Delcredere-dienst als zijn Duitse tegenhanger Hermes verzekeren al enkele weken niet meer voor Rusland.

Ook de uitvoering van de lopende contracten – vaak gaat het om langeretermijnprojecten – is geblokkeerd, zegt Ludo Verelst van Alcatel-Bell. Enkel wanneer er voldoende bankgaranties zijn of er cash kan worden betaald, wordt er voortgewerkt. Samen met de Delcredere-dienst wordt ieder dossier afzonderlijk bekeken.

Verelst verwacht dat in de periode tot nieuwjaar aanzienlijk minder contracten zullen worden ondertekend. En dat betekent zeker minder inkomsten. Ook de achterstallige betalingen kosten het bedrijf geld. Maar reden voor paniek is er niet. Verelst: “We zijn voorzichtig geweest. De plannen om nog meer producten ter plaatse te maken worden even uitgesteld, ja. Voor de rest wachten we af. Rusland blijft potentieel een belangrijke markt. We zijn ook niet van plan om werknemers te ontslaan.” Dit in tegenstelling tot banken, transportbedrijven en multinationals als Unilever, Coca-Cola, Johnson & Johnson in Moskou.

Zich terugtrekken uit Rusland is een mogelijkheid die geen enkele Belgische ondernemer lijkt te overwegen. De reusachtige Russische markt behoudt ook vandaag nog haar aantrekkingskracht. Tenslotte moeten die honderd vijftig miljoen Russen eten en leven en voor veel westerse (basis)producten zijn geen Russische alternatieven voorhanden. De Belgische Rusland-gangers houden zich gewoon aan de stelregel die ze al voor de crisis huldigden: voorzichtig duurt het langst.

Christine Albers

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content