Jan Braet
Jan Braet Jan Braet is redacteur cultuur bij Knack.

Solo-tentoonstellingen van Eran Schaerf, Raoul De Keyser, Marijke van Warmerdam en Ann Veronica Janssens in het MUHKA.

De manier waarop mensen zich kleden, net als de taal die ze spreken, biedt hen de mogelijkheid om hun identiteit te markeren : ze kunnen er hun gehechtheid aan de traditie mee uitdrukken, of hun verlangen naar verandering. Zo begeven ze zich in de publieke ruimte om er, in hun taal als in hun kleren, met elkaar te communiceren. Voor zijn solo-tentoonstelling in het MUHKA verbond de Israëlische kunstenaar Eran Schaerf (34) drie veelhoekige ruimtes met mekaar door gordijnrails, palletten en tekst. De rails hangen tegen de zoldering en bevatten rechts een bonte verzameling kleren, links een doorzichtige blauwe sluier die op zowat halve hoogte stopt.

De goedkope houten palletten vormen een lange rechte lijn, een catwalk des pauvres, uitlopend op een half opengerolde tekstrol van groene stof. Het driedimensionele schilderij van de geunïfieerde ruimtes met hun kleurrijk geschakeerde lappen is lichtvoetig en fris. Schaerf heeft beweging gebracht in de logge architectuur en haar visueel onschadelijk gemaakt. Zijn domein is autonoom. Al die aspecten van eenmaking vallen op bij een eerste vluchtig bezoek. Maar dat zijn slechts de decorstukken. Wie enige noties van het stuk wil meehebben, moet er zijn werk van maken.

En dan is ook de lectuur van de catalogus nodig. In een grappig verklarend woordenboekje achteraan staan de belangrijke trefwoorden, van commentaar voorzien. Vaak verwijzen ze naar elkaar. En dat is precies de structuur van de tentoonstelling : fragmenten die met elkaar in betrekking staan zonder ooit naar een totaalsamenhang toe te werken. Er zijn slechts ineengrijpende elementen van een veelgelaagd vergelijkend onderzoek over de grammatica van de mode en de taal in de publieke ruimte.

Die grammatica wordt kennelijk mee bepaald door toeval, gebruik, traditie, geheugen, sociale rol, handel, persoonlijke levenservaring. Grammaticale verbanden waarvan men zich bewust wordt, geven een dieper inzicht op de constructie van de identiteit, en meteen de kans om ze anders te gaan gebruiken. Desnoods als wapen, zoals de Duitse filosofe Eva Meyer in de catalogus uiteenzet aangaande de rol van de sluier in Algerije.

ZEG ME WAT JE DRAAGT

Recasting is dus een toepasselijke titel van de tentoonstelling, des te meer omdat ze volgens de beproefde methode van de kunstenaar vele elementen uit zijn vorige tentoonstelling in een nieuwe vorm samenbrengt. Het gaat om ?Re-enactment? in Esslingen, september 1996, die zelf de draad oppikte van ?Zaun-Town? in Portikus (Frankfurt) een jaar tevoren.

De totaliteit is niet meer dan de ruimtelijke enveloppe binnen dewelke verschillende parallelle en elkaar kruisende lijnen zich ontspinnen, afgeknipt worden, elders verdergezet worden. Draden van taal en kleding, die tot woorden, patronen, zinnen, kleren gesneden worden : tailored identities. Zeg me wat je draagt, en ik zeg je wie je bent. Tussen de houten latten van de catwalk, de in stukken getrokken woorden van een song van Papa Wemba over de Congolezen uit Brazzaville die in Parijs merketiketten van beroemde modehuizen verzamelen, om ze bij hun thuiskeer op elkaars jasjes te naaien tijdens de Danse des Griffes : zijn en verschijning betekenen hetzelfde voor de Congolese sapeur, vermeldt het woordenlijstje. (?se saper?, zich elegant kleden.)

Het zijn evenwel geen spullen van Versace die in de zalen te kijk hangen, maar wijde makkelijke kleren uit eenvoudige stoffen, waaraan vaak koddige aanhangsels genaaid zijn. Geen prêt-à-porter en toch klaar om zich naar vele mogelijke lichamen te schikken. Breed genomen kan het volgende geëxposeerde tekstfragment erop van toepassing zijn : ?If language can dress up thoughts/without letting the form of the body show/that this means that the cloth concerns several forms/in order to translate them one by one into a grammar?.

De opgehangen kleren doen wat als variaties op een Middenoosterse volksdracht aan, goed passend bij de oriëntaalse muzikale intermezzo’s van het integraal in dezelfde zaal uitgezonden hoorspel ?Wie gesagt. Theater-oder Taxistück?. De luisteraar kan in die omstandigheden getroffen worden door passages in het stuk die versluierend of expliciet aan de gedachtenis van de joden raken. Daardoor vallen hem nu misschien ook de twee felle studiospots op, boven een toren van palletten, en hoe die op de wand schimmen maken van de opgehangen kleren.

Dat beeld kan hij weerom linken aan een op de groene tekstrol in de andere zaal gedrukte passage : ?She was asked about the dress by a young woman at a wedding in the jargon of the occupation/ it was 30 years ago/that the dress had been sewn for festive occasions/that the young woman is not yet that old as the dress.? Zo hebben we één kleine cluster van betekenis verzameld. Hij zit vast aan de draad van de identiteit van een kunstenaar uit een cultuur van kleine ambachtslui, kleermakers bij voorbeeld, met een heilig respect voor taal en een grote schroom voor het figuratieve beeld. Het is één van de vele mogelijke clusters die eenieder in dit raadselachtige, complexe en fascinerende oeuvre van Eran Schaerf allicht vermag te ontdekken.

