Raf Willems
Raf Willems Voetbalschrijver en auteur van ruim 30 boeken over ‘de wereld van het voetbal’.

Voetbal, cultuur en politiek zijn op vele manieren met elkaar ver- weven. Om dat te bestuderen, trok Simon Kuper de wereld rond.

IN Oost-Berlijn merkte ik hoe voetbalfans, door de Muur van hun club gescheiden, de Stasi over zich heen kregen. Bij Dynamo Kiev zag ik de maffia poen pakken met de export van onderdelen van kernraketten. In Argentinië ritselden corrupte militairen met graan, wapens en leningen om de Mundial te winnen. In Zuid-Afrika bleek het einde van de apartheid te zijn ingeluid door het opstellen van zwarte voetballers in blanke teams.?

Met zijn boek ?Football with the enemy? sleepte Simon Kuper vorig jaar de prestigieuze William Hill Sports Book of the Year Award in de wacht, een prestatie die telt in de rijke Britse literaire sportcultuur. LJ Veen bracht de voorbije lente de Nederlandse editie ?Voetbal als Oorlog? op de markt.

Tijdens het voorbije Europees Kampioenschap in Engeland beviel Tony Blair in The Observer on Sunday van een opiniestuk dat naadloos aansluit bij het betoog van Kuper, een auteur met Britse, Nederlandse, Zuid-Afrikaanse en Litouwse roots. Onder de nogal obligate kop ?The second place is not the goal? vrij vertaald : de tweede plaats betekent niets porde Blair Gazza en Co. aan om, naar het evenbeeld van zijn New Labour, als speerpunt op te treden in de strijd voor Europese eenheid en de hervorming van de vastgeroeste Engelse samenleving.

Tussen voetbal en politiek loopt van oudsher een dunne lijn. Het WK van 1934 in Rome was één propagandaslag voor Mussolini. Il Duce liet de Squadra Azzuri elke zege met gestrekte arm aan hem opdragen. AC Milan ontsproot bij het begin van de eeuw vanuit een libertijnse oriëntatie, waarop de katholieke burgerij prompt Internazionale (nu : Inter Milaan) stichtte. De Europese successen van Real Madrid en Steaua Boekarest haalden de rechtse en linkse dictaturen van Franco en Ceaucescu uit hun internationale isolement. Het Ajax van Cruijff symboliseerde de Mei’68-verbeelding aan de macht en het Olympique Marseille van Tapie de opkomst en ondergang van het casinokapitalisme. De zege van Rode Ster Belgrado in de Europa Cup der Landskampioenen van 1991 betekende de laatste stuiptrekking van het multiculturele Joegoslavië. Die van Celtic Glasgow in 1967 zorgde voor religieuze ontvoogding van de katholieke Ierse paupers en die van CF Barcelona in 1992 herstelde de idealen van het republikeins anarchisme uit de Spaanse Burgeroorlog. Tussen 1933 en 1942 won Schalke 04 tot zes keer toe de Duitse landstitel omdat de nazi’s hun dwangbeeld van de Arische-Arbeider-Atleet projecteerden op de Königsblauen.

MALONDRO.

De 26-jarige Kuper is journalist bij The Financial Times en levert bijdragen aan Hard Gras en When Saturday Comes, respectievelijk een literair Nederlands en een satirisch Engels voetbaltijdschrift. Tussen 1992 en 1994 trok hij als een nomade door de woestijn van het wereldvoetbal. Met in zijn rugzak een budget van 750 frank per dag. Hij onderzocht in welke mate voetbal, politiek en cultuur verstrengeld zijn.

Onder meer doorkruiste Kuper, niet zonder risico, de favelas van Rio. Op zoek naar de zwarte ziel van het goudgroene voetbalspel. Hij trof er de Malandro aan, de populairste folklorefiguur uit de Braziliaanse onderbuik.

