Vlaamse jongen wordt jihadstrijder

BRIAN DE MULDER 'Ik begrijp niet waarom België zo'n probleem maakt van mijn vertrek naar Syrië, terwijl het de moslims toch liever kwijt dan rijk is.'

Sinds meer dan een jaar vecht Antwerpenaar Brian De Mulder in Syrië, en hij is niet van plan terug te komen. Hoe wordt een gewone jongen die bij Germinal Beerschot voetbalt een strijder bij een extreme jihadistische militie? Knack volgde De Mulders spoor van de Antwerpse pleintjes tot de straten van Aleppo, en praatte uren met hem via Skype. Dit is zijn verhaal.

‘Dit is de laatste keer dat je me zult zien’, zegt Brian tegen zijn zusje. Het is haar elfde verjaardag. Brian komt voor het slapengaan nog even bij haar op de kamer, maar ze wimpelt hem af: huiswerk. Weet zij veel dat hij die nacht naar Syrië zal vertrekken. Hij druipt af naar zijn slaapkamer, wacht tot iedereen slaapt, en vertrekt zonder een afscheidsbrief na te laten. Het is 22 januari 2013.

Iedereen kende Brian De Mulder, een Belgische jongen van half-Braziliaanse afkomst, als een goedlachse, charismatische, wat teruggetrokken jongen. In twee jaar tijd veranderde hij van beloftevolle voetballer en uitgesproken katholiek in een islamitische jihadstrijder. Brian werd Ibrahim. De FC Barcelona-shirts van Lionel Messi ruilde hij in voor de klederdracht van de profeet Mohammed. Zelfs zijn oude moslimvrienden schrokken ervan. ‘We hadden een moeilijke jeugd, maar we zijn geen marginale familie’, zegt zijn zus Bruna. ‘Brian kreeg kansen, kon voortstuderen, hij kon zelfs voor een modellenbureau werken. Hij is geen monster.’ De vraag is: wie is Brian dan wel?

‘Ik ben een katholiek’

Brian De Mulder wordt geboren op 18 mei 1993 in Wilrijk. Zijn moeder, de Braziliaanse Ozana Rodrigues, werkt voor het OCMW van Antwerpen, zijn vader bij de autokeuring. Bruna, Ozana’s dochter uit een vorig huwelijk, woont bij het gezin in Deurne. Wanneer Ozana ook van Brians vader scheidt, verhuist ze met de kinderen naar Antwerpen. Brian is dan net vijf.

Hij groeit op in de Kloosterstraat, in een gezellige buurt met antiekwinkels en pleintjes. Zijn Belgisch-Marokkaanse bovenbuurjongen Youssef (*) komt geregeld bij het gezin De Mulder over de vloer. Tijdens de ramadan mag Brian elke avond na zonsondergang bij Youssef eten. Ozana heeft Youssef graag, een lieve, beleefde jongen.

Brian voetbalt in provinciale afdeling bij Germinal Beerschot. Zijn vader heeft grootse plannen voor zijn zoon en dat laat hij elke wedstrijd blijken langs de zijlijn. Met zijn moeder ontwikkelt hij een hechte band. Hij is attent, iemand die in de bus opstaat voor bejaarden, voor Bruna’s baby opblijft als zij er even door zit. Een vriendinnetje heeft hij nooit gehad. Feesten, drinken, uitgaan, meisjes: niets voor hem.

2010 is het kanteljaar. Op zijn zeventiende wordt Brian De Mulder weggestuurd bij Germinal Beerschot. De druk is hem te zwaar geworden: elke week presteren op school, drie voetbaltrainingen en een wedstrijd op zondag, de hoge verwachtingen. Zijn zelfbeeld krijgt een knauw, en zijn schoolprestaties op het Sint-Jan Berchmanscollege beginnen eronder te lijden. Hij heeft altijd zonder moeite goede scores behaald, maar na een tijdje moet hij naar de opleiding kantoor in het bso aan het Sint-Lievenscollege. Daar gaat het snel helemaal fout. ‘Ik héb niets met die andere leerlingen. De klas zit vol met Marokkanen. Ik schaam me om daar te zitten’, zegt hij thuis.

