Patrick Martens

INFO :De auteur is publicist en schrijver in Brussel.

Op 18 september werd ik bijna tot het feminisme bekeerd. Op de Duitse verkiezingsavond gedroeg kanselier Gerhard Schröder zich als een horkerige dronkaard tegenover zijn vrouwelijke opponent Angela Merkel. Hij liet zijn ware, arrogante gezicht zien door Merkel volledig weg te lachen. Schröder is een opportunist die vrouwenrechten predikt maar er geen enkele in de praktijk omzet.

Mijn bekering bleef achterwege, want de vrouw van Schröder, Doris, was nog erger. Ze zei in het weekblad Bunte dat Merkel geen leiderschapskwaliteiten bezit omdat ze ‘zoals veel academici kinderloos is’. Een schandalige opmerking van een first lady. Je zou verwachten dat de Duitse vrouwenbeweging, de groenen voorop, op haar achterste poten zou staan. Integendeel, de groene minister Renate Künast deed er nog een schepje bovenop en vergeleek Merkel met ‘een blijde kip op een doos met legbatterij-eieren’. Weer bleef het oorverdovend stil. Stel dat een man zoiets had gezegd? Alleen Alice Schwarzer, Duits boegbeeld van de tweede feministische golf, keurde de uitspraken af. In Duitsland prefereerden de meeste vrouwen niet Frau Merkel maar Herr Schröder, die vrouwen weglacht en bedriegt. De veelgeprezen ‘solidariteit onder vrouwen’ blijkt een mythe.

Ik zou op Merkel hebben gestemd, onder andere omdat vrouwen op centrale machtsposities moeten komen. Dat kan heilzaam zijn, zoals in het Ver-enigd Koninkrijk bleek met Margaret Thatcher. Soms kan een vrouw iets doen waar mannen te laf voor zijn. Maar vrouwen laten zich in slaap sussen met ‘vrouwenquota’. In België zitten veel vrouwen in de zes parlementen. Maar die parlementen hebben niets te zeggen. De vrouwen evenmin. In de Wetstraat ligt de macht bij de partijvoorzitters. In Vlaanderen zijn dat, behalve bij Groen!, allemaal mannen. Macht is nog altijd een mannenzaak. De SP.A wordt geregeerd door één man, de VLD door twee mannen en het Vlaams Belang door drie mannen. In de SP.A paraderen de babes, maar Johan wordt baas. In de VLD mag de vrouw kiezen tussen een functie als muurbloem of als maîtresse. Bij het Vlaams Belang mogen alleen fotomodellen op de foto en CD&V staat of valt met één sobere man.

Op regeringsniveau komen vrouwen te weinig op cruciale departementen terecht. Vrouwelijke politici krijgen meestal departementen als Cultuur of Sociale Zaken, de ‘zachte departementen’. De beste Nederlandse minister van Binnenlandse Zaken was Ien Dales, een vrouw. De Franse Michèle Alliot-Marie staat haar mannetje als minister van Defensie. Maar politiek is een hard vak. Je moet ertegen bestand zijn, zo ontdekte ook de voormalige minister van Begroting Mieke Offeciers (CVP) in 1992.

Het is opmerkelijk hoe vaak vrouwen op weg naar de top door andere vrouwen worden gedwarsboomd. Neem Condoleezza Rice. Vrouw, zwart en topadviseur van de machtigste man ter wereld. Zij zou toch een icoon van de Amerikaanse vrouwenbeweging moeten zijn. Maar nee, de feministische beweging hoont haar weg als een vrouwelijke versie van Uncle Tom. Je zou verwachten dat Amerikaanse feministen op de bres gingen staan voor Monica Lewinsky. Maar ze zwegen massaal omdat ze Bill Clinton adoreerden, een man die vrouwen bedriegt, inclusief de zijne.

Het feminisme is sektarisch geworden omdat zijn dogma’s niet kloppen. Vrouwen zijn niet altijd onderling solidair, ze kunnen niet beter omgaan met conflicten of kritiek. Toch moeten ze op machtsposities komen, omdat ze mannen zoals Johan Vande Lanotte, Guy Verhofstadt en Filip Dewinter minder puberaal maken. Zulke machtsmensen zijn egocentrisch, eenkennig en egoïstisch. Pedagogische correctie van bovenaf is nodig. Bovendien ontnemen ‘sterke vrouwen’ de feministes het excuus dat alles de schuld is van mannen. Ze maken een einde aan een slachtoffercultus en een klaagcultuur die feministes te lang hebben gecultiveerd.

Derk Jan Eppink

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content