Simon Kuper in zijn boek :

?Brazilië roept meteen Pelé en de wereldkampioenen van 1958, 1962 en 1970 voor de geest. De Malandro was hun lichtend voorbeeld. Hij werkt alleen en houdt zich aan geen enkele wet. Hoewel hij arm is, weet hij zich goed te kleden, dineert in de beste gelegenheden en brengt het hoofd van de mooiste vrouwen op hol. De Malandro symboliseert de Braziliaanse volksaard.

Er bestaat een hecht verband tussen het uitspelen van verdedigers en gewiekstheid in het dagelijks leven. De klassieke Malandro is zwart en blinkt uit in de traditionele sport van de Braziliaanse negers, de capoeira, een kruising tussen een dans en een vechtsport. Om het Braziliaanse voetbal te doorgronden, moet je de capoeira begrijpen. Het is een manier om je tegenstander op het verkeerde been te zetten. Het is een filosofie van het lichaam. De capoeira is een dans, maar ook een sport, en dat geldt ook voor het Braziliaanse voetbal. De gloriejaren van dat voetbal begonnen toen de zwarten mochten mee doen. De drie wereldtitels die Brazilië tot aan 1994 had veroverd, dankt het aan zwarte spelers als Pelé, Didi, Garrincha, Jairzinho enzovoort. Deze spelers kwamen uit een cultuur die gratie en getructheid bewonderde. Ze waren voetballende Malondro’s. Ze konden systemen kapotspelen omdat ze deden wat hen inviel. Het Braziliaanse voetbal is meer dan louter sport, het is een soort toneelstuk, bewegingstheater. Het voltrekt zich op de maat van muziek. Tijdens de wedstrijden dansen de fans de samba.?

De Uruguayaanse essayist/romancier Eduardo Galeano getuigt in zijn nieuwste boek over voetbalmythologie hoe zijn land in 1950 Rio de Janeiro in rouw dompelde omdat het de wereldbeker voor de Braziliaanse neus wegkaapte. Volgens Galeono beschreven de Braziliaanse commentatoren die nederlaag als de grootste tragedie uit hun geschiedenis.

?Volgens Braziliaanse antropologen bepaalt het voetbal in sterke mate de nationale identiteit. Het toont de wereld de Braziliaanse normen en waarden. Het behalen van de wereldtitel in 1994 trok de regerende conservatieve partij van Fernando Cardoso bij de presidentsverkiezingen in oktober over de streep. De mensen hadden het algemene gevoel dat het toch wel meeviel met de toestand van het land als Brazilië de World Cup won. Cardoso benoemde Pelé prompt tot minister van Sport.?

GEVANGENKAMP.

Helmut Klopfleisch roept de herinnering op aan Wolf Biermann. Deze Duitse protestzanger werd in 1976 door de Stasi de DDR uitgepoeierd. Het verhaal van Klopfleisch keert het cliché om dat voetbal de politiek negeert. Hij was de eerste Oost-Europese voetbaldissident. De DDR-autoriteiten verketterden hem omdat hij voor het verkeerde team supporterde.

Simon Kuper in zijn boek :

?Het stadion van Dynamo Berlin lag in de wijk Prenzlauer Berg, luttele meters van de voormalige muur. De torenhoge lichtmasten gaven het stadion de sfeer van een gevangenkamp, wat het op wedstrijden ook is geweest. Om ontsnappingen te verhinderen, was de tribune die het dichtste bij de grens lag, tijdens de match altijd bezet geweest door soldaten. Er kwam weinig publiek. Dynamo stond in de volksmond bekend als Die elf Schweine. Het was de minst geliefde club in Europa, maar ook de meest succesvolle. Tien keer na mekaar kampioen tussen 1979 en 1988. Dynamo was na de oorlog opgericht met de uitdrukkelijke bedoeling om de Oost-Duitse landstitel in de hoofdstad te houden. Tot aan de revolutie van 1989 was de clubvoorzitter Erich Mielke, het gevreesde tachtigjarige hoofd van de Oost-Duitse veiligheidsdienst, de Stasi. Na de val van de Muur werd Dynamo FC Berlin maar kreeg nog slechts duizend toeschouwers over de vloer. Zoontjes van communistische partijbonzen die zich overgaven aan vandalisme en het communisme met neo-nazisme combineerden. Ze scandeerden zowel Sieg Heil als Wir lieben Mielke.?