‘Denk jij soms aan zelfmoord?’ vraagt hij op een dag aan Bruna. Ze schrikt. Thuis laat De Mulder voorzichtig vallen dat Youssef rust vindt in de islam. ‘Je gaat je toch niet bekeren?’ vraagt zijn zus. ‘Ben je gek?’ antwoordt hij. Ik ben een katholiek.’ Maar wanneer Bruna hem na haar bezoek aan het Vaticaan in januari 2011 een kruisje cadeau wil geven, zegt hij dat hij met Youssef naar een moskee is gegaan en zich officieel tot de islam heeft bekeerd. Bruna: ‘Nu snap ik waarom Youssef je altijd uitnodigde om thee te komen drinken. Telkens als je vandaar kwam, sprak je over de Koran en de islam.’

De ontmoeting met Belkacem

Brian De Mulder gaat voetballen op het pleintje in de buurt en vertelt aan vriend Ehsan dat hij zich bekeerd heeft. ‘Jullie halen kracht uit de islam. Ik was al lang op zoek naar antwoorden, en ik heb ze gevonden in de Koran’, zegt De Mulder. Mohamed Bali, een 24-jarige economiestudent aan de Universiteit Antwerpen en een van de jongens die op het pleintje komen voetballen, is er ook. Later zal hij naar Syrië vertrekken.

Lang merkt Ehsan niets op, behalve dat De Mulders sms’en nu beginnen met ‘salam aleikum, broeder’. Bij Ehsan blijft hij altijd dezelfde vriendelijke, speelse jongen. Niet agressief en haatdragend zoals andere jongens in de groep. Thuis fleurt ook Ozana op wanneer ze hem weer ziet lachen. Ozana: ‘Die bekering zal wel een bevlieging zijn, dacht ik. Dat gaat snel weer over.’

Augustus 2011. Op het pleintje stelt Mohamed Bali een man met baard en islamitische klederdracht voor aan de jongens. ‘Hij komt over islam praten’, zegt Mohamed. De man heet Fouad Belkacem, maar hij stelt zich voor als Abu Imran. De jongens luisteren aandachtig naar hem. Hij bespreekt citaten uit de Koran en geeft zijn interpretatie, als een wijze man. Niemand kent hem, maar Mohamed zegt dat hij met de organisatie Sharia4Belgium eens in debat ging met Vlaams Belang-kopstuk Filip Dewinter. Daar hebben de jongens ontzag voor.

Ehsans broer kent Belkacem wel. ‘Blijf weg van die mensen. Het zijn extremisten, ze willen shariaopstanden ontketenen in België’, waarschuwt hij. Na een volgende islamles onderweg naar de moskee zegt een jongen rond Belkacem iets wat bij Ehsan blijft hangen: ‘We hebben soms te veel respect voor de ongelovigen. Onze profeet ging met zijn borst vooruit: hij zou nooit uit de weg gaan voor een ongelovige.’ Ehsan denkt aan wat zijn moeder hem leerde: dat de profeet verdraagzaam was tegenover iedereen. Bij hem groeit het wantrouwen, maar Brian zit elke les naast Belkacem. Zoals hij naar zijn vader keek om respect te verdienen, kijkt hij nu naar Belkacem. Zoeken naar erkenning. Proberen niet teleur te stellen. Alleen: De Mulder ontdekt nog maar net de islam, en neemt de leer van Sharia4Belgium als enige ware aan.

Frisdrank met de nieuwe vrienden

De Mulder stuurt Ehsan steeds meer uitnodigingen voor de islamlessen van Sharia4Belgium in ‘het pand’, een soort clubhuis waar de jongeren samenkomen. Het is een gewoon rijtjeshuis, aan de buitenkant een nachtwinkel, binnen een gebedsruimte en een ontspanningsruimte waar de jongens na elke les frisdrank en chips kopen. De sfeer is er vriendschappelijk, Brian voelt zich er snel thuis. Feisal Yamoun (bekend als Abu Faris), een van de oprichters van Sharia4Belgium, is er ook altijd bij. Hij zal in februari 2014 omkomen in Syrië, wanneer een elektriciteitspaal op hem valt.

Ehsan gaat een paar keer mee. De doorgaans onschuldige besprekingen van Koranverzen worden afgewisseld met haatboodschappen als ‘Maak ze af’ en ‘Wij moslims moeten met hen hetzelfde doen als wat zij met onze vrouwen en kinderen in Irak en Afghanistan doen’. Ehsan vindt het bizar, Brian niet.

