Met De terugkeer van Lupe García is de Uruguyaans-Nederlandse auteur Carolina Trujillo de minst bekende van de zes kanshebbers op de AKO Literatuurprijs, die op 10 november in Haarlem wordt uitgereikt. Ten onrechte.

W elpen van de junta. Dat was de werktitel die Carolina Trujillo voor haar tweede roman had gekozen en die nu nog als coverontwerp op het internet rondzwerft. Uiteindelijk werd het dus De terugkeer van Lupe García, een politieke schelmenroman over de kinderen van de vaders en moeders die zich tijdens de militaire dictatuur in Uruguay tussen 1973 en 1985 politiek engageerden en daarvoor in de gevangenis vlogen of in ballingschap vertrokken. Trujillo is zelf de dochter van twee politieke ballingen en verhuisde op jonge leeftijd met haar moeder naar Nederland. Guadalupe ‘Lupe’ García, het hoofdpersonage van deze roman, lijkt als twee druppels water op de echte Trujillo maar de knotsgekke spiraal van wraak en weerwraak op de beulen van haar ouders is Trujillo’s literaire verdienste. En die is te oordelen naar deze roman niet gering: in honderd filmische takes neemt ze de lezer mee op een heuse rollercoaster op een manier die doet denken aan de beste Latijns-Amerikaanse schrijvers, zoals Gabriel García Márquez. Ze heeft dezelfde uitzinnige fantasie en sensuele beeldspraak als haar meesters, maar ze hanteert tegelijk een laconieke verteltoon die onmiddellijk de achterkant van alle zogezegde helden en idealen in beeld brengt.

Net als het fictieve hoofdpersonage Lupe García studeerde Trujillo in Nederland film. Ze laat in deze tweede roman haar alter ego Lupe naar Uruguay terugkeren na het einde van de dictatuur in 1985. Ze komt er met een Nederlandse filmbeurs een documentaire draaien over de vermisten, vertrapten en vernederden die tijdens de dictatuur van de junta opgesloten zaten in de gevangenis. Ondertussen zijn die rechtstreeks betrokkenen geschiedenis geworden en moeten de kinderen van de vroegere (anti)helden in het reine komen met dat verleden. Al vlug blijkt dat de ouders er, ondanks hun idealisme, vaak een zootje van hadden gemaakt: vader is aan de drank of de drugs en moeder is gescheiden. En met de kinderen van de (pseudo)revolutionairen is het al niet veel beter.

Lupe ontmoet bij terugkomst in haar Latijns-Amerikaanse thuisland opnieuw haar jeugdliefde Gono, die zich als haar productieassistent in dienst laat nemen in de stiekeme hoop dat zijn liefde voor haar alsnog beantwoord wordt. Hij is de verteller die inzoomt op het doen en laten van Lupe, van zichzelf en van Cuba en de Belg. Die laatste twee personages zijn ook ‘welpen van de junta’ die hun ouders nooit meer te zien kregen, en die er net als Lupe en Gono het beste van proberen te maken in een land waar iedereen na twaalf jaar dictatuur boter op het hoofd heeft. Of zoals Gono het formuleert: ‘Vergeten, vergeven en vaseline, zeggen we hier.’

Maar niemand die uiteindelijk echt vergeet, laat staan vergeeft. Wanneer de vier lotgenoten via het filmproject van Lupe uiteindelijk oog in oog komen te staan met de vroegere beulen en verkrachters van hun ouders, begint er een tijdbom te tikken en ontpopt de politieke schelmenroman zich tot een strak gemonteerd noodlotsdrama waarin iedereen uiteindelijk slachtoffer wordt van de omstandigheden. Er worden moorden gepleegd en een gijzelingsactie ondernomen en ondertussen wordt er gefilmd en vooral verteld dat het een aard heeft. Met veel aplomb en naturel borstelt Trujillo een portret niet alleen van een generatie afwezige ouders die tenminste nog konden pochen dat ze aan de revolutie hadden deelgenomen, maar ook van de verloren generatie van de kinderen na hen die als echte wezen aan hun lot werden overgelaten. In deze roman nemen de kinderen het heft in eigen handen en willen ze hun lot eindelijk zelf een grootse wending geven. De jonge protagonisten lopen daarbij in het eigen ongeluk – maar niet zonder voor enkele ogenblikken even meeslepend te hebben geleefd als hun ouders én beulen vóór hen.

Het is een hele krachttoer dat Trujillo zich niet verslikt heeft in haar ambitieuze opzet. De verraderlijk lichtvoetige verteltoon doet zelfs de meest krankzinnige situaties nog geloofwaardig overkomen. De revolutie eet inderdaad haar kinderen op, zoals De terugkeer van Lupe García met Latijns-Amerikaanse zwier en verve bewijst.

CAROLINA TRUJILLO, DE TERUGKEER VAN LUPE GARCíA, MEULENHOFF, AMSTERDAM, 334 BLZ., 19,95 EURO.

Frank Hellemans

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content