ONDERTUSSEN IN DE KLEINE ZALEN

De schilder Raoul De Keyser (66) koos de kleine zalen op de vijfde en zesde verdieping van het MUHKA voor een uitgelezen presentatie van recente schilderijen, enkele overschilderingen van vroeger werk en twee doeken uit de vaste collectie van het MUHKA. Mr. De Keyser schildert een dove binnenwereld, een luchtledige ruimte van onbepaalde dimensies waarin de eenzaamheid ondraaglijk ware, zo hij die niet had leren koesteren met de karige middelen van boord. Dat is de zelfverliefde verfstreek die, zich langoureus uitstrekkend, haar eigen zinnelijkheid gevuld ziet met impulsen van zacht gevoel, van langzame ontbinding. Niets kan ontbinden wat niet nog in leven is, en dan is het grootste wonder in deze fascinerende schilderijen dat verf een lichamelijke aanwezigheid openbaart die zich in de richting van haar verdwijning in het niets beweegt. Onderweg daarheen wordt ze aan de randen gekwetst, gerafeld en poreus.

De grond waarop de verflichamen evolueren bestaat uit wazige overgangen van eenzelfde kleur, soms net opaak genoeg om van een grondlaag te kunnen spreken, elders duidelijk diafaan waardoor de vaste grond onder de voeten wegzinkt. Het valse plat en het vacuüm zijn het natuurlijke terrein waarin monochrome strepen, kladjes, vlakken, rasters, vlekken of lijnen penetreren. Ze hebben een kleureigen helderheid of een intensiteit die ze aan het contrast met de grondkleur ontlenen.

De centrale contradictie in dit werk is wel dat zijn ondefinieerbare, zeg maar abstracte tekens bijna tot een definitie dwingen omdat zij juist met zoveel organische suggestie aan het leven herinneren, aan micro-organismen, aan het eindeloos oceanische en in enkele adaptaties van vroeger werk aan de cornerzone en het strafschopgebied. Zo voelt hij af en toe nog de vertrouwde grond van weleer onder de voeten.

Het meest tot de verbeelding spreken evenwel recente doeken. Skittish (1995) met zijn zwarte invasie van doodsvliegen, platgemept op een okergeel veld, Zonder Titel (?Suggestion?, 1995) met de langgerekte, uiteendrijvende ledematen in een melkachtig paarse stroom. Een andere Zonder Titel (?Expedition?, 1995) met zijn droompaden die plots afknappen, op de afgrond openen en op de onbestemdheid van de ruimte buiten het doek. Mr. De Keyser goes aboriginal.

NAMEN NOEMEN

De droom van Marijke van Warmerdam (37) treedt niet buiten het Frame (1997) van wat een toevallige groep mensen door een raam buiten ziet. Ze filmde hen en monteerde de 16 mm-film in een lus, zodat hun kijken voor ons die naar hen kijken (maar niet zien wat zij zien) in een eeuwigdurende herhaling gevat is. Algauw installeert zich het gevoel dat de langzame choreografie van de mensen die kijken raadselachtiger is dan hetgeen zij mogen zien. In feite zien we minstens evenveel als zij : een wit licht dat stralend als dat van een zonovergoten dag naar binnen valt.

Deze kleine meditatie wordt aangevuld met het gebabbel van die mensen, aan wie de journaliste Bregtje Van der Haak gevraagd had wat kijken zoal voor hen inhoudt. De klank komt afwisselend uit één van de vier op oorhoogte in de hoeken van de zaal geïnstalleerde boxen. De rondgaande of in een diagonale sequentie over de boxen verlopende stemmen overspannen de zaal en geven de kijker een totale ervaring van de ruimte.

Elders in het MUHKA draait een cd-speler op een rood platformpje rond. Verschillende frisse stemmen moduleren de dankbare naam Marijke van Warmerdam op hun eigen unieke manier. Het is het prototype in de editie Namen Noemen, uitgebracht door het Haus of Prints. Het alledaagse kijken en luisteren tot een geconcentreerde ervaring maken is ook de opzet van de video Fiets, een partituur voor een meisje, een fiets, een muur en een heldere bel.

Met nog minder middelen wekt Ann Veronica Janssens een drastische totaalervaring die de perceptie van de ruimte verandert. In haar zaal doet ze de waanzinnige Hall of Congres-architectuur volkomen teniet door haar in een dichte mist te hullen. Op hetzelfde moment waarop de bezoeker op zichzelf teruggeworpen wordt, bevrijdt hij zich van de aangeleerde verwachting van kunst als iets kunstmatigs dat aan de muren van musea hangt. Zoekend en tastend oriënteert hij zich naar het daglicht uit de ramen, of naar het kunstlicht van de straatlantarens langs de scheldekaaiweg buiten.

Dan wordt het regelmatige geronk van voorbijrijdende auto’s hoorbaar, te luid zo blijkt om niet uit een box te komen, te echt om zijn effect te missen : binnen wordt buiten, en buiten binnen. Wat hier telt is een gevoel dat misschien al eens eerder door Bernd Lohaus in een interview zo werd verwoord : ?Met nieuwjaar aan zee kon je geen twee meter zien. Dan ben je totaal alleen, geïsoleerd, hoewel we weten dat we daar op het strand waar we gaan wandelen niet de enigen zijn. En desondanks zijn we toch alleen omdat we niets anders meer kunnen zien.?

Jan Braet

Tot 30.3.97 MUHKA, Leuvenstr.32, Antwerpen. Open van 10 tot 17 u. gesl. op ma. en feestd.

Eran Schaerf, Recasting (detail), colour transparency, 80 x 120 cm., 1997 : tailored identities.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content