Jan Braet
Jan Braet Jan Braet is redacteur cultuur bij Knack.

Anne-Mie Van Kerckhoven solo in het Muhka: kunst en ziekenzorg in virtual reality. Een gesprek.

Sinds 1995 werkt ze aan het meerjarenproject “Headnurse”. In dit multimediaal experiment zijn kunst en moraal met elkaar verbonden. De grondprincipes zijn veerkracht en magnetisme, de structuur volgt de fasen van een alchemistisch proces. Na het verpulveren, oplossen en distilleren is de Antwerpse kunstenares Anne-Mie Van Kerckhoven (47) toe aan het “uitgloeien”. Dit gebeurt in de vierde en grootste van haar “Hoofdverpleegster”-tentoonstellingen. Plaats van actie is het Antwerpse Muhka.

“Nursing Care, in Melancholy Stupor” is de titel van uw tentoonstelling. De kunstenaar als verpleger?

Anne-Mie Van Kerckhoven: Ik ga ervan uit dat wij in de maatschapij onderhevig zijn aan heel tegenstrijdige invloeden en informatie, wat eigenlijk een ziektebeeld creëert. Zeer ver terug in de tijd doordringend, zou je kunnen zeggen dat de manier waarop ons brein ontwikkeld is, ook een ziekte is. In onze manier van denken zijn heel veel ziektes binnengeslopen. De kunst, de kunstenaars en andere mensen die aan de zijkant van de maatschappij staan, kunnen de dingen rechttrekken: door ze in een vrijere context te plaatsen, om verbanden die verloren gegaan zijn in het verleden, en die er echt wel zijn, opnieuw te leggen. Ik bekijk het hele bestaan van alle dingen – zowel de levende als de dode wezens – op een holistische manier.

De zinvolle verbanden van het bestaan zijn doorgeknipt?

Van Kerckhoven: Ja. En daardoor is er een overschot aan afval geproduceerd. Ik vind dat we als mens tegenwoordig vooral bezig zijn met het verwerken van dat afval, ook mentale afval. Als gevolg van die verdraaiingen worden de aandachtspunten in wetenschap en filosofie op de verkeerde dingen gericht. Dat uit zich ook in het aanbod van beelden waar de mensen zich toe aangetrokken voelen. Heel concreet: het negativeren van alles wat met lust, erotiek en seks te maken heeft. Dat zit in een soort van onevenwicht met de esthetisering van alles wat met geweld te maken heeft.

Waaruit bestaat de therapie door middel van beelden?

Van Kerckhoven: De verbinding van de dingen die je teweegbrengt in een bepaalde ruimte, kan je zien als een soort therapie, ja. Dat heeft een weerslag op neurologische verbindingen binnen de hersenen van de mensen. Ik maak bepaalde verbanden waar een heel leven, een heel denksysteem achter zit. Wat ik doe, is een voorbeeld geven, hoe je dingen in verband kunt brengen met elkaar. In die zin is dat therapeutisch.

De complexe gelaagdheid van uw beelden appelleert vooreerst aan ons analytisch vermogen, niet aan een of ander esthetisch gevoel.

Van Kerckhoven: Ik heb altijd problemen gehad met lyrische ontboezemingen, qua poëzie in een werk. Eigenlijk komt dat van Baudelaire, uit de wereld van het woord. Dat heeft niks te maken met het beeld. Nu ben ik wel beïnvloed door Baudelaire, door zijn manier van omgaan met de leegte, met het spleen. Maar wat ik doe, is compleet het tegenovergestelde: ik streef naar beelden die los staan van het verdoezelende poëtische van kunst. Sorry, maar de poëzie die zogezegd voor de burgerij aanwezig moet zijn in kunst… dat dient therapeutisch om hun eigen mankementen en verloederde geesten weer een beetje vrijer te maken. Dat is een doemterm. Als ik zie hoe goede kunst tegenwoordig wordt geïnterpreteerd, dat is pure therapie voor de burgerij, die het kan betalen. Mijn manier kan misschien koud en kil overkomen, maar het resultaat is niet koud en kil. Je wordt je bewust als kijker dat je een taal moet leren.

U maakt een deconstructie van een bepaald vrouwbeeld: haar extreme voorstelling als verkoopbare waar, als lustobject. Door recyclage en bewerking komt u tot een beeld waarin de dimensie van lust aanwezig blijft. Wat is er in dat proces gebeurd?

Van Kerckhoven: Heel die notie van lust en erotiek wordt uit haar negatieve omgeving gehaald. De burgerij en de heersende macht heeft er alle belang bij dat er een soort onlust wordt geschapen, dat de mensen het idee krijgen dat ze geholpen moeten worden. Terwijl iedereen eigenlijk zichzelf kan helpen, zie je.

