In twee proefscholen kunnen leerlingen sinds enkele maanden betalen met een kaart, de Portos-kaart.

De omschakeling naar de euro wordt een gedoe van inwisseling van oude munten en biljetten tegen euro’s. Maar, zo stelde de anders vaak overijverige consumentenvereniging Test Aankoop op de Brusselse openingsconferentie voor de eurocampagnes in maart van dit jaar, een groot probleem zal dat voor de consument niet zijn. Voor wie elektronisch kan betalen, gaat het zelfs helemaal als vanzelf.

De banken volgen deze logica graag en willen ook jonge consumenten sneller over de streep halen. Begin maart lanceerde Dexia Bank in twee proefscholen, Notre Dame in Doornik en Saint Pierre in Jette, de betaalkaart Portos. Een chipkaart, die werkt volgens het Proton-principe en voor maximaal 5000 frank (124 euro) aan een terminal op school kan worden opgeladen. De terminal is verbonden met een Dexia-rekening van de school waarop de ouders geregeld geld kunnen bijstorten. Als ze dat willen, kunnen ze de uitgaven van hun kinderen gedetailleerd opvragen: welke sommen ze wanneer hebben opgeladen, hoeveel ze hebben opgemaakt aan de automaten of in de cafetaria.

‘Tieners die soms kwistig met geld omspringen, kunnen met een Portos-kaart een budget gedisciplineerd leren beheren en hun uitgaven nauwgezet leren spreiden’, meent Gilles Orts, projectverantwoordelijke bij Dexia. Ook Michel Lenoir, econoom van het College Saint Pierre in Jette, ziet alleen maar heil in de kaart. ‘Het is niet zo dat de kaart de leerlingen aanzet om ongebreideld uit te geven. Zolang de school haar aanbod aan producten niet gaat opdrijven, is er geen gevaar. Bovendien kun je met de kaart geen schulden maken. Wie nog 15 frank (0,37 euro) op zijn kaart heeft en een stuk chocolade van 20 frank (0,5 euro) wil kopen, krijgt die niet.’

Ook voor de school heeft zo’n kaart voordelen. Ze vergemakkelijkt het geldbeheer. ‘Waar moeten we blijven met de massa’s munten die we binnenkrijgen, zeker in de aanloop naar de euro?’ De verwerking verloopt sneller en is veiliger. En voor de school is het een kostenbesparing, beweert Gilles Orts.

Nochtans is een Portos-project geen goedkope aangelegenheid. Notre Dame in Doornik, met 800 leerlingen, betaalde voor 1000 kaarten en 13 terminals 650.000 frank (16.113 euro). Het pakket telt twee oplaadterminals en één centrale terminal. En verder de terminals aan automaten en fotokopieertoestellen waar de leerlingen alles met hun kaart kunnen afrekenen. Verso staat het logo Portos en de naam van de school, recto de naam van de bank. Een handige reclamestunt bij een massa potentiële klanten? ‘Leerlingen zijn niet zozeer onze doelgroep. Ze zullen het logo wel kennen, maar rechtstreeks bestaat er geen band met de bank. Sommige ouders vrezen dat we hun kinderen met mailings zouden bestoken. Maar we zijn door de wet op de privacy gebonden en kunnen dat dus niet’, verzekert hij. Dexia heeft vooral scholen op het oog als nieuwe klanten. Vooral in het vrij onderwijs wil de bank zijn klantenbestand fors uitbreiden.

Een aantal scholen van de Franse Gemeenschap wil de kaarten door bedrijven laten sponsoren om op die manier de kostprijs voor scholen te drukken. Het pedagogische project, zoals de bank het noemt, zal dan wel aan waarde inboeten. ‘Scholen moeten hun projecten begeleiden’, meent Orts. De bank stelt een middel ter beschikking, aan de school de taak om er iets mee te doen. Het stelt de kinderen met beide voeten in de realiteit, zo luidt het. ‘Trouwens, hoeveel kinderen hebben al geen bankkaart?’ Hebben ze die niet, dan zullen ouders hun kinderen sowieso zakgeld blijven meegeven. Want eenmaal buiten de school, werkt de kaart niet.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content