Rudy Tambuyser
Rudy Tambuyser Muziekjournalist

In For Children laat Steffen Schleiermacher de muziek vooral voor zichzelf spreken.

Muziek voor kinderen schrijven is geen sinecure. Tenminste dat denk ik – ik heb het immers nooit geprobeerd. In elk geval zijn er voldoende overtuigende mislukkingen ter zake om te verhinderen dat het onzalige idee ooit in me op zou komen.

De favoriete playlist van mijn vijfjarige dochter is hoopgevend noch verhelderend: het eerste vioolconcerto en de eerste partita van Bach, Wouldn’t it be nice van The Beach Boys, Afrika tot in Amerika van K3, veel Wannes, een beetje Ella en alles waarbij ze verneemt dat Max Roach drumt.

De kern van de zaak is dat kindermuziek niet definieerbaar is. De een wil er kinderen mee behagen, de ander wil hen amuseren of opvoeden. Nog iemand anders wil de kinderwereld evoceren zoals volwassenen zich hem menen te herinneren. Ten slotte zijn er de componisten die instrumentale leerstukken willen schrijven en in één moeite door de jonge oortjes vertrouwd maken met het harmonische palet van de 20e-eeuwse en hedendaagse muziek.

Ergo: over kindermuziek valt geen zinnig woord te zeggen. Niettemin – of precies daarom – bleek de titel For Children ons deze week naar deze plaat het nieuwsgierigst te maken. Wat ook hielp was de naam Steffen Schleiermacher, de pianist van wie we hier al de John Cage-integrale en de late werken van Morton Feldman kinderlijk enthousiast ter sprake brachten.

Schleiermacher is een wijze man. Hij onderkent dus zowel het vermoeden dat (leren omgaan met nieuwe) muziek voor kinderen belangrijk is, als de onmogelijkheid om dat belang in absolute waarheden of categorieën te gieten. Als musicus weet hij hoe hij met zulke onzekerheid moet omgaan: de muziek toegewijd, ambachtelijk volmaakt en in dankbaarheid laten klinken en voor zichzelf laten spreken.

Overigens weerspiegelt het genoemde definitieprobleem zich uitstekend in de door Schleiermacher gepresenteerde stukken, maar liefst 63 in aantal en slechts 1 tot 40 jaar oud. Lachenmann is in Child’s Play gewoon zijn lichtjes spotzieke, maar uiterst gevoelige zelf, alleen modelleert hij zijn stokpaardjes op kinderformaat. Goebajdoelina schrijft met Musical Toys het meest traditioneel: leerstukken voor oor en vingers, met een ietwat gedurfde, maar ook licht nostalgische toets. De hyperkorte Mikroludien van Kurtág, vaak hommages aan dierbare en verdienstelijke overledenen, zijn te allesomvattend en synthetiserend om voor kinderen in al hun dimensies vatbaar te zijn – maar in menselijke zin geniale leerstukken. Ze verklanken hoe onze zintuigen en ons geheugen werken. Hij lijkt, kinderlijke naïviteit voorwendend, te weten te komen hoe en waarom een flard geluid aan onze gedachten blijft plakken.

Schleiermacher voegt vier eigen miniaturen toe. Voor de kinderen, jazeker, maar ook als eresaluut aan Kurtág, de Socrates van de muziek.

MDG 613 1520-2

Rudy Tambuyser

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content