In oktober wil China voor de tweede keer een bemande ruimtevlucht uitvoeren. Twee ’taikonauten’ zullen aan boord van het ruimteschip Shenzhou 6 een week in de ruimte blijven. Een team van de Belgische professor André Aubert zal de Chinese hemelbestormers onderzoeken.

Trots toont hartspecialist André Aubert in zijn kantoor in het Universitair Ziekenhuis Gasthuisberg een exemplaar van de Guanming Daily: ‘Wij haalden zelfs al de Chinese kranten.’ Professor Aubert van het Laboratorium voor Experimentele Cardiologie van de Katholieke Universiteit Leuven is een autoriteit op het vlak van medische begeleiding van ruimtevaarders.

Eind 2002 was hij met het experiment Cardiocog betrokken bij de ruimtemissie van Frank De Winne, aan boord van het internationaal ruimtestation ISS. Hij passeert ook vaak in Zvjozdni Gorodok of Sterrenstad, waar Russische kosmonauten en hun internationale partners zich op hun vlucht voorbereiden. Nu volgt het Institute of Space Medico-Engineering in Peking. Na de astro- en kosmonauten zal het team van Aubert, met onder meer Frank Beckers en Bart Verheyden, de Chinese taikonauten onder handen nemen.

Hoe komt een Belgische onderzoeker in de Chinese ruimtevaart terecht?

ANDRé AUBERT: We zijn begonnen met experimenten in gewichtloosheid tijdens parabolische vluchten met een vliegtuig. Daarna kwamen we in de bemande ruimtevaart terecht met de Russen en de Europeanen. We voerden metingen uit tijdens de Odissea-missie van Frank De Winne en tijdens twee andere korte ruimtemissies van de ESA (Europees ruimteagentschap). Nu zijn we betrokken bij langdurige ruimtevluchten aan boord van het internationaal ruimtestation ISS. Met de Chinezen namen we zelf contact op.

Om welk onderzoek gaat het?

FRANK BECKERS EN BART VERHEYDEN: We willen bekijken hoe onze hersenen het hart sturen, in plaats van het hart als een afzonderlijk orgaan te beschouwen. Ons hartritme verandert voortdurend, en dat wordt beheerst door de hersenen. De zwaartekracht speelt daarbij een rol. Na hun terugkeer naar de aarde kunnen ruimtevaarders vaak moeilijk rechtop blijven staan zonder duizelig te worden of zelfs flauw te vallen. Dat is het gevolg van de verstoring van het systeem van hart en bloedvaten bij de overgang van gewichtloosheid naar de aardse zwaartekracht.

AUBERT: Op termijn willen we efficiënte maatregelen tegen dit soort verschijnselen nemen, die we eveneens kunnen gebruiken om ouderdomskwalen te bestrijden, zoals botontkalking en verzwakking van de spieren.

Wat zult u bij de komende vlucht precies doen?

AUBERT: Bij de Europeanen en de Russen hebben we een hele reeks metingen uitgevoerd voor en na de vlucht. Tijdens de vlucht doen de astronauten dat voor ons. Dat laatste zal bij de Chinese missie nog niet kunnen, maar we willen zoveel mogelijk metingen uitvoeren met de veertien Chinese kandidaat-ruimtevaarders. Na de vlucht gaan we terug voor verder onderzoek.

Verloopt het contact met de Chinezen gemakkelijk?

AUBERT: Je moet heel veel geduld hebben, doorzetten en blijven aandringen. We zijn er al drie keer geweest, alleen maar om ons onderzoek voor te bereiden. Op basis van onze ervaring dienden we een project in en dat aanvaardden de Chinezen.

Was u ook betrokken bij de eerste bemande Chinese ruimtemissie twee jaar geleden?

AUBERT: Nee, daar werd nog heel geheimzinnig over gedaan, gezien de militaire betrokkenheid in de Chinese ruimtevaart. Ook nu is dat nog het geval. In oktober gaan twee taikonauten de ruimte in, maar we weten nog niet wie dat zullen zijn en wanneer de lancering juist plaatsvindt. De Chinezen willen geen gezichtsverlies als er iets zou misgaan.

Is het voor andere onderzoekers in ons land belangrijk dat een Belg in China onderzoek doet?

AUBERT: Ik denk dat ons werk toonaangevend is en een wereldwijde uitstraling heeft. Onlangs is aan de KU Leuven het Interdisciplinair centrum voor ruimtestudies (ICSS) opgericht. Dat brengt alle kennis op het vlak van ruimteonderzoek samen en is een voortvloeisel van onze activiteiten. Met dit centrum haalden we al een nieuw project binnen dat de mogelijkheden onderzoekt voor samenwerking in de ruimte tussen de Europese ruimtevaartorganisatie ESA en de Europese Unie enerzijds en China anderzijds.

Zult u ook bij latere Chinese ruimtevluchten van de partij zijn?

AUBERT: Het is de eerste keer dat Chinezen voor hun bemande ruimtevluchten samenwerken met buitenlanders. We moeten het wel waarmaken, en zij moeten ons aanvaarden. Maar ik vermoed dat ze wel interesse zullen hebben. Ze beschouwen ons als een ingang voor verdere samenwerking met de Europeanen.

Benny Audenaert

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content