Een paar maanden later doet De Mulder zijn eerste dawah, gesprekken waarbij de jongens mensen op straat ‘uitnodigen tot de islam’. Ehsan krijgt er sms’en over, zoals die van 6 oktober 2011: ‘Salam aleikum, morgen insjallah gaan we de straat op om street dawah te doen. Wees aanwezig om 14 u. stipt. Stuur door.’ Op YouTube ziet Ehsan hoe leden van Sharia4Belgium de SP.A-politicus Karim Bachar verbaal aanvallen tijdens een dawah-sessie: ‘Jij bent een afvallige, omdat je meedoet met de democratie van de ongelovigen.’

De Mulder is meestal stil. Zelf neemt hij zelden het woord, maar Ehsan voelt dat hij achter de ideeën staat. Na elke voetbalwedstrijd op de bus probeert hij met De Mulder te praten: ‘Je moet niet zomaar alles aanvaarden wat Belkacem zegt.’ Brian wordt nooit kwaad. Hij luistert gewoon niet meer. Hij is trots dat hij opgenomen wordt in de groep rond Belkacem. Op school begint hij zich meer en meer te ergeren aan het losbandige gedrag van zijn medeleerlingen. Hij verafschuwt ze als ze over drinken opscheppen, scheldt meisjes uit die zich ’te schaars’ kleden. ‘We zijn bezorgd om Brian. Hij wordt onverdraagzaam’, laat de directrice van het Sint-Lievenscollege aan zijn moeder weten. De Mulder draait niet bij, en stopt in de winter van 2011 met studeren: hij wil niet langer naar een katholieke school gaan. Hij zoekt werk, en begint in een distributiecentrum van Nike in Laakdal.

Het drugsincident

Thuis sluit De Mulder zich op in zijn kamer, als hij al niet bij de bovenburen zit. Tot ’s nachts studeert hij Arabisch en leest hij de Koran. Steeds vaker gaat hij naar de moskee. Dat hij de traditionele islamitische klederdracht overneemt, is voor Bruna de verandering te veel. Verschillende keren probeert ze tot diep in de nacht met hem te praten. Wat haar het meest kwetst, is dat hij zich beter begint te voelen dan zijn eigen familie. ‘Ik kan niet bij ongelovigen blijven wonen’, zegt hij. ‘Dit huis is net een discotheek. Altijd maar drinken en roken. En kijk hoe jij erbij loopt. Als je wilt, kom mee naar de moskee. Dan kun je je ook bekeren en kunnen jullie een hoofddoek dragen, zoals het hoort.’ Op een dag ziet Ozana haar zoon op zijn kamer bidden. Ze roept iets over Belkacem, maar Brian bidt onverstoord verder. Ze trekt het gebedsmatje vanonder zijn knieën, en gooit de koran tegen de muur. De Mulder is woest, en roept dat Belkacem tenminste in het paradijs zal komen, maar dat zij in de hel zal belanden.

Vriend Ehsan is bezorgd. De Mulder zou niet zo snel radicaliseren als zijn familie hem zou aanvaarden als bekeerde moslim, denkt hij. Maar het komt tot een koude oorlog ten huize De Mulder. Hoe meer Brian zich in de islam verdiept, hoe moeilijker Ozana het heeft met die ingrijpende verandering, hoe meer haar zoon zich afkeert.

Zonder dat zijn moeder het weet, neemt De Mulder deel aan protestacties van Sharia4Belgium. Het wettelijke verbod op het dragen van de nikab is voor de organisatie de aanleiding om de confrontatie aan te gaan. Op 31 mei 2012 organiseert ze een betoging tegen de aanhouding van een vrouw in nikab in Molenbeek. ‘Het is een schande dat moslimvrouwen zo behandeld worden omdat ze vroom willen zijn’, roepen de leiders.