West-Berlijn had Hertha. Ooit dè club van heel Berlijn. Toen in de nacht van 13 augustus 1961 de Muur werd opgetrokken, zat de helft van Hertha’s spelers en aanhang ineens opgesloten in Oost-Berlijn. De grootste Hertha-fan uit het Oosten was zonder twijfel Helmut Klopfeisch.

De Stasi hield over hem een Kafkaïaans dossier bij : ?K beschikt over een helder verstand en is in staat verbanden te leggen. K verheerlijkt de West-Berlijnse voetbalvereniging Hertha. K heeft een politiek labiele houding.?

?Soms werd Klopfleisch in preventieve hechtenis genomen, als een westerse ploeg in de DDR kwam voetballen. In 1985 werd hij andermaal gearresteerd. Voor het duel Tsjechoslovakije-West-Duitsland had hij een Berlijnse speelgoedbeer, het symbool van beide stadshelften, aan de West-Duitse bondscoach Franz Beckenbauer overhandigd. De Stasi had dit gezien. Op de terugweg hielden ze zijn auto aan bij de grens en onderzochten hem vijf uur lang. Ze haalden zelfs de wieldoppen eraf en ze vonden de foto van Beckenbauer. Daarop dreigden ze hem in de gevangenis te gooien. Hij antwoordde : ?Laat me met rust of ik bel mijn vriend Franz.? Daar schrokken ze van. Het was een principe van de Stasi om West-Duitsers die in contact stonden met Oost-Duitsers te schaduwen. In het dossier van K trof ik een ?Verzoek om informatie over de persoon van een West-Duitser, genaamd Franz, woonachtig te Kitzbühel, Oostenrijk.? Iedereen wist dat het om Beckenbauer ging. K werd vlak voor het begin van het WK in Mexico opnieuw gearresteerd omdat hij een gelukstelegram had verzonden aan de Duitse ploeg. De Stasi vroeg hoe hij het in zijn hoofd kreeg de klassevijand te steunen.

De Muur viel op 9 november 1989. De eerstvolgende competitiewedstrijd kreeg Hertha 59.000 mensen in het stadion. Heel Oost-Berlijn was overgekomen. Voor de volgende partij had Hertha het bestuur van Dynamo uitgenodigd. Klopfleisch was suppoost voor de wedstrijd tegen Wattenscheid en toen hij de partijbonzen langs zag schrijden op weg naar hun gratis stoelen, dacht hij : ?We hebben gevochten en geleden voor Hertha en nu nodigen ze die dikkoppen uit.? Hij heeft zijn lidmaatschap meteen opgezegd.?

FRIVOOL VOETBAL.

Jozef Stalin, ?de Grootste Vriend van alle Sporters?, stond in de Russische kunsten slechts één stroming toe : het socialistisch realisme. Ook het voetbal viel ten prooi aan de terreurmachine van de KGB. Met uitzondering van Spartak Moskou dat frivool voetbal opdiste, tegen de stroom op, in de stijl van de vrijheidslievende en enigszins geschifte antihelden uit de romans van Tolstoj en Dostojevski.

Simon Kuper in zijn boek :

?Spartak was niet aan een bepaald onderdeel van de Sovjetmaatschappij verbonden. Dynamo was de club van KGB, CSKA van het leger, Torpedo van de wapenindustrie en Lokomotiv van de spoorwegen. Alleen Spartak was onafhankelijk. Door Spartaksupporter te zijn, zei je op een stille manier ?neen?. Spartak was ?de club van het volk?. Hun fans schreeuwden altijd ?weg met die knollen !? naar de spelers van CSKA omdat volgens de logische redenering het leger gelijk staat aan de cavalerie en cavalerie paarden betekent.?

Spartak werd gesticht door Nikolai Starotsin. De snoodaard in zijn memoires is Lavrenti Pavlovitsj Beria, Stalins poesjenel en het hoofd van de geheime politie. Als weerspannig element genoot Starotsin gedurende tien jaar heropvoeding in Stalins Goelagarchipel. Solzjenitsin stoomde in dezelfde periode ?Een dag van Ivan Denisovic? klaar, zijn eerste striemende aanklacht tegen de Sovjetstrafkampen.