Houdt het kunst-lustbeeld wat u maakt, rekening met een mannelijke of een vrouwelijke blik?

Van Kerckhoven: Mijn beelden zijn in de eerste plaats opgedragen aan de godin Baubo. Dat vind ik echt een fantastische figuur, een godin uit de oudheid die er alleen was voor vrouwen: ze keek door haar tepels en sprak door haar vulva, op zo’n obscene manier dat alle depressieve vrouwen weer goedgezind werden.

Stelt u eenzelfde resultaat vast bij uw werk?

Van Kerckhoven: Ja, ja. Echt, vrouwen van vijftig, zestig jaar, die zeggen: eindelijk eens kunst waar ik moed van krijg. Maar ook mannen…

Wat is de betekenis van de kleur bij het opwekken van de lust? Wat is uw kleurentheorie?

Van Kerckhoven: Ik heb in de tijd les gehad van meneer Den Tandt in de kleurenpsychologie. Ik heb verschillende kleurenleren thuis, van Goethe en zo. Kleuren, dat is een intelligentieniveau. De taal van de kleur is een taal op zich, dat is een manier van kennisoverdracht. Zoals bloemen kleuren hebben die informatie geven over de mineralen die in de grond zitten.

In uw recente computerprints op doek gebruikt u een fascinerend, rijk grijs.

Van Kerckhoven: Dat is het vergrijzingsproces dat het drukprocédé teweeggebracht heeft. Het is wel samengesteld uit miljoenen kleuren natuurlijk, van die computerprints. Maar ik moet zeggen dat het voor mij wel een hele zware stap is geweest om mij in de wereld van dat grijs te begeven, omdat ik vroeger echt wel zweerde bij heel grote contrasten en extreme kleuren. Het is echt wel een toegeven aan de wereld van de schoonheid. Hoe je het ook draait of keert: alleen maar schelle kleuren ten opzichte van zwart, of hevigheid, dat heeft niet veel met schoonheid te maken. Het grijs wat jij ziet, is het grijs van miljoenen kleuren. Dat is waarschijnlijk ook dat alchemistisch proces, we zitten nu in het stadium van het uitgloeien, en het volgende is: het neerslaan. Daar kan ik nog niets over zeggen.

Uw zeer grafische manier van werken blijft toch de rode draad, al lijken de lijnen niet langer als uit glas gesneden. Zijn ze opgenomen in de harmonie van de “wereld van de schoonheid” waar u nu mee bezig bent?

Van Kerckhoven: Ik ben beginnen schilderen door op de computer te werken, in het AI-lab (Artificiële Intelligentie, jb). Vroeger was ik uitsluitend een tekenaar. Maar door in lagen van tekeningen te beginnen werken, heb ik gesnapt wat schilderen eigenlijk is. En door te beslissen om de werken tamelijk groot te maken, en dan op doek over te brengen, is mijn attitude die van een schilder geworden. Het heeft ook te maken met de tijd en het omgaan met de vormen en de interactie tussen vorm en kleur, dat je in het intelligentieniveau terechtkomt van hoe een schilderij functioneert.

Het lineaire bepaalt hier niet langer de structuur van het werk. Er heeft een vermenging plaats…

Van Kerckhoven:… en dat je begint te kijken hoe de kleuren op elkaar inwerken, en dat je een diepte en een oppervlakte creëert. Dat heeft veel met intelligentie te maken. Je komt terecht op het niveau van hoe je op een filosofische manier dingen ziet en niet ziet, of verdringt. Wat zie je en wat zie je niet als je naar een landschap kijkt en wat breng je meer naar de oppervlakte? Maar ik kan er niet veel over zeggen omdat het allemaal nog zo nieuw is voor mij.

U bent met het schilderen puur in een virtueel medium bezig.

Van Kerckhoven: Ik vertrek van een maximum aan informatie, van een foto. Hoe groter dat wordt, hoe meer ik elimineer. En dan maak ik zelf ingrepen binnen dat computerbeeld, ik durf het vernietigen.

Wat is zo fascinerend aan virtuele schilderkunst?

Van Kerckhoven: Het is vooral fascinerend dat je op eender welk moment van je schilderij bijvoorbeeld de hele temperatuur kunt veranderen. Met één kleine ingreep kun je de hele opbouw van een schilderij veranderen, door bepaalde accenten te verleggen. Je kunt er een Renoir van maken op een gegeven moment…

Dat is duizelingwekkend. Maar zijn de beslissingen dan ook niet verveelvoudigd?