Twee dagen later wordt De Mulder samen met een zekere Mohamed E.A. betrapt terwijl ze een drugsdeal afsluiten met een klant in Antwerpen. Ze worden opgepakt en overgebracht naar het commissariaat. Na drie weken in de gevangenis, waar hij kennismaakt met radicale geloofsgenoten, wordt hij vrijgelaten. Aan de poort wordt hij opgewacht door leden van Sharia4Belgium. In januari 2014 zal hij bij verstek veroordeeld worden tot achttien maanden cel en 6000 euro boete wegens handel in cocaïne. De rechter vraagt zijn onmiddellijke aanhouding, maar De Mulder zit dan al in Syrië.

Oefeningen in honger en slaaptekort

Na het drugsincident beslist zijn moeder in te grijpen. Ze verhuist met Brian naar Limburg, weg van de invloedssfeer van Sharia4Belgium in Antwerpen. Even gaat het weer goed: ze ziet haar zoon dansen, chatten met niet-gelovige meisjes, hij omhelst haar weer. Maar de Antwerpse vrienden komen terug. De Mulder belt Youssef elke dag: ‘Kom me hier weghalen. Ik verveel me dood’, zegt hij aan de telefoon. Een van die keren gaan ze samen naar Borgerhout, waar Sharia4Belgium op 14 september 2012 protesteert tegen de Amerikaanse anti-islamfilm Innocence of Muslims. ‘We mogen ons niet laten doen als ze onze profeet beledigen. Wat zou je doen als ze je moeder beledigen? Wel, God en de profeet beledigen is nog veel erger’, klinkt het. De Mulder kijkt vragend naar de leiders, om te zien of hij het goed doet. De sfeer wordt grimmig, er breken rellen uit. De Mulder wordt gearresteerd, samen met meer dan 200 andere moslimjongeren.

De daaropvolgende maanden zegt De Mulder geregeld dat hij niet meer in België wil wonen, en dat hij vrijwilligerswerk in het buitenland wil doen. Hij zegt dat hij verplicht is zijn ongelovige familie de rug toe te keren. Hij slaapt amper, eet alleen havermoutpap, speelt urenlang gevechtsspelletjes op zijn Playstation. Over de dood spreekt hij alsof het een alledaags onderwerp is. ‘Als ik zou sterven hoef je niet te treuren, want dan ga ik naar het paradijs’, zegt hij tegen zijn moeder. Met Youssef kijkt hij naar YouTubevideo’s over salafistische jihadi’s. De heldhaftige religieuze muziek en de beelden van de trainingen van strijders geven hen een kick.

Zus Bruna ziet nog geen patroon in Brians gedragsveranderingen, maar later zal ze begrijpen dat het aanwijzingen waren van zijn nakende vertrek naar Syrië. ‘Hij bereidde zich voor op uren zonder slaap en eten in Syrië. En toen hij zijn job bij Nike opgaf, had hij waarschijnlijk genoeg gespaard om de eerste dagen in Syrië door te komen.’

Op kerstdag 2012 komt Brian van zijn kamer naar beneden om een foto te nemen met zijn nichtje, Bruna’s dochter. ‘Waarom doe je dat? Je wilt al maanden niet meer op de foto, want dat mag niet volgens jouw begrip van de islam’, zegt Bruna. Een aandenken voor zijn nichtje, zo zal blijken.

Het stille vertrek

Een maand later. Brian De Mulder verdwijnt zonder een spoor na te laten. Met tien andere strijders is hij onderweg naar de luchthaven van Düsseldorf, waar ze verspreid plaatsnemen op de vlucht van 23 januari 2013 naar Istanbul. De inlichtingendiensten houden Brian dan al een jaar lang in de gaten. Ze wisten dat hij met leden van Sharia4Belgium naar een trainingskamp in de Ardennen was geweest, maar brachten de familie daar niet van op de hoogte.

Eén voor één ziet Ehsan de buurtjongens verdwijnen. In veel gevallen zijn het jongens die een abrupte breuk doormaakten en hun leven weer op de rails proberen te krijgen. In de strijd vinden ze onderling respect. Het gezellige pleintje dat vroeger bruiste van het leven ligt er verlaten bij.