?Beria was, net als alle voorgaande hoofden van de geheime politie, erevoorzitter van Dynamo. Beria was een linkshalf die het, zoals verwacht mocht worden, vooral van fysieke kracht moest hebben. In het begin van de jaren twintig werd hij door Starotsin op het veld hopeloos belachelijk gemaakt. Starotsin richtte in 1935 Spartak op als concurrent van CSKA en Dynamo. Samen met zijn drie broers groeide hij uit tot ?het symbool van Spartak.? Spartak werd in 1938 en 1939 landskampioen en Beria kookte van woede. Hij begon dreigementen te uiten tegen Starotsin, die vervolgens op zijn arrestatie wachtte. In 1942 was het zover : hij werd ’s nachts gewekt door een zaklantaarn die in zijn ogen scheen. Beria beschuldigde hem van betrokkenheid bij samenzwering om Stalin te vermoorden. Starotsin en zijn drie broers werden veroordeeld tot tien jaar strafkamp in Siberië. Op zich zo’n lichte straf dat het werd beschouwd als vrijspraak. Starotsin vertelde me dat hij achteraf besefte waaraan hij dit te danken had : ?De Starotsins stonden niet alleen. In de ogen van het volk waren zij de verpersoonlijking van Spartak. Beria had te maken met de hoop van miljoenen Spartaksupporters, allemaal doodgewone Sovjetburgers. Niemand mocht in de strafkampen Starotsin een haar krenken. Omdat voor de meeste mensen het voetbal de enige en soms laatste kans en hoop was om nog een klein eilandje van oprechte gevoelens en menselijke verhoudingen in hun ziel te bewaren.? Onder Stalin werden de Starotsins de geschiedenis uitgeschreven. De onderschriften bij oude elftalfoto’s gaven de namen van acht of negen spelers en de andere werden Anon genoemd. De Starotsins dus.?

VISCA BARÇA.

Tijdens de Spaanse Burgeroorlog raakte George Orwell verslingerd aan Barcelona en schreef zijn hommage ?Sallut aan Catalonië?. Hij verhaalt hoe Franco’s moordmachine de democratische Republiek brutaal de kop insloeg en de fiere Catalaanse identiteit met wortel en tak wilde uitroeien. De Caudillo miskeek zich echter fataal op het laatste wapen der onderdrukten : El Barça.

CF Barcelona is veel meer dan een voetbalclub. Wekelijks wijdt de Catalaanse televisie een satirisch tv-programma aan Barça. Salvator Dali won ooit het kunstconcours van de club en paus Joannes Paulus II is socio nummer 100.000. Het Barçamuseum is het drukste van de stad. Er komen meer bezoekers dan in het Picasso-museum. Het Barçalonisme is een hartstocht. Barcelona heeft fanclubs tot in China toe, maar het hoort bij Catalonië.

Simon Kuper in zijn boek :

?Vice-voorzitter Casaus wachtte me op in zijn kantoor. Mij was verteld dat hij geen woord Engels sprak maar ik hoorde hem met een Amerikaans accent verschillende malen het woord Siddown herhalen. Het leek wel of hij zat te oefenen.

De Catalanen voelen zich eerst Catalaan en dan pas Spanjaard. Ze voerden lange oorlogen met Spanje.

Barça is honderd keer beroemder dan Catalonië zelf en vormt de voornaamste bron van Catalaanse trots.

Franco vernietigde de zelfstandigheid en verbood de taal. En hij was van Real. Als Real Madrid naar Barcelona kwam, hingen er steeds verboden Catalaanse vlaggen in Nou Camp. Op straat mocht je nooit ?Franco, moordenaar? roepen en dus schreeuwde de fans tegen de spelers van Real Madrid. Alleen in Nou Camp bestond Catalonië nog en het enige Catalaanse symbool dat Franco nimmer durfde aanpakken, was Barça. Het is normaal dat als een regio tot zwijgen wordt gedwongen, ze naar het voetbal grijpt.

