Een denkgroep rond Remi Vermeiren, erevoorzitter van KBC, die regelmatig bijeenkwam in de Warande, een zakenclub in Brussel, publiceerde onlangs een vurig pleidooi voor een onafhankelijk Vlaanderen.

In het model van de heer Vermeiren zouden Vlaanderen en Wallonië vreedzaam uit elkaar gaan en twee onafhankelijke staten vormen naar het voorbeeld van Tsjechië en Slowakije. Brussel zou zoals Washington DC in de Verenigde Staten een bijzonder statuut krijgen, waarbij de inwoners over een beperkte autonomie beschikken, maar de belangrijke beslissingen de goedkeuring van Vlaanderen en Wallonië moeten wegdragen. De Brusselaars zouden mogen kiezen voor een Vlaamse of Waalse subnationaliteit. Er zouden eveneens afspraken worden gemaakt met de Europese Unie.

Het basisargument van de denkgroep in de Warande is dat een unitaire staat niet langer wenselijk of mogelijk is omdat Vlaanderen en Wallonië te sterk uit elkaar zijn gegroeid en dat het federalisme zoals wij het kennen, niet goed werkt. Volgende stappen in de staatshervorming zullen alleen maar tot halfslachtige oplossingen leiden. Is het dan niet beter om meteen de grote stap te zetten en onderhandelingen aan te vatten met het oog op een vreedzame scheiding, luidt de retorische vraag. De auteurs wijzen er terecht op dat er binnen de Europese Unie landen zijn die niet groter zijn dan Vlaanderen of Wallonië.

Het klinkt allemaal zo eenvoudig en zo mooi. Vlaanderen in wonderland! Waarom zou men de beslissing niet nemen die ons voorgoed bevrijdt van de steeds terugkerende communautaire discussies? Gewoon omdat Vlaanderen riskeert veel meer te verliezen dan te winnen en dat het op zijn zachtst gezegd onverantwoord is om de Vlamingen schijnoplossingen te bieden.

Het gaat immers om een echtscheiding en boedelscheiding zonder wederzijdse instemming, omdat de Walen en Brusselaars niet om een scheiding vragen (en in feite ook de meerderheid van de Vlamingen niet). De vergelijking met Tsjechië en Slowakije gaat dus niet op. Gaan de onderhandelingen toch door, dan komt men ofwel in een scenario terecht zoals voor de splitsing van het arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde, waarbij de Vlamingen hard roepen en de Franstaligen laten betijen zonder één stap te zetten, ofwel in een eindeloze discussie die Vlaanderen veel meer zal kosten dan de transfers vandaag. Daarenboven zal de inzet van alle politieke krachten om dit te verwezenlijken tot gevolg hebben dat niets wordt gedaan om de sociaal-economische problemen, die steeds dringender worden, grondig aan te pakken.

En Brussel? Een subnationaliteit voor de Brusselaars. Willen zij hiervan weten? Uit deze volkstelling – want daar komt het in feite op neer – zou in ieder geval blijken dat ruim 80 % van de Brusselaars Franstalig is of zich als Franstalig beschouwt en dat de hoofdstad voor Wallonië zal kiezen. Zijn de Vlamingen bereid Brussel op te geven?

En Europa? Zal de EU zomaar toezien hoe in de hoofdstad van de Unie jarenlang wordt gedebatteerd over de splitsing van het land? De Europese lidstaten zijn huiverig voor regionale tendensen die de versnippering van de Unie in de hand werken en de besluitvorming nog meer bemoeilijken. De meeste lidstaten zullen trouwens niet aanvaarden dat een precedent wordt geschapen, omdat ook zij met regionale problemen zitten. Een aantal lidstaten die nu al staan te trappelen, zullen de kans aangrijpen om te vragen dat de Europese instellingen naar hun land zouden verhuizen, waar de nodige politieke stabiliteit heerst. Is Vlaanderen bereid Europa te verliezen?

En de talrijke hoofdkwartieren van multinationale ondernemingen die ongetwijfeld de provinciestad Brussel zouden verlaten. Is dat zonder belang? Nederland zou ze zeer hartelijk verwelkomen en zich afvragen waarom de Vlamingen zo kortzichtig zijn.

Men kan de bezwarenlijst aanvullen met nog andere argumenten.

De kleine groep in de Warande bestaat uit een aantal nostalgische Vlaams-nationalisten die elke gelegenheid te baat nemen om hun ideaal te verkondigen. Maar ze bestaat eveneens uit een handvol academici en bedrijfsverantwoordelijken die diep teleurgesteld zijn door het gebrek aan een daadkrachtig sociaal-economisch beleid dat België op het goede spoor kan zetten. Zij staan ook versteld van wat zich vandaag in Wallonië afspeelt. Hun bekommernis is terecht en hun boodschap zou duidelijk moeten klinken in de oren van de federale politici – die nu toch eindelijk met het Generatiepact een eerste stap hebben gezet – en vooral in die van de Waalse politici.

Vlaanderen en de Vlamingen verdienen beter dan een avontuur dat de welvaart bedreigt. Men stuurt een volk niet in een politieke wildernis. n

Tony Vandeputte is ere-gedelegeerd-bestuurder van het VBO.

TONY VANDEPUTTE

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content