De daaropvolgende zes weken gaan moeder Ozana en zus Bruna geregeld naar het politiebureau. ‘Mijn zoon is vermist. Hij ging met Marokkaanse extremisten om. Ga toch zoeken’, roept Ozana. ‘Hoe heet de vriend met wie hij omgaat?’ vraagt de agent. ‘Mohamed’, antwoordt Bruna. ‘Ze heten allemaal Mohamed’, lacht de agent. Ze druipen af. Bruna trekt er zelf opuit, van moskee tot moskee. Overal botst ze op een muur, alsof iedereen een geheim verbergt. Tientallen bezoekjes aan het politiebureau later neemt een agent haar apart. ‘Je broer is in Syrië. Ik mag dat niet zeggen, want ik zou mijn job kunnen verliezen’, fluistert hij. De frustratie is groot. Bruna: ‘Al die tijd wisten jullie waar Brian zat? Jullie hebben Sharia4Belgium groot laten worden. Dat ís geen bende mafkezen. Ze rekruteerden écht jongeren.’ Nadat haar broer een luisterend oor vond bij Fouad Belkacem, vindt zij er een bij Filip Dewinter. Op 3 april 2013 organiseert hij een persconferentie met Bruna en Ozana. In diezelfde maand wordt Belkacem gearresteerd.

Ozana en Bruna zien op Facebook foto’s van Brian in militair uniform, met een kalasjnikov. Een video ook: Brian tussen een groep strijders, broederlijk samen. Ze zien de oude Brian, de lieve Brian. Ze lezen de commentaren van moslims in België die naar hem opkijken. Bruna post een reactie: dat hij beter thuis zou zijn, bij zijn moeder. Zijn vrienden antwoorden dat een jihadstrijder offers moet brengen. Brian klikt op ‘vind ik leuk’, maar antwoordt niet. Eén keer spreken ze via Skype. Bruna weet niet wat te zeggen. Wanneer De Mulder zijn moeder voor het scherm ziet verschijnen, begint hij te huilen. Het is hun laatste contact.

De Mulder getuigt

November 2013. We praten met Brian De Mulder via Skype. Hij is dan al tien maanden in Syrië:

‘Via deze weg wil ik aan mijn familie, de Belgische overheid en de islamitische geloofsgemeenschap duidelijk maken wat een bekeerling doet in Syrië. Dit getuigenis leg ik af als gelofte aan mijn God.’

‘Laat ik beginnen bij het begin, en dat is mijn bekering tot de ware religie. In januari 2011 nodigde een broeder me uit naar de islam. Hij had niets te maken met Sharia4Belgium. In de media lees je alleen maar over brainwashing en ronselpraktijken, maar ze weten niets over onze strijd. Het is niet gegaan zoals mijn familie beweert. Sharia4Belgium heeft me niet onder druk gezet. Wie zou zijn leven op het spel zetten en zijn familie achterlaten voor een mens? Alleen God kan me leiden. Daarom vind ik het verbazingwekkend dat sommige mensen beweren dat ik blind ben.’

‘God zegt dat degenen die met hun rijkdom en ziel strijden op Zijn pad, het dichtst bij Hem staan. “Waarom zoudt gij niet voor Gods zaak strijden als de zwakken, de vrouwen en de kinderen uitroepen: O Heer, leid ons uit deze stad wier eigenaars onderdrukkers zijn en stuur ons een beschermer.” Die woorden hebben geen interpretatie van een geleerde nodig, en zeker niet van een ongelovige die de islam niet kent. Maar de geleerde Al-Qurtubi zei dat je dit vers moet begrijpen als een plicht tot jihad in tijden van nood.’

‘Jullie arresteren Abu Imran (Fouad Belkacem, nvdr.) omdat hij zogezegd de reden is waarom broeders naar Syrië vertrekken. Dat is naïef. Hier zitten broeders van over de hele wereld. Leg dat eens uit? Hoe kan Abu Imran een ronselaar zijn als jihad een diepgewortelde plicht is van elke moslim tot de dag des oordeels? De profeet zei dat hij die sterft zonder zelfs maar de intentie om te strijden, op een tak van hypocrisie sterft.’