Visca Barça, Visca Catalonië is dé regionale strijdkreet. Als Barcelona wint, wint Catalonië. Nadat Barça in 1992 de Europa Cup der Landskampioenen had gewonnen, diende burgemeester Maragall onmiddellijk een officieel voorstel in dat van Spanje een federale staat met twee hoofdsteden moest maken : Madrid en Barcelona. Als Barça kwakkelt, schaadt dit Catalonië omdat het symbool van de natie wordt aangetast. En dat is de reden dat Barça de grootste club ter wereld is en 110.000 socio’s heeft. Zij zijn het symbool dat deze natie nodig heeft in de plaats van een staat.?

GODSDIENSTKWESTIE.

In Glasgow trekt het voetbal een religieuze grens door de stad. The Old Firm zo wordt het legendarische stadsderby tussen Celtic en Rangers genoemd , is de voetbalvertolking van de in de zestiende eeuw in Schotland ontstane godsdiensttwisten tussen protestanten en katholieken. Met een stevige scheut Irish Heartbeat erbovenop. De emoties laaien zo hoog op dat vechtpartijen in deze Negentig Minuten van de Haat schering en inslag zijn. In 1975 gaf een Old Firm aanleiding tot twee moordaanslagen, twee aanvallen met bijl en hakmes, negen steekpartijen en 35 andere gevallen van openlijke geweldpleging.

Simon Kuper in zijn boek :

?De supportersclans van Celtic (groen, pro-Ierland) en Rangers (blauw-rood, pro UK) leven in een andere realiteit dan de onze. En zo vreselijk schijnt de onze ze eigenlijk niet te raken, want zelfs tijdens de Tweede Wereldoorlog eindigden verscheidene derby’s in rellen. Omwille van de kleurgevoeligheid zijn de van oorsprong groene tafeltennis- en snookertafels in het Rangersstadion blauw geschilderd.

Anderzijds wekken de clubs ook grote liefde op. Rangers staat niet meer toe dat de as van overleden supporters wordt uitgestrooid over het veld van Ibrox Park omdat er zoveel kwamen dat er grote kale plekken begonnen te ontstaan.

Het protestantse Rangers heeft uiterst zelden katholieken in de rangen. Mo Johnston was de bekendste. Telkens als de van Celtic afkomstige spits scoorde, werd hij onthaald op boegeroep en vele fans rekenden zijn goals niet mee. Hij moest verhuizen uit Glasgow en werd bestookt langs beide kanten. Men noemde hem de Salman Rushdie van het voetbal omdat hij aanstoot had gegeven aan twee groepen fundamentalisten tegelijk. Johnston zelf nam Rushdie-achtige maatregelen. Omdat hij zich in Glasgow niet meer veilig achtte, verhuisde hij naar Edinburgh. Celticsupporters gooiden er een benzinebom naar binnen. Voor de Rangersfans was hij de ergste paap van allemaal omdat hij, als Celticspeler, ooit een kruisje had geslagen in hun richting.

De Old Firm verdeelt de Schotten over de hele wereld maar de regio die er het meest door is gegrepen, is Noord-Ierland. De IRA beroept zich op Celtic, de protestantse Ulster Unionists en de Orangisten koesteren Rangers. De dagen voor de Old Firm is de sfeer er extra gespannen.

Op de tribunes hangen Celticfans een Ierse driekleur om hun schouders, doen een sjaal om met een afbeelding van de paus en zingen ?Tribute to Bobby Sands? of ?Fuck the Queen?.

De Rangersbrigade antwoordt met de Engelse vlag en schreeuwt zich schor met een ?No to the Pope of Rome?.

Het fanatisme gaat zo ver dat de Union Jacks van Rangersfans in Glasgow als dermate provocerend worden beschouwd dat de politie ze regelmatig in beslag neemt. Hetgeen hoogst merkwaardig is want het gaat immers om de nationale vlag.?

VUUTBAL.