Van Kerckhoven: Ja. Daarom heb ik ook dat schema nodig, waar ik mij moet aan ophangen voor de mentale richting die ik moet uitgaan. Ik bepaal eerst een mentaal frame waarbinnen ik werk, en dat bepaalt hoe ik mijn beslissingen neem. Het is de kunst om uw eigen beperkingen op voorhand uit te stippelen. Het is ook een heel eigentijdse manier om met de realiteit om te gaan, gezien de veelheid van de dingen. Dat is een heel grote parallel van hoe ik het leven aanvoel.

Bovenop de beeldende mogelijkheden gebruikt u vaak nog een kolossale “interface”: de taal. Vanuit welke strategie is dat?

Van Kerckhoven: Ik gebruik die woorden meer als plastische elementen binnen mijn werk. Ze functioneren op het niveau van de tekening. Woorden staan nooit op zichzelf, ze krijgen altijd betekenis in omgevingen van gedachtenstructuren. Wat ik doe, is die woorden uit hun context halen en ze in een andere omgeving plaatsen, zodat ze geen betekenis meer hebben en een nieuwe betekenis krijgen…

Ze krijgen telkens een nieuwe betekenis omdat ze gelieerd worden aan een beeld. In uw installatie “Eclips” wordt één beeld door verschillende woorden benaderd.

Van Kerckhoven: Ik ben vier jaar lang geobsedeerd geweest door het woord en de betekenis van “Eclips”. Dan is alles heel organisch gekomen. Aan de ene kant de song van Charles Mingus, “Eclips”, die ik vervormd heb. En dan een stukje film van Antonioni (“Eclips”), woorden uit de psychoanalyse, interieurs en dan ook die vissen erbij, wat het oudste symbool van de mensheid voor het androgyne wezen blijkt te zijn.

Associaties maar vooral disconnecties bij de vleet…

Van Kerckhoven: “Eclips” gaat over iets wat in de weg zit, wat op een gegeven moment gebeurt. In die zin noem ik het eigenlijk geen kunstwerk. Het is een werking waarmee je geconfronteerd wordt. En toen was ik heel specifiek bezig met: ik wil werken maken die geen betekenis hebben, die ontsnappen aan elke recuperatie.

De scène uit de “Eclips”, met Monica Viti, gaat over de disconnectie van een koppel. In dezelfde zaal speelt uw video “Belgisch Spleen/Bezwering van een binnenhuisdepressie”, over hoe u de disconnectie van uw vertrouwd milieu te lijf ging.

Van Kerckhoven: Dat is een soort magische handeling wat je ziet. Door lijfelijk contact aan te nemen met de kamer van een huis waar ik ging weggaan, heb ik geprobeerd om die verhuisdepressie te bezweren. Ik heb de video boven dat bureautje (uit haar vroege jeugd, jb) gezet, om ook zo’n soort van melancholisch gevoel ten opzichte van dat verleden op de ene of andere manier te bezweren. Ik heb een tentoonstelling gemaakt indertijd, “Belgisch spleen”, geïnspireerd op het boek “Spleen de Paris” van Baudelaire.

Gespletenheid alom.

Van Kerckhoven: Ja, de disconnectie met uw omgeving.

Geeft u dan ook een stuk van uw identiteit op, of kan u mentaal zo manoeuvreren dat u die meeneemt naar een volgende plek?

Van Kerckhoven: Ik vind dat een moeilijke maar ook heel persoonlijke vraag.

Het is ook een erg persoonlijk werk.

Van Kerckhoven: Ja. Ik zou het zelfs nog krasser zeggen: ik heb bijna het gevoel van, daar ben ik eindelijk van af. Elke keer denk ik: nu kan ik weer voort. Ik heb het nodig om regelmatig te veranderen, omdat ik anders te veel ga oscilleren, te veel tegen dezelfde dingen blijven aanbotsen met je gedachten. In het geval van de Kattenberg waar we toen verhuisd zijn: dat was een prachtige plaats, een oude fabriek, en toch wilde ik daar weg omdat het gewoon uitgeput was. Ik haal ook veel inspiratie uit mijn omgeving. En als het niets meer bijbrengt, moet ik daar weg. Dat is een soort van nomadisch bestaan. Ik heb dat ook met mensen, met toestanden en met werk. Ik voel me nu echt aan niets gebonden. Dat is ook soms een mankement. Zoals bijvoorbeeld nu, ik ben heel content met wat ik gedaan heb in het Muhka, maar nu heb ik de indruk: het begint allemaal helemaal opnieuw.

Tot 12.9 in het Muhka, Leuvenstraat 32, Antwerpen. Open van di/zo: 10-17 u.

Jan Braet

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content