‘Ik nodig de nakomelingen van Mohamed uit naar de Levant om zich zo snel mogelijk bij het leger van Imam Mahdi te voegen. Alles wijst erop dat de tijd van het herstel van het kalifaat is aangebroken, zoals voorspeld door de profeet in verschillende authentieke Hadiths’, zegt De Mulder vol vuur in een volgend Skype-gesprek. De Hadiths zijn overleveringen over de daden en uitspraken van Mohammed, opgetekend in de achtste en negende eeuw. Daarin staat volgens geleerden: na de profeet kwamen de vier kaliefen Abu Bakr, Omar, Othman en Ali van 632-661. Daarna kwamen zoals voorspeld koningschappen: onder andere de Omajjaden, de Abbasiden en het Ottomaanse Rijk. De Arabische Lente was voor de jihadisten het einde van de tirannieke heerschappij van de seculiere Arabische dictaturen die er na de val van het Ottomaanse Rijk waren gekomen, zoals voorspeld door de profeet.

Brian De Mulder beschouwt zijn beslissing om naar Syrië te gaan kennelijk als een nobele verantwoordelijkheid. Volgens een tweede Hadith zal de beslissende strijd namelijk in Damascus worden geleverd, en volgens een derde zal er hulp komen uit Khorasan, een deel van het huidige Afghanistan. Dat is het leger van Imam Al-Mahdi waar De Mulder naar verwijst.

‘Samen koken en sporten’

Na 45 dagen training kan Brian De Mulder naar het slagveld, samen met Saïd: nog een andere die naar Aleppo trok en die we via Skype spraken. ‘Je voelt een vreemde spanning’, vertelt Saïd. ‘Het is geen angst, het is meer opwinding omdat je droom om mee te doen aan de jihad eindelijk uitkomt. Strijders omhelzen elkaar omdat het de laatste keer kan zijn. Als we denken aan het paradijs, voelen we ons onoverwinnelijk.’ Alleen is het niet duidelijk tegen wie ze vechten.

De Mulder: ‘Het Vrije Syrische Leger vecht niet onder de vlag van God. Het zijn nationalisten. Hun organisatie is ongelovig, hoewel je hun strijders nog zou kunnen vergeven. Ze zijn onwetend. We nodigen hen uit tot de islam, zoals de profeet zou hebben gedaan. Maar onlangs begonnen ze ons aan te vallen. Ze leverden sommigen van onze broeders zelfs aan het buitenland uit. Een van hen zit nu in Guantanamo.’

Sinds de Syrische rebellen een aanval inzetten tegen ISIS (Islamitische Staat in Irak en de Levant), de militie waar De Mulder en de meeste andere Belgen voor vechten, blijft het stil. Bovendien heeft Al-Qaeda de banden met ISIS doorgeknipt omdat die laatsten zich niet onder hun bevel willen voegen. De Facebookpagina’s van verscheidene Belgische Syriëstrijders zijn offline gehaald, ook die van De Mulder. Mogelijk kregen ze het bevel om zich volledig van het thuisfront af te sluiten en zich in de strijd te gooien.

In ons laatste gesprek met De Mulder, in januari 2014, probeert hij klaarheid te brengen in het kluwen van strijdende partijen, met de woorden van de tweede kalief, Omar: ‘Als je wilt weten wie de waarheid in pacht heeft, kijk dan naar degene op wie de meeste pijlen zijn gericht. Als iedereen tegen je is, dan weet je dat je op het juiste pad bent.’

‘Ik keer nooit meer naar België terug’, zegt hij nog tijdens dat gesprek. ‘Het is niet toegelaten om in het land van de ongelovigen te leven, behalve voor missionariswerk. Ik heb medelijden met moslims die in België wonen. Mensen zeggen me: kom terug als je het moeilijk hebt. Maar ik zeg tegen hen: kom naar Syrië als jullie het in België moeilijk hebben. Hier bouwen we aan een land waar we met eer en trots als moslims kunnen leven. Het is hier echt super. We zien niet elke dag doden en ontploffingen, hoor. Ik zit samen met de grootste moedjahedienleiders van ISIS.’