Het filmepos Cry Freedom over Steve Biko, de door de politie gezelfmoorde Zuid-Afrikaanse voorvechter van gelijke rechten voor zwart en blank toont het stadion als verzetshaard. Voetbal was een typische zwarte sport aan de Kaap om de simpele reden dat de slums van Soweto geen cricket en rugby toelieten. Een zogenaamde inheemse match tussen twee zwarte teams deed dienst als decor voor een politieke meeting waar Biko de Apartheid retorisch onderuitschoffelde. Het voetbal nam een voorschot op een Apartheidloze Rainbow Nation.

Simon Kuper in zijn boek :

?Ik was in 1993 in Helderfontein waar Nelson Mandela de Zuid-Afrikaanse voetbalploeg zou ontmoeten. De Bafana Bafana Zoeloes voor ?de jongens? zouden twee dagen later tegen Nigeria spelen. Ze moesten winnen om zich te kwalificeren voor het WK. Het bezoek van Mandela had meer te maken met de eerste multiraciale verkiezingen in de Zuid-Afrikaanse geschiedenis die een jaar later zouden plaatsvinden. Zelfs naar de maatstaven van de rest van de wereld zijn de Zuid-Afrikanen voetbalgek. ?We moeten daar gezien worden,? zei een official van het ANC tegen me en vanzelfsprekend werd de pers uitgenodigd.

Ik stond me de hele tijd af te vragen of ik een vraag zou durven stellen. Beroepsvoetballers boezemden me al ontzag in en dit was Nelson Mandela. Hij had zijn eigen concert gehad op Wembley. Ik vroeg hem : ?Mijnheer Mandela, wij horen dat u supporter bent van Orlando Pirates. Is dat juist ?? ?Nééé,? sprak Mandela, ?ik ben even veel voor alle ploegen !? Dat was duidelijk een antwoord voor een verkiezingsjaar.

Mandela gaf aan de Zuid-Afrikaanse spelers toe dat hij niet zeker wist voor welke ploeg hij moest zijn : ?omdat u tegen Nigeria speelt, een land dat de strijd tegen de apartheid altijd heeft ondersteund.?

?Voetbal Mandela sprak het uit als vuutbal is één van onze meest verbroederende activiteiten.? Het enige dat de spelers, die hij op Helderfontein voor zich had, met elkaar verbond was voetbal. In Soweto zakten de misdaadcijfers tijdens het WK in Italië naar ongekende diepten. De gedachte dat de sport dit land kan helpen opbouwen, is misschien minder vrome wens dan het lijkt.

?Zoals u weet,? vervolgde Mandela, ?ik ben 27 jaar op vakantie geweest, maar vanuit die bekende badplaats heb ik de ontwikkeling van het vuutbal in ons land uitstekend kunnen volgen. Het Afrikaanse continent is vandaag hechter geworden, dankzij deze bijzondere activiteit, waarin u onze beste ambassadeurs bent.?

BLOED AAN DE PAAL.

In Argentinië is voetbal een respectabel wetenschappelijk onderzoeksterrein. Een bijzonder onderwerp van studie is het WK van 1978. Het hele land ging de straat op. Radicalen omhelsden Peronisten, katholieken vlogen protestanten en joden om de hals en iedereen had maar één vlag : de Argentijnse. Bram Vermeulen en Freek de Jonge, toen nog Neerlands Hoop, lanceerden de campagne Bloed aan de Paal waarin ze generaal Videla sommeerden op te sodemieteren en het Nederlands Elftal vroegen om de Mundial te boycotten. Vader Abraham repliceerde met de carnavalschlager ?Trek Johan Cruijff over de streep. ? Cruijff bleef thuis omwille van doodsbedreigingen. Oranje negeerde de boycot maar de winnende treffer van Robby Rensenbrink stierf uit op de paal.

Simo Kuper in zijn boek :

?Het WK was net zoiets als de Falklandoorlog. De vlaggen, het drinken, de mensenmenigten, het Argentina, Argentina. ?Voor de massa was het fiesta, voor de familieleden van de mensen die verdwenen waren een tragedia,? vertelde mevrouw Bonafini, de voorzitster van de Moeders van de Plaza de Mayo, de Dwaze Moeders. In de jaren zeventig, terwijl de wereld hoogte begon te krijgen van de moordpartijen, waren de generaals druk doende de Mundial te plannen. Een wervelend WK, met Argentina als winnaar, zou volgens hen ruimschoots opwegen tegen die paar doden in eigen land. Het was hun kans om het volk weer te verenigen.

Videla en zijn generaals organiseerden het WK om een goede indruk te maken op hun eigen volk en de buitenwereld. Hoe kon men ervoor zorgen dat Argentinië er rijk uit zou zien ? Er werden bulldozers naar de villas miserias gestuurd en hun bewoners werden verbannen naar de woestijnen. Langs de hoofdweg naar Rosario lieten de generaals een muur bouwen die werd beschilderd met façades van leuke huisjes om de krottenwijken van de stad aan het oog van langsrijdende buitenlanders te onttrekken. De Muur der Ellende was van korte duur : ’s nachts stalen de bewoners van de krottenwijken de betonnen platen voor hun eigen onderkomen.

Voor het WK voerden de generaals operatie El Barrido uit, waarbij ze appartementen doorzochten en tot tweehonderd mensen per dag lieten verdwijnen. Ze wilden niet dat politiek verdachte elementen in staat zouden zijn om met buitenlandse journalisten te praten. Toen het WK naderbij kwam, werden vele gevangenen gedood.?

FORZA ITALIA.

Het voetbal is voor gehaaide politici en handige bedrijfsleiders in alle werelddelen een sluiproute naar de macht. Simon Kuper in zijn boek :

?De gemiddelde wereldbewoner keek in 1994 naar zes WK-wedstrijden. Van een Chinese keuterboer tot John Travolta. Geen enkele Braziliaan voert iets uit totdat Brazilië is uitgeschakeld. Iedere eindronde kost het land miljoenen aan verloren productie. De Rwandezen waren ongeacht hun stam voor Nigeria. Tijdens de matchen van de Super Eagles werd het moorden tijdelijk gestaakt. In Noord-Ierland schoten extremistische protestanten in een café zes katholieken dood tijdens de partij Ierland-Italië

Silvio Berlusconi werd in 1994 premier van Italië danzij zijn daadkracht als voorzitter van AC Milan. Hij noemde zijn partij Forza Italia, naar het populairste voetbalspreekkoor van zijn land. Toen Roemenië van Argentinië won, vielen de Roemenen uit alle etnische groepen elkaar om de hals. President Iliescu verklaarde dat de ploeg een nationale eensgezindheid had geschapen. Dat was wel voordat de etnische Serviër Belodedici de beslissende strafschop tegen Zweden had gemist. De WK-beelden werden ook rechtstreeks in Haïti uitgezonden. Een Amerikaanse verslaggever vroeg een Haïtiaanse fan wat belangrijker was : de Braziliaanse overwinning of de nakende Amerikaanse invasie. Hij antwoordde : ?Problemen hebben we iedere dag. De Amerikanen dreigen altijd met een invasie. Maar Brazilië op het WK smaken we slechts om de vier jaar.?

Kuper besluit : ?Het cliché geef het volk brood en spelen en het houdt zich koest, gaat dus niet meer op. Integendeel, voetbal is vaak juist de enige vrijplaats in een dictatuur.?

Raf Willems

Nelson Mandela bejubelt de Zuid-Afrikaanse nationale ploeg, kampioen van Afrika in 1996. U bent onze beste ambassadeurs.

De voetballers van Brazillië begroeten hun supporters : voetbal als bewegingstheater.

Fans van CF Barcelona : symbool van de Catalaanse natie.

Alan McLaren (links) van Celtic tegen Paul Gaiscoigne van de Rangers in Glasgowse derby van 1995 : negentig minuten van haat.

Fans van Argentinië : het WK was zoiets als de Falklandoorlog.

Reageren op dit artikel kan u door een e-mail te sturen naar lezersbrieven@knack.be. Uw reactie wordt dan mogelijk meegenomen in het volgende nummer.

Partner Content