Zijn medestrijder Saïd legt uit: ‘Iedereen krijgt een taak. Sommige broeders die Arabisch kennen, volgen de actualiteit via BBC en Al-Jazeera en maken analyses. Andere broeders houden zich bezig met sociale media en maken video’s voor YouTube. Als we vrij zijn, zitten we op Facebook om nieuws en recente foto’s te posten. Het leven gaat hier ook gewoon door. We zwemmen, sporten, koken, bezoeken gezinnen. Het is ook moeilijker om zonden te begaan als je omringd bent door moslims. In België leef je tussen de ongelovigen, al die verleidingen, blote vrouwen op de televisie. We komen hier niet alleen om met een kalasjnikov te schieten, maar om te leven volgens de wetten van de islam. “Ga de sharia in jullie eigen landen invoeren”, zeggen de ongelovigen altijd. Wel, dat doen we nu. Jullie enige angst is dat we terugkomen, maar ik verzeker jullie dat we dat niet van plan zijn. Wij plannen helemaal geen aanslagen in België of Europa. Waarom zouden we anders naar Syrië gaan? Wij zijn geen gevaar voor het Westen. Maar als jullie ons blijven tegenwerken in onze ijver om onze broeders en zusters te beschermen, dan zal er pas gevaar dreigen.’

Ook De Mulder begrijpt niet waarom België van zijn vertrek naar Syrië zo’n probleem maakt ‘als België de moslims toch liever kwijt dan rijk is’. Hij vindt dat België zijn grenzen zou moeten openzetten opdat moslims zich zouden kunnen aansluiten bij een beweging waarin ze zich wel gewaardeerd voelen. ‘Hier bekijkt niemand je scheef als je zegt dat je gaat bidden. Hier streven we naar een leven volgens de sharia. Hier hoeven onze vrome zusters niet halfnaakt op straat te lopen. Sinds ik bekeerd ben, heb ik zelf mogen ondervinden wat het betekent om onderdrukt te zijn. Je kunt de waarheid niet zeggen of je zit achter de tralies, je mag geen baard laten groeien of je wordt verdacht. De democratie is ziek.’

‘Mijn broeders, de moedjahedien, zijn mijn nieuwe familie. Dat betekent niet dat ik onbeleefd ben tegen mijn moeder. Geen enkele moeder kan van haar kind scheiden, maar voor een moslim komt God op de eerste plaats. Hier vragen duizend moeders om mijn hulp, hier hebben duizend zusters me nodig.’

Dat houdt een jongen van Beerschot dus in Syrië. Dat, en berichten die in België circuleren. ‘Hoe zal hij hier ooit nog een job vinden?’ zegt zus Bruna. ‘Bij elke demonisering verlies ik Brian een beetje meer. Zeker na die YouTube-video van 10 december 2013, waarin Brian zou dreigen met aanslagen in België.’ De boodschap op De Mulders YouTube-kanaal was een nasheed, een muzikaal moslimgedicht, waarop een mannenstem met Antwerps accent minister van Defensie Pieter De Crem en de Nederlandse politicus Geert Wilders bedreigt: ‘Tawagheet (verafgoders) die vallen om, pas maar op, een autobom.’ En verder: ‘Bommen val, Atomium ik hoor een knal, lichaamsdelen overal.’ De video werd van YouTube gehaald, de politie onderzoekt of de stem ook echt van De Mulder is.

‘Dat was Brian niet. Ik herken zijn stem uit de duizend. Iemand heeft zijn kanaal gehackt’, zegt Bruna. (stil) ‘Onze vrienden willen niets meer met ons te maken hebben. Moeder is alles kwijt: haar vrienden, haar job, haar kind. Ik moet me sterk houden. Ik heb een kind van anderhalf. Met mijn job onderhoud ik het hele gezin. Maar als Brian opnieuw wil beginnen, staan we voor hem klaar.’

* Youssef, Ehsan en Saïd zijn fictieve namen,

op verzoek van de betrokkenen.

DOOR PIETER STOCKMANS EN MONTASSER ALDE’EMEH

Januari 2014: ‘We zien niet elke dag doden en ontploffingen, hoor. Ik zit samen met de grootste moedjahedienleiders van ISIS.’

2010: De Mulder moet naar het bso. ‘De klas zit vol met Marokkanen. Ik schaam me om daar te zitten.’

Augustus 2011: De Mulder wordt voorgesteld aan een man met baard en islamitische klederdracht. Hij heet Fouad Belkacem.

Eind 2012: De Mulder slaapt amper, eet alleen havermoutpap, speelt urenlang gevechtsspelletjes op zijn Playstation. Hij oefent voor Syrië.

Lente 2013: De Mulders moeder zet een bericht op zijn Facebookmuur: dat hij beter naar huis zou komen. Hij antwoordt niet.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content